Operation Manual

157
Effecten toevoegen
Overzicht Geluid1 Geluid2 Geluid3 Pad Sampler
Menu/systeem
AppendixSequencer
fig.22-008_50
Details met betrekking tot deze instellingen vindt u bij
Effectinstellingen maken’ (p.151).
PFX (Patch Multi-Effects)
Type (Patch Multi-Effects Type)
Gebruik deze parameter om uit de 76 beschikbare Patch multi-
effecten te kiezen. Voor details van Patch multi-effect parameters, zie
MFX/PFX Parameter’ (p.161).
Waarde: 00: Thru-76
In dit instellingsscherm kunnen de parameters van het Patch multi-
effect, dat met de Patch Multi-Effects Type instelling is geselecteerd,
bewerkt worden. Meer over de parameters die bewerkt kunnen
worden vindt u bij ‘MFX/PFX Parameter’ (p.161).
Met Patch multi-effect instellingen kunt u de Realtime Control
knoppen gebruiken om maximaal vier vooraf gespecificeerde
parameters voor elk multi-effect te bewerken.
Parameters gemarkeerd met kunnen als een
bestemmingsparameter voor Patch multi-effect control
geselecteerd worden (p.157).
PFX Control
Source 1–4 (Multi-Effects Control Source 1–4)
Stelt het MIDI bericht in, dat gebruikt wordt om de multi-effect para-
meter met de multi-effect control te veranderen.
Waarde
OFF: Multi-effect control wordt niet gebruikt.
CC01-31, CC32(OFF), 33-95:
Control Change
PITCH BEND: Pitch Bend
AFTERTOUCH: Aftertouch
SYS CTRL1-SYS CTRL4: MIDI berichten die als algemene multi-
effect regelaars worden gebruikt.
Als u de algemene controllers voor de gehele Fantom-G wilt
gebruiken, selecteert u ‘SYS CTRL 1’- ‘SYS CTRL 4’. MIDI
berichten die als System Control 1-4 worden gebruikt, worden
met de Sys Ctrl 1-4 Source parameters (p.297) ingesteld.
In Patch/ritme set/Sample set zijn parameters die voor elke
Tone/Rhythm Tone bepalen of Pitch Bend, Controller Number
11 (Expression), en Controller Number 64 (Hold 1) ontvangen
worden (p.108). Als deze instellingen op ‘ON’ staan, en de MIDI
berichten ontvangen worden, zullen de Pitch Bend, Expression,
en Hold 1 instellingen ook gelijktijdig veranderen wanneer een
verandering in de instellingen van de gewenste parameter
wordt aangebracht. Indien u alleen de beoogde parameters wilt
veranderen, zet u deze op ‘OFF’.
Live Mode en Studio Mode bieden parameters waarmee
gespecificeerd kan worden of specifieke MIDI berichten voor
elk MIDI kanaal ontvangen zullen worden. Wanneer multi-
effect control wordt gebruikt, zorgt u dat MIDI berichten die u
gebruikt ontvangen kunnen worden. Wanneer de ontvangst
van MIDI berichten is uitgeschakeld, zal de multi-effect control
niet werken.
Destination 1–4
(Multi-Effects Control Destination 1–4)
Stelt de multi-effect parameters in, die met de multi-effect control
bestuurd worden. De multi-effect parameters doe beschikbaar zijn
voor besturing, zijn afhankelijk van het multi-effect type. Voor
details, zie ‘MFX/PFX Parameter’ (p.161).
Patch Multi-Effect
instellingen maken (PFX)