Operation Manual

Gebruikershandleiding 8-2
Probleemoplossing
Controleer alle kabels. Zijn ze correct en stevig aangesloten? Losse
kabels kunnen signaalfouten veroorzaken.
Controleer alle verbindingskabels op losse draden en alle connectoren
op losse pinnen.
Controleer of het optische schijfstation juist is aangebracht. Maak
notities van uw waarnemingen in een permanent foutenlogboek.
Hierdoor kunt u gemakkelijker aan uw dealer uitleggen wat de
problemen zijn. Als een probleem zich nogmaals voordoet, kunt u het
probleem aan de hand van dit logboek sneller identificeren.
Het probleem analyseren
Soms geeft het systeem aanwijzingen aan de hand waarvan u kunt
bepalen wat er aan de hand is. Stel uzelf bij het oplossen van problemen
de volgende vragen:
Welk deel van het systeem werkt niet naar behoren: toetsenbord,
diskettestations, vaste schijf, printer, beeldscherm? De symptomen die
u waarneemt, geven aan om welk apparaat het gaat.
Is het besturingssysteem correct geconfigureerd? Controleer de
configuratie-opties.
Wat is er op het beeldscherm te zien? Zijn er berichten, of tekens in
willekeurige volgorde? Maak een afdruk van het scherm als er een
printer is aangesloten. Zoek de berichten op in de documentatie bij de
software en het besturingssysteem. Controleer of alle kabels correct
zijn aangesloten en goed vastzitten. Losse kabels kunnen foutieve of
onderbroken signalen veroorzaken.
Lichten alle lampjes op? Welke? Welke kleur hebben ze? Branden ze
ononderbroken of knipperen ze? Noteer wat u ziet.
Hoort u pieptonen? Hoeveel? Zijn ze lang of kort? Zijn het hoge of lage
pieptonen? Maakt de computer ongebruikelijke geluiden? Noteer wat
uhoort.
Registreer uw waarnemingen, zodat u ze aan uw dealer kunt beschrijven.