Operation Manual

290
Systeeminstellingen (instellingen die voor alle
modes gelden)
Instellingen die op de gehele omgeving van de Fantom-G van
invloed zijn, zoals stemmingen en ontvangst van MIDI-berichten,
worden systeemfuncties genoemd. In deze sectie wordt uitgelegd
hoe instellingen voor de systeemfuncties worden gemaakt, en
worden de functies van de verschillende parameters beschreven.
1. Druk op [MENU] om het Menu scherm te openen.
2. Gebruik het VALUE-wiel of [CURSOR] om ‘System’ te
selecteren, en druk dan op [ENTER].
Het System Setup scherm verschijnt.
fig.25-001_50
F-toets handelingen in het System Setup scherm
3. De parameters zijn in verscheidene bewerkingsgroepen
ondergebracht. Gebruik [F1 (Up)] [F2 (Down)] om van tab te
veranderen.
4. Gebruik [CURSOR] om de cursor naar de parameter die u
wilt wijzigen te verplaatsen.
Wanneer de cursor zich op een parameterwaarde bevindt, kunt
u op [ENTER] drukken om naar een venster te gaan waar de
waarde ingesteld kan worden.
Indien alle parameters niet binnen een individueel
instellingsscherm getoond kunnen worden, wordt een scroll balk
aan de rechterkant van het scherm getoond. In dit soort gevallen
drukt u op om het scherm naar beneden te verschuiven.
5. Draai aan het VALUE-wiel of druk op [INC] [DEC] om de
gewenste waarde te verkrijgen.
6.
Herhaal stappen 3-5 om elke Systeem parameter die u wilt
bewerken in te stellen.
7. Om gewijzigde instellingen op te slaan, drukt u op [F7 (Sys
Write)]., en voert u de Write handeling uit. Indien u niet wilt
opslaan, drukt u op [EXIT] om naar het vorige scherm terug
te keren.
Veranderingen die in de Systeemfunctie-instellingen worden
aangebracht zijn slechts tijdelijk – deze worden afgedankt op het
moment dat het apparaat wordt uitgeschakeld. Om door u gemaakte
veranderingen in de systeeminstellingen te behouden, moeten deze
in het interne systeemgeheugen worden opgeslagen.
Als de opslagprocedure wordt uitgevoerd, zal data die reeds op
de opslagbestemming aanwezig was, verloren gaan. De
fabrieksinstelling kan echter hersteld worden door een Factory
Reset procedure uit te voeren.
1. Verander de systeemfunctie instellingen, en druk op [F7
(Sys Write)].
fig.25-002_50
In het scherm wordt ‘System Write Completed!’ aangegeven.
Data wordt opgeslagen, en u keert naar het System Setup
scherm terug.
Hoe systeemfunctie-
instellingen gemaakt
worden
F-toets Uitleg pag.
F1
Group/Up
Verplaatst de bewerkingsgroep tab
opwaarts.
F2
Group/Down
Verplaatst de bewerkingsgroep tab
neerwaarts.
F3
Setup
Bewerkt de systeem parameters. p. 287
F4
Info
Toont systeem informatie. p. 302
F5
Wallpaper
Specificeert de achtergrond. p. 303
F6
Appearance
Bewerk aan het scherm gerelateerde
instellingen.
p. 300
F7
Sys Write
Slaat systeeminstellingen op. p. 286
F8
Exit
Keert naar het vorige scherm terug.
De systeeminstellingen
opslaan (System Write)