Operation Manual

197
De Pads gebruiken
Overzicht Geluid1 Geluid2 Geluid3 Pad Sampler
Menu/systeem
AppendixSequencer
In deze Pad mode kunnen de Pads gebruikt worden om de vier
Tones aan en uit te zetten of om de huidige Tone te selecteren.
1. Druk op [PAD MODE], en druk dan op Pad [6] (TONE SEL/
SW).
2. Druk op Pads [1]-[14] om Tones 1-4 aan/uit te zetten.
3. Druk op Pads [5]-[8] om Tones 1-4 te selecteren.
Pad [5] correspondeert met Tone 1, Pad [6] met Tone 2, Pad [7]
met Tone 3, en Pad [8] met Tone 4.
Deze functie is bruikbaar wanneer u een Patch creëert (p.84).
Een Patch bestaat uit maximaal vier Tones. U kunt deze functie
gebruiken om ongebruikte Tones uit te zetten of de nadere
Tones uit te zetten als u alleen het geluid van een specifieke
Tone wilt beluisteren.
Door op [PAD SETTING] te
drukken, kan de status van de
huidig Pad gecontroleerd
worden.
In deze Pad mode kunnen de Pads gebruikt worden om maximaal
zestien tracks in het Song scherm tijdelijk stil te maken (Mute).
1. Druk op [PAD MODE], en druk dan op Pad [8] (TRACK
MUTE).
Pads [1]-[16] corresponderen met de eerste zestien tracks boven
in het song scherm.
Als een Pad [1]-[16] wordt ingedrukt, wordt de corresponde-
rende track afwisselend op de mute/play status ingesteld.
Een Pad is verlicht wanneer het in de Play status verkeert, en
knippert in de Mute status.
De Pads kunnen niet gebruikt worden om de zeventiende en
daarop volgende tracks op Mute in te stellen. Gebruik [CUR-
SOR] of een USB muis om de Mute status van deze tracks te ver-
anderen.
Door op [PAD SETTING] te
drukken, kan de status van de
huidig Pad gecontroleerd
worden.
7 TONE SEL/SW
(De Pads
gebruiken om Tones te selecteren
of deze aan/uit te zetten)
De Pad status controleren
8 TRACK MUTE
(De Pads
gebruiken om tracks tijdelijk
stil te maken)
De Pad status controleren