Operation Manual

Als u Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX)
gebruikt, dient u de computer met een CAT5-kabel of hoger aan te sluiten.
U kunt geen CAT3-kabel gebruiken.
Gebruikt u Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T), dan kunt
u de computer aansluiten met een CAT3-kabel of hoger.
De LAN-kabel aansluiten
U sluit de LAN-kabel als volgt aan:
Sluit de netadapter aan alvorens de LAN-kabel aan te sluiten. Tijdens
LAN-gebruik moet de netadapter aangesloten blijven. Als u de
netadapter ontkoppelt terwijl de computer gegevens uitwisselt met een
LAN, wordt de verbinding wellicht verbroken.
Sluit geen andere kabel dan een LAN-kabel aan op de LAN-
aansluiting. Doet u dat wel, dan kan dit schade of storingen
veroorzaken.
Sluit geen voedingsapparaat aan op de LAN-kabel die op de LAN-
aansluiting is aangesloten. Doet u dat wel, dan kan dit schade of
storingen veroorzaken.
1. Schakel alle externe apparaten uit die op de computer zijn
aangesloten.
2. Koppel één uiteinde van de kabel aan de LAN-aansluiting. Duw
voorzichtig tot de vergrendeling vast klikt.
Afbeelding 4-4 De LAN-kabel aansluiten
2
1
1. LAN-aansluiting
2. LAN-kabel
3. Koppel het andere uiteinde van de kabel aan een LAN-hubconnector
of router. Raadpleeg de netwerkbeheerder en hardware- of
softwareleverancier voordat u een netwerkverbinding gebruikt of
configureert.
Geheugenmedia
Deze computer is uitgerust met een geheugenmediasleuf waarin u
verschillende soorten geheugenmedia met diverse capaciteiten kunt
plaatsen, zodat u eenvoudig gegevens kunt overbrengen vanaf apparaten
zoals digitale camera's en PDA's (Personal Digital Assistants).
Gebruikershandleiding 4-11