Operation Manual

Gebruikershandleiding 4-22
Basisbeginselen
Radioverbindingen
U kunt eenvoudig verbindingen tot stand brengen tussen twee of meer
apparaten, deze verbindingen worden gehandhaafd zelfs als de apparaten
buiten het gezichtsveld van elkaar liggen.
Beveiliging
Twee geavanceerde beveiligingsmechanismen zorgen voor optimale
beveiliging:
Verificatie voorkomt dat onbevoegden toegang tot kritieke gegevens
krijgen en maakt het onmogelijk de oorsprong van een bericht te
vervalsen.
Codering biedt bescherming tegen afluisteren en waarborgt de privacy
van verbindingen.
Draadloze communicatie inschakelen/uitschakelen
U kunt functies voor draadloze communicatie in- of uitschakelen door te
drukken op FN + F8. Als draadloze communicatie is uitgeschakeld, kunnen
geen gegevens worden verzonden of ontvangen.
LAN
De computer biedt ingebouwde ondersteuning voor Ethernet LAN (10
megabits per seconde, 10BASE-T), Fast Ethernet LAN (100 megabits per
seconde, 100BASE-TX) en Gigabit Ethernet LAN (1000 megabits per
seconde, 1000BASE-T).
In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de computer koppelt aan en
ontkoppelt van een LAN.
Typen LAN-kabels
Installeer of verwijder geen geheugenmodule zolang Activering op LAN is
ingeschakeld.
De functie Activering op LAN werkt niet zonder de netadapter. Laat de
netadapter aangesloten als u deze functie gebruikt.
De verbindingssnelheid (10/100/1000 megabits per seconde)
verandert automatisch, afhankelijk van de netwerkomstandigheden
(aangesloten apparaat, kabel of ruis en dergelijke).
De computer moet correct worden geconfigureerd voordat u verbinding
met een LAN maakt. Als u zich bij een LAN aanmeldt terwijl de
standaardinstellingen van de computer van kracht zijn, kunnen storingen
in het LAN optreden. Vraag de LAN-beheerder naar de juiste
configuratieprocedures.