Operation Manual

22
Paneelbeschrijvingen
D BEAM
Hier kan de D Beam functie aan en uitgezet worden. Hiermee
kunnen diverse effecten op het geluid worden toegepast door uw
hand boven de sensor te bewegen.
(p.72).
[PAD TRIGGER]
Hiermee kan de D Beam controller gebruikt worden om de Pads te
bespelen, als alternatief voor het handmatig aanslaan van de Pads.
(p. 73).
[SOLO SYNTH]
Hiermee kan de D Beam controller als een mono synthesizer
gebruikt worden.
(p.73).
* Door [SHIFT] ingedrukt te houden en de juiste knop in te
drukken, kunt u toegang tot het D Beam instellingsscherm
verkrijgen.
[ASSIGNABLE]
Hiermee kunnen verscheidene instellingen aan de D Beam controller
worden toegewezen, en kan gebruikt worden om het geluid in
Realtime te wijzigen.
(p.75).
[V-LINK]
Dit zet V-LINK aan en uit. Het V-LINK instellingsscherm verschijnt
als deze knop wordt aangezet.
(p.301).
INPUT
PEAK indicator
Dit licht op als het externe ingangsvolume te hoog is.
[MIX IN]
Dit zet de externe invoer aan/uit.
(p.258).
* Door [SHIFT] in te drukken en op deze knop te drukken gaat u
naar het invoer instellingsscherm.
(p.258).
VOLUME
VOLUME knop
Hiermee wordt het algehele volume dat via de achterpaneel
OUTPUT A [MIX] jacks en PHONES jack wordt uitgestuurd
aangepast.
(p.28).
MODE
[STUDIO]
Hiermee wordt de Fantom-G in de Studio mode geplaatst. Kies deze
instelling voor song productie.
(p.66).
[LIVE]
Dit plaatst de Fantom-G in de Live mode. Kies deze instelling als u
meerdere geluiden opgestapeld of verspreid over het toetsenbord
wilt spelen.
(p. 58).
[SINGLE]
Dit plaatst de Fantom-G in de Single mode. Kies deze instelling als u
één individueel geluid per keer wilt spelen.
(p.46).
[FAVORITE]
Hiermee kunnen favoriete geluiden geregistreerd worden om direct
op te kunnen roepen – een handige functie voor live uitvoeringen.
(p.54).
KEYBOARD
Dit zet de arpeggiator aan/uit.
(p.78).
[HOLD]
Dit schakelt de Hold functie van de
arpeggiator in en uit.
(p.78).
[CHORD MEMORY]
Dit zet Chord Memory aan/uit.
(p.80).
* Door [SHIFT] ingedrukt te houden en op deze knoppen te
drukken gaat u naar de instellingsschermen voor Chord
Memory en de arpeggiator.
[-OCT], [+OCT]
Deze verhogen of verlagen de toetsenreeks in stappen van één
octaaf. (-3 - +3).
* Door de [-OCT] en [+OCT] knoppen gelijktijdig in te drukken
kan de instelling op zijn oorspronkelijke waarde gezet worden.
[TRANSPOSE]
Als dit is ingeschakeld kunt u [-OCT] [+OCT] gebruiken om de
toetsenreeks in stappen van halve tonen te verhogen of verlagen. (-5
- +6)
* Door de [_OCT] en [+OCT] knoppen gelijktijdig in te drukken,
wordt de instelling op de oorspronkelijke waarde teruggezet.
SEQUENCER
Hier kunnen sequencer handelingen zoals afspelen en opnemen
worden uitgevoerd.
[]
Dit verplaatst de positie van de song naar het begin van de song. Als
u dit tijdens afspelen indrukt, keert u naar het begin van de song
terug en wordt er gestopt.
(p.206).
[] []
Deze verplaatsen de song positie naar de eerste tel van de vorige of
volgende maat.
(p.206).
* Door [SHIFT] ingedrukt te houden en deze knoppen in te
drukken, kan de song positie naar de vorige of volgende
markering worden verplaatst.
[LOOP]
Dit zet Loop Playback aan/uit.
(p.208).
* Door [SHIFT] ingedrukt te houden en deze knop in te drukken
krijgt u toegang tot het Loop instellingsscherm.
[JUMP]
Dit springt naar de JUMP markering. Als er geen markering is
ingesteld, springt dit naar het begin van de song.
(p.208).
Voorpaneel
1 8 9 12 15
10
11
13 14
2
3
4
16
17
5
6
7
1
2
3
4
5
6
7