Operation Manual

optie te klikken. Verificatie door middel van wachtwoord is de
standaardaanmeldingsoptie.
Tabletmodus
In de tabletmodus is de werkomgeving geoptimaliseerd voor aanraking en
kunt u werken zonder toetsenbord en muis.
Nadat u bent overgeschakeld naar de tabletmodus, worden het startmenu
en apps schermvullend uitgevoerd, waardoor u meer werkruimte hebt. Als
u twee apps naast elkaar wilt gebruiken, sleept u een app opzij. U ziet
vervolgens geopende apps waarnaast u de app kunt plaatsen. U sluit een
app door deze naar de onderkant van het scherm te slepen.
Het apparaat uitschakelen
U kunt het apparaat uitschakelen in een van de volgende modi:
afsluitmodus, slaapstand of sluimerstand.
Afsluitmodus
Wanneer u de computer uitschakelt in de afsluitmodus, worden er geen
gegevens opgeslagen. De volgende keer dat u de computer aanzet, wordt
het hoofdscherm van het besturingssysteem weergegeven.
1. Als u gegevens hebt ingevoerd, slaat u deze op op de vaste schijf of
een opslagmedium.
2. Controleer of alle schijfactiviteit is gestopt voordat u de schijf
verwijdert.
Als u de computer uitzet terwijl er nog schijfactiviteit plaatsvindt,
kunnen gegevens verloren gaan of de schijf beschadigd raken.
Zet het apparaat nooit uit terwijl een toepassing actief is. Doet u dat
wel, dan kunnen gegevens verloren gaan.
Zet het apparaat nooit uit, koppel nooit een extern opslagapparaat los
en verwijder nooit opslagmedia tijdens het lezen/schrijven van
gegevens. Doet u dat wel, dan kunnen gegevens verloren gaan.
3. Klik op
Starten -> Aan/uit en selecteer Afsluiten.
4. Schakel eventuele randapparaten die op de computer zijn
aangesloten uit.
Zet de computer of de randapparaten niet direct weer aan. Wacht korte tijd
om mogelijke beschadiging te voorkomen.
De computer opnieuw opstarten
In bepaalde omstandigheden moet u de computer opnieuw instellen (ofwel
een reset uitvoeren), bijvoorbeeld:
Als u bepaalde computerinstellingen hebt gewijzigd.
Gebruikershandleiding
2-9