Operation Manual

1.VÓÓR GEBRUIK VAN HET MULTIFUNCTIONELE SYSTEEM
Kopieerpapier aanbrengen 17
1 VÓÓR GEBRUIK VAN HET MULTIFUNCTIONELE SYSTEEM
Instelling papiersoort
Wanneer u speciaal papier anders dan normaal papier of een soort dat niet voor normaal kopiëren wordt gebruikt plaatst,
dient u de dikte en het kenmerk op het multifunctionele systeem in te stellen.
y De dikte en het kenmerk kunnen tegelijkertijd worden ingesteld.
y Als "DIK 1, 2 of 3" of een ander kenmerk dan "GEEN" voor een papierlade is ingesteld, dan wordt het papier in
deze papierlade niet voor de APS-functie gebruikt.
y Als een ander kenmerk dan "GEEN" voor een papierlade is ingesteld, dan is de functie Automatische
omschakeling van papiermagazijn (toevoer van papier van hetzelfde formaat vanuit een andere papierlade, zelfs al
is de opgegeven papierlade van waaruit papier wordt toegevoerd leeg) voor het papier in deze papierlade
uitgeschakeld.
Zie de Handleiding voor MFP-beheer voor het instellen van Automatische omschakeling van papiermagazijn.
y De ingestelde papiersoort wordt met een pictogram aangegeven in het meldingsgebied voor de copierstatus.
P.10 “Meldingsgebied copierstatus”
De volgende papiersoorten zijn geschikt:
DIKTE
KENMERK
*1 Het verzenden en ontvangen van faxberichten is alleen beschikbaar als de fax-unit (optie) is geïnstalleerd.
*2 Wanneer lijsten worden afgedrukt, wordt de papierinstelling “FAX” gebruikt. Voor het afdrukken van lijsten zie de Handleiding voor MFP-
beheer.
Toets Omschrijving Pictogram
NORMAAL
Normaal papier: 64 - 105 g/m
2
(17 - 28 lb. Bond)
DIKTE 1 - 3 Dik papier
DIKTE 1: 106 - 163 g/m
2
(29 lb. Bond - 90 lb. Index)
DIKTE 2: 164 - 209 g/m
2
(91 lb. Index - 110 lb. Index)
DIKTE 3: 210 - 256 g/m
2
(111 lb. Index - 140 lb. Index)
, ,
GERECYCLE
D PAPIER
GERECYCLED PAPIER
Toets Omschrijving Pictogram
GEEN Geen kenmerk aangegeven
INVOEGEN Losse vellen gebruikt in de stand invoegen speciaal tussenlegvel
P.112 “Invoegvel”
Maximaal 2 soorten vellen (invoegvel 1en 2) kunnen worden ingesteld. Voor het
instellen van invoegvel 1 en 2, selecteer de papierlade voor invoegvel 1 en druk op
[INVOEGEN] en selecteer daarna een papierlade voor invoegvel 2 en druk op
[INVOEGEN].
,
KAFT- Losse vellen gebruikt in de stand buitenblad
P.109 “Kaftblad”
SPECIAAL Gekleurd papier of papier met watermerk etc.
FAX
*1, *2
Faxpapier
1
Druk op de toets [USER FUNCTIONS] op het
bedieningspaneel.