Gebruikershandleiding TECRA M11 computers.toshiba-europe.
TECRA M11 Inhoud Hoofdstuk 1 Aan de slag Controlelijst van apparatuur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-1 Aan de slag . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-2 Opties voor systeemherstel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-13 Systeemherstel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-14 Hoofdstuk 2 Rondleiding Voorkant met gesloten beeldscherm . . .
TECRA M11 Hoofdstuk 4 Basisbeginselen TOSHIBA dubbel aanwijsapparaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-1 De sensor voor vingerafdrukken gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-3 Webcam . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-11 TOSHIBA Gezichtsherkenning gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-12 Optische schijfstations gebruiken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
TECRA M11 Appendix A Specificaties Appendix B Beeldschermcontroller en videomodus Appendix C Draadloos LAN Appendix D Onderlinge samenwerking tussen producten met Bluetooth-technologie Appendix E Het netsnoer en de voedingsaansluitingen Appendix F TOSHIBA PC Health Monitor Appendix G Juridische verklaring Appendix H Als uw computer wordt gestolen Woordenlijst Index Gebruikershandleiding iv
TECRA M11 Copyright ©2010 by TOSHIBA Corporation. Alle rechten voorbehouden. Krachtens de auteurswetten mag deze handleiding op geen enkele wijze worden verveelvoudigd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van TOSHIBA. Met betrekking tot het gebruik van de informatie in deze handleiding wordt geen octrooirechtelijke aansprakelijkheid aanvaard.
TECRA M11 EU-verklaring van overeenstemming Dit product draagt het CE-keurmerk in overeenstemming met de relevante Europese richtlijnen. De verantwoording voor de toewijzing van CEkeurmerken ligt bij TOSHIBA Europe GmbH, Hammfelddamm 8, 41460 Neuss, Duitsland. De volledige en officiële EU-verklaring van overeenstemming is te vinden op de TOSHIBA-website http://epps.toshiba-teg.com.
TECRA M11 Gevolgen van het gebruik van dit product in niet-geoorloofde werkomgevingen vallen niet onder de verantwoordelijkheid van TOSHIBA. Mogelijke gevolgen van het gebruik van dit product in niet-geoorloofde werkomgevingen zijn onder andere: ■ storing van de werking van andere apparaten of machines in de nabijheid; ■ storing van de werking van dit product, mogelijk resulterend in gegevensverlies, als gevolg van storingen die worden gegenereerd door andere apparaten of machines in de nabijheid.
TECRA M11 Voor elk netwerk zijn specifieke switchinstellingen of een specifieke softwareconfiguratie vereist; raadpleeg de relevante gedeelten van de gebruikershandleiding voor nadere informatie. De hookflash-functie is onderhevig aan afzonderlijke nationale goedkeuring. Deze functie is niet getest op conformiteit met nationale voorschriften, en correcte werking van deze functie op nationale netwerken kan niet worden gegarandeerd.
TECRA M11 Afhankelijk van in welk land of welke regio u dit product hebt aangeschaft, zijn deze symbolen mogelijk niet aanwezig. Verwijdering van de computer en de computeraccu's ■ Verwijder deze computer overeenkomstig de toepasselijke wetten en voorschriften. Raadpleeg uw lokale overheid voor nadere informatie. ■ Deze computer is uitgerust met een oplaadbare accu. Na herhaaldelijk gebruik zal de accu uiteindelijk niet meer kunnen worden opgeladen en moet deze worden vervangen.
TECRA M11 Veiligheidsinstructies voor optische schijfstations Vergeet niet de voorzorgsmaatregelen aan het einde van deze paragraaf te lezen. ■ Het model met een DVD-ROM/DVD Super Multi-station gebruikt een lasersysteem. Om er zeker van te zijn dat dit product correct wordt gebruikt, dient u deze handleiding zorgvuldig te lezen en ter referentie bij de hand te houden. Als het apparaat ooit moet worden gerepareerd, neemt u contact op met een Authorized Toshiba Service Center.
TECRA M11 Panasonic Communications* DVD Super Multi met dubbellaagse recorder UJ-890 *1 * "Panasonic Communications Co., Ltd." of "Panasonic System Networks Co., Ltd." HITACHI-LG Data Storage DVD Super Multi met dubbellaagse recorder GT20N Hitachi-LG Data Storage, Inc.
TECRA M11 Voorzorgsmaatregelen LET OP: De apparatuur bevat een lasersysteem, dat is geclassificeerd als een KLASSE 1 LASERPRODUCT. Om te zorgen dat u dit product correct gebruikt, dient u de gebruiksaanwijzingen zorgvuldig te lezen en ter referentie bij de hand te houden. Als u problemen met dit model mocht ondervinden, moet u contact opnemen met de dichtstbijzijnde erkende servicedienst. Probeer niet de kast te openen. Doet u dit wel, dan loopt u het risico van directe blootstelling aan de laserstraal.
TECRA M11 Voorwoord Gefeliciteerd met uw nieuwe computer uit de TECRA M11. Deze krachtige, hoogwaardige notebookcomputer staat garant voor jarenlang betrouwbaar computergebruik en biedt uitstekende uitbreidingsmogelijkheden, bijvoorbeeld voor multimediafunctionaliteit. In deze handleiding wordt uitgelegd hoe u uw TECRA M11-computer gebruiksklaar maakt en ermee aan de slag gaat.
TECRA M11 Pictogrammen Pictogrammen identificeren poorten, regelaars en andere delen van de computer. Het paneel met systeemlampjes gebruikt tevens pictogrammen ter aanduiding van de onderdelen waarover het informatie verschaft. Toetsen De toetsenbordtoetsen worden in de tekst gebruikt ter beschrijving van een aantal computerbewerkingen. De toetsopschriften die op het toetsenbord te zien zijn, worden in een ander lettertype gedrukt. ENTER duidt bijvoorbeeld de ENTER-toets aan.
TECRA M11 Terminologie Deze term wordt in dit document als volgt gedefinieerd: Start Het woord "Start" verwijst naar de knop ' Windows 7. HDD of Hard Disk Drive (vasteschijfstation) Sommige modellen zijn uitgerust met een solidstate drive (SSD) in plaats van een vaste schijf. In deze handleiding verwijst de term 'vaste schijf' ook naar de SSD, tenzij anders wordt aangegeven.
TECRA M11 Algemene voorzorgsmaatregelen TOSHIBA-computers bieden optimale veiligheid en optimaal gebruikerscomfort; bovendien zijn ze robuust, een belangrijke eigenschap voor draagbare computers. U moet echter bepaalde voorzorgsmaatregelen nemen om het risico van lichamelijk letsel of beschadiging van de computer verder te beperken. Lees de onderstaande algemene aanwijzigen en let op de waarschuwingen die in de handleiding worden gegeven.
TECRA M11 Een gebruiksvriendelijke omgeving inrichten Plaats de computer op een egaal oppervlak dat groot genoeg is voor de computer en eventuele andere apparaten die u nodig hebt, zoals een printer. Laat voldoende ruimte vrij rondom de computer en andere apparatuur voor een adequate ventilatie. De apparaten kunnen anders oververhit raken.
TECRA M11 Schade door druk of stoten Zorg dat de computer niet wordt blootgesteld aan zware druk of harde stoten, hierdoor kunnen onderdelen van de computer worden beschadigd of storingen optreden. Oververhitting van de ExpressCard Sommige ExpressCards kunnen bij langdurig gebruik heet worden wat kan leiden tot instabiliteit in de werking van het apparaat in kwestie. Ga ook voorzichtig te werk bij het verwijderen van een ExpressCard die langdurig is gebruikt.
Aan de slag Hoofdstuk 1 Aan de slag Dit hoofdstuk bevat een controlelijst voor de apparatuur en alle basisgegevens om met uw computer aan de slag te gaan. Sommige voorzieningen die in deze handleiding worden toegelicht, functioneren wellicht niet correct als u een besturingssysteem gebruikt dat niet vooraf door TOSHIBA is geïnstalleerd. Controlelijst van apparatuur Pak de computer voorzichtig uit en bewaar de doos en het verpakkingsmateriaal voor toekomstig gebruik.
Aan de slag Software Het volgende Windows®-besturingssysteem en de volgende software zijn vooraf geïnstalleerd. De beschikbaarheid van de onderstaande software is afhankelijk van het aangeschafte model.
Aan de slag ■ De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de gemaakte herstelmedia ■ Gebruik een programma voor viruscontrole en zorg ervoor dat dit regelmatig wordt bijgewerkt. ■ Formatteer opslagmedia nooit zonder eerst de inhoud ervan te controleren. Tijdens het formatteren gaan alle opgeslagen gegevens verloren. ■ Het is verstandig om af en toe een back-up van de interne vaste schijf of een ander primair opslagapparaat te maken op externe media.
Aan de slag ■ Gebruik altijd de TOSHIBA-netadapter die bij uw computer is meegeleverd of gebruik een andere netadapter die door Toshiba wordt aanbevolen om het risico van brand of andere schade aan de pc te vermijden. Het gebruik van een incompatibele netadapter kan leiden tot brand of schade aan de computer, mogelijk met ernstig letsel tot gevolg. TOSHIBA aanvaardt geen aansprakelijkheid voor schade die is veroorzaakt door het gebruik van een incompatibele adapter.
Aan de slag 1. Sluit het netsnoer op de netadapter aan. Het netsnoer op de netadapter aansluiten (2-pins stekker) Het netsnoer op de netadapter aansluiten (3-pins stekker) Een 2- of 3-pins adapter/snoer wordt met de computer meegeleverd, afhankelijk van het model. 2. Sluit de uitgangsstekker van de netadapter aan op de DC IN-ingang (15 V) op de achterkant van de computer. 1 2 1. Gelijkstroomingang (15 V) 2. Gelijkstroomuitgangsstekker De gelijkstroomuitgangsstekker op de computer aansluiten 3.
Aan de slag Het beeldscherm openen Het scherm kan in een aantal standen worden geopend voor optimaal kijkgemak. Druk met één hand op de polssteun, zodat het hoofdgedeelte niet wordt opgetild. Til het scherm nu langzaam op, waarna de hoek van het beeldscherm zo kan worden ingesteld dat de helderheid optimaal is. 1 1. Beeldscherm Het beeldscherm openen Wees voorzichtig bij het openen en sluiten van het beeldscherm.
Aan de slag De stroom inschakelen In deze paragraaf wordt beschreven hoe u de computer aanzet. Het aan/ uit-lampje geeft de status aan. Raadpleeg de paragraaf De stroomvoorziening controleren in hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden, voor meer informatie. ■ Nadat u de computer voor het eerst hebt ingeschakeld, dient u hem niet uit te zetten voordat het besturingssysteem is geïnstalleerd. Raadpleeg de paragraaf Voor het eerst opstarten voor meer informatie.
Aan de slag De computer uitschakelen U kunt de computer uitschakelen in een van de volgende drie modi: afsluitmodus, sluimerstand of slaapstand. Afsluitmodus Wanneer u de computer uitschakelt in de afsluitmodus, worden er geen gegevens opgeslagen; en de volgende keer zal bij het inschakelen van de computer het hoofdscherm van het besturingssysteem worden weergegeven. 1. Als u gegevens hebt ingevoerd, slaat u deze op op de vaste schijf of een opslagmedium. 2.
Aan de slag Slaapstand Als u uw werk moet onderbreken, kunt u de computer uitschakelen zonder dat u de software hoeft sluiten door de computer in de slaapstand te zetten. In deze modus worden de gegevens opgeslagen in het hoofdgeheugen van de computer, zodat u kunt verder werken waar u was gebleven wanneer u de computer weer inschakelt.
Aan de slag Voordelen van de slaapstand De slaapstand biedt de volgende voordelen: ■ De vorige werkomgeving wordt sneller hersteld dan met de sluimerstand. ■ De functie bespaart energie door het systeem af te sluiten wanneer geen hardwareactiviteit plaatsvindt of de computer geen invoer ontvangt in de tijdsduur die is ingesteld met de functie Slaapstand. ■ U kunt de functie Uitschakelen via LCD gebruiken. De slaapstand uitvoeren U kunt de slaapstand ook inschakelen door op FN + F3 te drukken.
Aan de slag Zuinige slaapstand De sluimerstand zorgt ervoor dat de inhoud van het geheugen op de vaste schijf wordt opgeslagen wanneer de computer wordt uitgeschakeld zodat de vorige toestand wordt hersteld als de computer weer wordt aangezet. Vergeet niet dat de status van de randapparaten die op de computer zijn aangesloten, niet wordt opgeslagen bij het inschakelen van de sluimerstand. ■ Sla uw gegevens op.
Aan de slag Automatische sluimerstand De computer wordt automatisch in de sluimerstand gezet wanneer u op de aan/uit-knop drukt of het scherm sluit. Om deze instellingen in te voeren kunt u de volgende stappen nemen: 1. Klik op Start en vervolgens op Configuratiescherm. 2. Klik op Systeem en beveiliging en vervolgens op Energiebeheer. 3. Klik op Het gedrag van de aan/uit-knop bepalen of Het gedrag van het sluiten van het deksel bepalen. 4.
Aan de slag Opties voor systeemherstel Een verborgen partitie op de vaste schijf is toegewezen voor de opties voor systeemherstel. Deze partitie herstelt bestanden die kunnen worden gebruikt om het systeem te herstellen in geval van problemen. De opties voor systeemherstel kunnen niet meer worden gebruikt als deze partitie wordt verwijderd. Opties voor systeemherstel De opties voor systeemherstel zijn op de vaste schijf geïnstalleerd bij aflevering uit de fabriek.
Aan de slag Systeemherstel In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u herstelmedia maakt en gebruikt. Herstelmedia maken In dit gedeelte wordt beschreven hoe u herstelmedia maakt. ■ Vergeet niet de netadapter aan te sluiten wanneer u herstelmedia maakt. ■ Sluit alle softwareprogramma's, behalve Recovery Media Creator. ■ Voer geen programma's uit die de processor zwaar belasten, zoals een schermbeveiliging. ■ Zorg dat de computer op volledige energie werkt. ■ Gebruik geen energiebesparingsfuncties.
Aan de slag De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de herstelschijf Een deel van de totale vasteschijfruimte is geconfigureerd als een verborgen herstelpartitie. In deze partitie worden bestanden opgeslagen die kunnen worden gebruikt om vooraf geïnstalleerde software te herstellen in geval van problemen. Als u de vaste schijf vervolgens opnieuw configureert, mag u geen partities wijzigen, verwijderen of toevoegen anders dan in de handleiding wordt beschreven.
Aan de slag De vooraf geïnstalleerde software herstellen met de gemaakte herstelmedia Als de vooraf geïnstalleerde bestanden beschadigd zijn, kunt u de computer in de oorspronkelijke staat herstellen met de herstelmedia die u hebt gemaakt of via het herstelproces op de vaste schijf. Volg de onderstaande stappen als u deze herstelbewerking wilt uitvoeren: Als u het geluid hebt gedempt door op Fn + ESC te drukken, schakel het geluid dan in, zodat geluiden hoorbaar zijn voordat u het herstelproces start.
Rondleiding Hoofdstuk 2 Rondleiding In dit hoofdstuk worden de verschillende onderdelen van de computer beschreven. Het wordt aanbevolen vertrouwd te raken met elk onderdeel voordat u de computer gebruikt. Wettelijke voetnoot (niet-toepasselijke pictogrammen) Raadpleeg het gedeelte met wettelijke voetnoten in Bijlage G voor meer informatie over niet-toepasselijke pictogrammen. Ga voorzichtig om met de computer om krassen of beschadiging van het oppervlak te voorkomen.
Rondleiding Stereoluidsprekers Via de luidsprekers kunt u het geluid horen dat door uw software wordt gegenereerd, en de geluidssignalen die door het systeem worden gegenereerd, bijvoorbeeld als de accu bijna leeg is. Schakelaar voor draadloze communicatie Schuif deze schakelaar naar links om de functies voor draadloos LAN, Bluetooth™ en draadloos WAN uit te schakelen. Schuif de schakelaar naar rechts om deze functies in te schakelen.
Rondleiding Microfoon Met de ingebouwde microfoon kunt u geluid voor uw toepassing importeren en opnemen. Raadpleeg de paragraaf Geluidssysteem in hoofdstuk 4, Basisbeginselen, voor meer informatie. Sommige modellen zijn uitgerust met een ingebouwde microfoon. Systeemlampjes Via deze lampjes kunt u de status van diverse computerfuncties controleren; deze worden nader omschreven in de paragraaf Systeemlampjes. Linkerkant De volgende afbeelding illustreert de linkerkant van de computer. 1 2 3 4 1.
Rondleiding eSATA/USBcombinatiepoort Eén eSATA/USB-combinatiepoort, die voldoet aan de USB 2.0-standaard, bevindt zich in de linkerkant van de computer. Deze poort heeft een eSATA-functie (External Serial ATA). De poort met het pictogram ( ) beschikt over de functie USB-slaapstand en laden. Zorg ervoor dat er nooit metalen voorwerpen, zoals schroeven, nietjes en paperclips, in de eSATA/USB-poort terechtkomen.
Rondleiding Rechterkant De volgende afbeelding illustreert de rechterkant van de computer. 1 2 3 4 5 1. ExpressCard-sleuf 4. Optisch station* 2. Hoofdtelefoonaansluiting 5. Universal Serial Bus-poort (USB 2.0) 3. Microfoonaansluiting Rechterkant van de computer * Aanwezig op sommige modellen. De vormgeving van het product verschilt per model. ExpressCard-sleuf In deze sleuf kunt u een enkel ExpressCard/ 34-apparaat plaatsen.
Rondleiding Het is niet mogelijk om het gebruik van alle functies van alle USB-apparaten die beschikbaar zijn te bevestigen. Het is in dit verband van belang te weten dat sommige functies die verbonden zijn aan een bepaald apparaat, niet goed werken. Achterkant De volgende afbeelding illustreert de achterkant van de computer. 1 2 3 1. Modemaansluiting* 5. LAN-aansluiting 2. Gelijkstroomingang (15 V) 6. LAN-actief-lampje (oranje) 3. Poort voor externe monitor 7. Verbindingslampje (groen) 4 5 4.
Rondleiding Gelijkstroomingang (15 V) De netadapter wordt op deze ingang aangesloten om de computer van stroom te voorzien en om de interne accu's te laden. Let erop dat u alleen het type netadapter gebruikt dat bij de computer is geleverd ten tijde van de aankoop. Het gebruik van een verkeerde netadapter kan de computer beschadigen. Poort voor externe monitor Dit is een 15-pins analoge VGA-poort. Via deze poort kunt u een externe monitor op de computer aansluiten. Universal Serial Buspoort (USB 2.
Rondleiding Onderkant De volgende afbeelding illustreert de onderkant van de computer. Zorg ervoor dat het beeldscherm gesloten is voordat de computer wordt omgedraaid om schade te voorkomen. 5 6 4 1 2 3 1. Inkepingen 4. Ontgrendelingsschuif accuhouder 2. Dockingpoort* 5. Accu-eenheid 3. Sleuf voor geheugenmodule 6. Accuvergrendeling De onderkant van de computer * Aanwezig op sommige modellen. De vormgeving van het product verschilt per model.
Rondleiding Sleuf voor geheugenmodule In deze sleuven kunt u een extra geheugenmodule plaatsen, vervangen en verwijderen. Raadpleeg de paragraaf Aanvullende geheugenmodulein hoofdstuk 3, Hardware, hulpprogramma's en opties. Ontgrendelingsschuif Zet de accuvergrendeling in de ontgrendelde accuhouder stand, zodat u de accu-eenheid kunt verwijderen. Raadpleeg hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden, voor meer informatie over het verwijderen van de accu-eenheid.
Rondleiding Voorkant met geopend beeldscherm In deze paragraaf wordt de computer met geopend beeldscherm beschreven. U opent het scherm door dit omhoog te klappen en in een comfortabele kijkhoek te plaatsen. 2 3 1 4 5 6 7 10 8 12 9 13 10 14 15 11 16 17 1. Antennes voor draadloos LAN en draadloos WAN (niet zichtbaar)* 10. Beeldschermscharnieren 2. Webcam* 11. Toetsenbord 3. Webcamlampje* 12. AccuPoint* 4. Beeldscherm 13. AccuPoint-besturingsknoppen* 5. Knop Volume omhoog/omlaag 14.
Rondleiding Webcam Een webcam is een apparaat waarmee u video kunt opnemen of foto's kunt maken met uw computer. U kunt deze camera gebruiken voor videochats of videovergaderingen via een communicatieprogramma zoals Windows Live Messenger. Met de Toshibawebcamtoepassing kunt u diverse videoeffecten aan uw video of foto toevoegen. Hiermee kunt u video verzenden en chatten met videobeelden via internet met behulp van speciale toepassingen. Sommige modellen zijn uitgerust met een webcam.
Rondleiding LCDsensorschakelaar Deze schakelaar detecteert wanneer het LCDscherm wordt gesloten of geopend en activeert de functie In-/uitschakelen via LCD. Als u bijvoorbeeld het beeldscherm van de computer sluit, wordt de computer in de sluimerstand gezet en afgesloten; als u het beeldscherm daarna weer opent, zal de computer automatisch opstarten en terugkeren naar de toepassing waarin u het laatst in werkte. U kunt dit instellen via Energiebeheer.
Rondleiding Sensor voor vingerafdrukken Met deze sensor kunt u een vingerafdruk invoeren en laten herkennen. Raadpleeg hoofdstuk 4, De sensor voor vingerafdrukken gebruiken, voor meer informatie over de vingerafdruksensor. Sommige modellen zijn voorzien van een sensor voor vingerafdrukken. Touchpadbesturingsk Met de besturingsknoppen onder het touchpad noppen kunt u menuopties selecteren en bewerkingen uitvoeren op tekst en afbeeldingen die u met de schermaanwijzer hebt geselecteerd.
Rondleiding Vaste schijf/optisch station/eSATA Het lampje van de vaste schijf/het optische station/eSATA brandt groen wanneer de computer toegang heeft tot de ingebouwde vaste schijf, het optische station of een eSATAapparaat. Sleuf voor Bridgemedia Het statuslampje voor de Bridge-mediasleuf brandt groen wanneer de computer toegang tot de sleuf heeft.
Rondleiding 1 1. CAPS LOCK-lampje CAPS LOCK-lampje CAPS LOCK Dit lampje brandt groen als de hoofdlettervergrendeling is ingeschakeld voor lettertoetsen. 1 2 1. Lampje voor cursormodus 2. Lampje voor numerieke modus Lampjes van de geïntegreerde numerieke toetsen Cursormodus Als het lampje van de cursormodus groen brandt, kunt u de geïntegreerde numerieke toetsen (de toetsen met de grijze opschriften) als cursortoetsen gebruiken.
Rondleiding Optische stations Een DVD-ROM of DVD Super Multi-station is mogelijk in de computer geïnstalleerd. Een seriële ATA-interfacecontroller wordt gebruikt voor aansturing van het CD/DVD-ROM-station. Zodra de computer toegang verkrijgt tot een CD/DVD, gaat het lampje op het station branden. Sommige modellen zijn voorzien van een optische schijf. Meer informatie over schijven plaatsen en verwijderen vindt u in de paragraaf Optische schijfstations gebruiken in hoofdstuk 4, Basisbeginselen.
Rondleiding DVD's ■ DVD-R, DVD+R, DVD-R (Dual Layer) en DVD+R (Double Layer) kunnen slechts één keer worden beschreven. De opgenomen gegevens kunnen niet worden gewist of veranderd. ■ DVD-RW-, DVD+RW- en DVD-RAM-schijven kunnen meermaals worden beschreven. Indelingen De stations ondersteunen de volgende indelingen.
Rondleiding DVD Super Multi-station met Double Layer In de DVD Super Multi-stationsmodule van volledige grootte kunt u zonder adapter gegevens op herschrijfbare CD's/DVD's vastleggen en CD’s/DVD’s van 12 cm of 8 cm lezen. In het midden van een disc is de leessnelheid lager dan aan de buitenrand.
Rondleiding De netadapter (3-pins stekker) ■ Afhankelijk van het model wordt er een adapter/voedingskabel met 2 of 3 pinnetjes bij de computer geleverd. ■ Gebruik geen verloopstekker van 3-pins naar 2-pins. ■ Het meegeleverde netsnoer voldoet aan de veiligheidsregels en voorschriften in de regio waarin het product wordt verkocht en mag niet buiten deze regio worden gebruikt.
Hardware, hulpprogramma's en opties Hoofdstuk 3 Hardware, hulpprogramma's en opties Hardware In dit gedeelte wordt de hardware van uw computer beschreven. De werkelijke specificaties hangen af van het gekochte model. Processor CPU De computer is voorzien van één processor en het processortype verschilt per model. Als u wilt controleren welk type processor u hebt, gaat u naar de TOSHIBA PC Diagnostic Tool Utility door te klikken op Start Alle programma's TOSHIBA Hulpprogramma's PCdiagnoseprogramma.
Hardware, hulpprogramma's en opties Video RAM Het geheugen in de grafische kaart van een computer, dat wordt gebruikt om het beeld op te slaan dat wordt weergegeven op een bitmapscherm. De beschikbare hoeveelheid video-RAM is afhankelijk van het systeemgeheugen van de computer. Start Configuratiescherm Vormgeving en thema's Beeldscherm Resolutie aanpassen. U kunt de hoeveelheid video-RAM controleren door te klikken op de knop Geavanceerde instellingen in het venster Schermresolutie.
Hardware, hulpprogramma's en opties RTC-batterij De computer heeft een interne batterij voor de interne RTC (Real Time Clock) en kalender. Netadapter De netadapter voorziet het systeem van stroom en laadt de accu’s op wanneer deze opraken. De netadapter wordt geleverd met een verwisselbaar netsnoer met een 2-pins of 3-pins stekker.
Hardware, hulpprogramma's en opties Wettelijke voetnoot (capaciteit van vaste schijf) Raadpleeg het gedeelte met wettelijke voetnoten in bijlage G voor meer informatie over de capaciteit van de vaste schijf. Optisch station Station Het volgende optische station is mogelijk vooraf in deze computer geïnstalleerd. ■ DVD-ROM-station ■ DVD Super Multi-station met Double Layer DVD-RAM-schijven van 2,6 GB en 5,2 GB kunnen niet worden gelezen of beschreven.
Hardware, hulpprogramma's en opties Geluid Geluidssysteem Het ingebouwde geluidssysteem heeft interne luidsprekers en een microfoon en aansluitingsmogelijkheden voor een externe microfoon en hoofdtelefoon. Multimedia Webcam Een webcam is een apparaat waarmee u video kunt opnemen of foto's kunt maken met uw computer. U kunt deze camera gebruiken voor videochats of videovergaderingen via een communicatieprogramma zoals Windows Live Messenger.
Hardware, hulpprogramma's en opties Bluetooth Sommige computers in deze serie beschikken over een Bluetooth-functie voor draadloze communicatie waardoor er geen snoeren meer nodig zijn tussen elektronische apparaten zoals computers, printers en mobiele telefoons. Als deze functie is ingeschakeld, biedt Bluetooth snel en eenvoudig een veilige en betrouwbare, draadloze netwerkomgeving. Draadloos LAN Sommige computers in deze serie zijn uitgerust met een draadloos LAN-module.
Hardware, hulpprogramma's en opties Beeldscherm automatisch uitschakelen *1 Met deze functie wordt de stroom naar het scherm van de computer automatisch stopgezet als het toetsenbord een bepaalde tijd niet is gebruikt. De stroom wordt weer ingeschakeld als er een toets wordt ingedrukt. Dit kan worden ingesteld via Energiebeheer.
Hardware, hulpprogramma's en opties Warmteverspreiding*1 Ter bescherming tegen oververhitting heeft de processor een interne temperatuursensor waardoor, als de interne temperatuur van de computer een bepaald niveau bereikt, de ventilator wordt aangezet of de CPUverwerkingssnelheid wordt verlaagd. Dit kan worden ingesteld via Energiebeheer.
Hardware, hulpprogramma's en opties De functie USBactivering Deze functie herstelt de computer uit de slaapstand, afhankelijk van de externe apparaten die op de USB-poorten zijn aangesloten. Als bijvoorbeeld een muis of USB-toetsenbord is aangesloten op een USB-poort, wordt de computer geactiveerd als u met de muis klikt of een toets op het toetsenbord indrukt.
Hardware, hulpprogramma's en opties TOSHIBA Passwordhulpprogramma Met het TOSHIBA-wachtwoordhulpprogramma kunt u een wachtwoord instellen om de toegang tot de computer te beperken. TOSHIBAflashkaarten TOSHIBA-flashkaarten bieden een snelle manier om geselecteerde systeemfuncties te wijzigen en toepassingen te starten.
Hardware, hulpprogramma's en opties Beveiliging via vingerafdrukken kan niet worden gebruikt in modellen waarin geen vingerafdrukmodule is geïnstalleerd. TOSHIBA Gezichtsherkenning TOSHIBA Gezichtsherkenning gebruikt een bibliotheek voor gezichtsverificatie om het gezicht van de gebruiker te verifiëren wanneer deze zich aanmeldt bij Windows. Als de verificatie is geslaagd, wordt de gebruiker automatisch aangemeld bij Windows.
Hardware, hulpprogramma's en opties TOSHIBA Assist TOSHIBA Assist is een grafische gebruikersinterface waarmee u toegang krijgt tot speciale hulpprogramma's en toepassingen die het gebruik en de configuratie van de computer vereenvoudigen. TOSHIBA ConfigFree TOSHIBA ConfigFree bestaat uit een reeks hulpprogramma's waarmee u communicatieapparaten en netwerkverbindingen beheert, communicatieproblemen opspoort en profielen maakt om eenvoudig te schakelen tussen locaties en communicatienetwerken.
Hardware, hulpprogramma's en opties TOSHIBA DVD-RAM Utility Dit hulpprogramma biedt functies voor fysiek formatteren en schrijfbeveiliging voor DVD-RAM. Dit hulpprogramma maakt deel uit van de module TOSHIBA Disc Creator. U start dit hulpprogramma door te klikken op Start Alle programma's TOSHIBA CD- & DVDtoepassingen DVD-RAM Utility. Hulpprogramma TOSHIBA HDD/SSDwaarschuwing Dit hulpprogramma biedt wizardfuncties om de status van het schijfstation te controleren en een systeemback-up uit te voeren.
Hardware, hulpprogramma's en opties Windows Mobility Center Het Mobiliteitscentrum is een hulpprogramma dat in één venster snel toegang biedt tot diverse instellingen voor draagbare pc's. Standaard biedt het besturingssysteem maximaal acht groepen aan, terwijl twee extra groepen worden toegevoegd aan het Mobiliteitscentrum. ■ Computer vergrendelen: Hiermee kunt u de computer vergrendelen zonder deze uit te schakelen.
Hardware, hulpprogramma's en opties Optionele apparaten Optionele apparaten kunnen de capaciteiten en de veelzijdigheid van de computer vergroten. In deze paragraaf wordt beschreven hoe de volgende apparaten worden aangesloten of geïnstalleerd.
Hardware, hulpprogramma's en opties ExpressCard De computer is uitgerust met een enkele ExpressCard-sleuf waarin elk ExpressCard/34-apparaat dat voldoet aan de industrienormen, vervaardigd door TOSHIBA of een andere leverancier, kan worden geplaatst. U kunt kaarten direct in de sleuf installeren zonder de computer uit te schakelen. Voor deze sleuf wordt gebruik gemaakt van de PCI-Express-interface. Deze interface schrijft en leest gegevens op een maximale theoretische snelheid van 2,5 Gbps.
Hardware, hulpprogramma's en opties Een ExpressCard verwijderen Voer de volgende stappen uit om een ExpressCard te verwijderen: 1. Klik op het pictogram Hardware veilig verwijderen en media uitwerpen op de Windows-taakbalk. 2. Wijs ExpressCard aan en klik op de linkerknop van het touchpad. 3. Druk op de ExpressCard om deze gedeeltelijk uit de computer te laten schuiven. 4. De kaart komt een stukje naar buiten, zodat u deze kunt verwijderen. 1 1. ExpressCard De ExpressCard verwijderen 5.
Hardware, hulpprogramma's en opties Een Smart Card plaatsen De Smart Card-sleuf bevindt zich aan de linkerkant van de computer. De Windows-voorziening voor directe installatie maakt het mogelijk om een Smart Card te plaatsen terwijl de computer is ingeschakeld. Voer de volgende stappen uit om een Smart Card te plaatsen: 1. Steek de Smart Card in de Smart Card-sleuf met de metalen aansluitingen naar boven. 2. Duw de Smard Card voorzichtig aan tot hij stevig vastzit.
Hardware, hulpprogramma's en opties Een Smart Card verwijderen Voer de volgende stappen uit om een Smart Card te verwijderen: 1. Klik op het pictogram Hardware veilig verwijderen en media uitwerpen op de Windows-taakbalk. ■ Controleer voordat u de Smart Card verwijdert of de kaart niet door een programma of het systeem wordt gebruikt. ■ Let erop dat u de Smart Card niet verbuigt wanneer u deze uit de computer verwijdert. 2. Wijs Smart Card aan en klik op de linkerknop van het touchpad. 3.
Hardware, hulpprogramma's en opties ■ Deze sleuf voor Bridge-media biedt ondersteuning voor de volgende geheugenmedia. ■ Secure Digital (SD)-kaart (SD-geheugenkaart, SDHCgeheugenkaart, miniSD-kaart, microSD-kaart) ■ Memory Stick (Memory Stick, Memory Stick PRO, Memory Stick Duo, Memory Stick PRO Duo, Memory Stick Micro) ■ xD-Picture Card ■ MultiMediaCard (MMC™) ■ Voor gebruik van een miniSD/microSD-kaart is een adapter vereist.
Hardware, hulpprogramma's en opties ■ Het logo van een SD-geheugenkaart is ( ■ Het logo van een SDHC-geheugenkaart is ( ). ). ■ De maximale capaciteit van SD-geheugenkaarten is 2 GB. De maximale capaciteit van SDHC-geheugenkaarten is 32 GB. Kaarttype Capaciteiten SD 8 MB, 16 MB, 32 MB, 64 MB, 128 MB, 256 MB, 512 MB, 1 GB, 2 GB SDHC 4 GB, 8 GB, 16 GB, 32 GB Formattering van geheugenmedia Nieuwe mediakaarten worden geformatteerd volgens specifieke normen.
Hardware, hulpprogramma's en opties Behandeling van geheugenkaarten ■ Zet de schrijfbeveiligingsschakelaar in de vergrendelde stand als u geen gegevens wilt vastleggen. ■ Geheugenkaarten hebben maar een beperkte levensduur, zorg er dus voor dat u een back-up maakt van belangrijke gegevens. ■ Schrijf niet naar een kaart als de accu bijna leeg is. Een laag energieniveau kan de schrijfkwaliteit aantasten. ■ Verwijder een kaart niet tijdens het lezen of schrijven van gegevens.
Hardware, hulpprogramma's en opties ■ Zorg dat u het geheugenmedium recht voor de sleuf houdt voordat u dit plaatst. Als u het medium verkeerd plaatst, kunt u dit mogelijk niet meer verwijderen. ■ Raak de metalen contactpunten niet aan wanneer u geheugenmedia plaatst. Hierdoor wordt het opslaggebied mogelijk blootgesteld aan statische elektriciteit, waardoor gegevens verloren kunnen gaan. ■ Schakel niet over op de slaapstand of de sluimerstand terwijl bestanden worden gekopieerd.
Hardware, hulpprogramma's en opties Aanvullende geheugenmodule U kunt het geheugen van de computer uitbreiden om de hoeveelheid beschikbaar systeemgeheugen te vergroten. In dit gedeelte wordt beschreven hoe u een optionele geheugenmodule installeert en verwijdert. ■ Leg een doek onder de computer om te voorkomen dat het deksel wordt beschadigd wanneer u de geheugenmodules plaatst/vervangt. Gebruik geen doek van materiaal dat statische elektriciteit genereert of vasthoudt.
Hardware, hulpprogramma's en opties 3. Sluit het beeldscherm. 4. Zet de computer ondersteboven en verwijder de accu-eenheid (raadpleeg zo nodig paragraaf De accu-eenheid vervangen in hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden). 5. Draai de schroef los waarmee het afdekplaatje van de geheugenmodules is bevestigd. De schroef is aan het plaatje bevestigd om zoekraken te voorkomen. Gebruik een kruiskopschroevendraaier nummer 0. 6. Schuif uw nagel of een dun voorwerp onder het plaatje en til het op.
Hardware, hulpprogramma's en opties Let erop dat er nooit metalen voorwerpen, zoals schroeven, nietjes of paperclips in de computer terechtkomen. Vreemde metalen voorwerpen kunnen tot kortsluiting leiden, waardoor de computer beschadigd raakt en er brand ontstaat, met mogelijk ernstig letsel tot gevolg. Raak de connectoren op de geheugenmodule en op de computer niet aan. Vuil op de connectoren kan problemen met de toegang tot het geheugen veroorzaken.
Hardware, hulpprogramma's en opties Een geheugenmodule verwijderen Voer de volgende stappen uit als u een geheugenmodule wilt verwijderen: 1. Zet de computer uit. Let erop dat het aan/uit-lampje uit is (raadpleeg zo nodig de paragraaf De computer uitschakelen in hoofdstuk 1, Aan de slag). 2. Verwijder de netadapter en alle kabels en randapparaten die op de computer zijn aangesloten. 3. Sluit het beeldscherm. 4.
Hardware, hulpprogramma's en opties 9. Plaats het afdekplaatje van de geheugenmodule terug en bevestig het met de schroef. Zorg ervoor dat het afdekplaatje goed vastzit. 10. Installeer de accu-eenheid. Raadpleeg zo nodig paragraaf De accueenheid vervangen in hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden. 11. Draai de computer om. Externe monitor Op de computerpoort voor de externe monitor kan een externe analoge monitor worden aangesloten.
Hardware, hulpprogramma's en opties Koppel de externe monitor niet los in de slaapstand of de sluimerstand. Zet de computer uit voordat u de externe monitor loskoppelt. Als het bureaublad wordt weergegeven op een externe analoge monitor, wordt dit soms in het midden van de monitor weergegeven met zwarte balken rondom (in een klein formaat). Raadpleeg in dat geval de handleiding van de monitor en stel een weergavemodus in die door de monitor wordt ondersteund.
Hardware, hulpprogramma's en opties ■ Een 'mini-DisplayPort-naar-DisplayPort-kabel', 'mini-DisplayPort-naarHDMI-adapter' of 'mini-DisplayPort-naar-DVI-adapter' wordt niet bij de computer geleverd. U kunt dit product in de winkel aanschaffen. ■ Aangezien de werking van de poort niet is bevestigd, werken sommige monitoren mogelijk niet correct. Als u de beelduitvoer wijzigt via een snelkoppeling als FN + F5, wordt het afspeelapparaat mogelijk niet automatisch ingeschakeld.
Hardware, hulpprogramma's en opties ■ Mogelijk wordt een aangesloten eSATA-apparaat niet herkend als dit is aangesloten op een eSATA/USB-combinatiepoort terwijl de computer zich in de (zuinige) slaapstand bevindt. Als dit gebeurt, koppelt u het eSATA-apparaat los en sluit u het apparaat aan terwijl de computer is ingeschakeld. ■ Als u een eSATA-apparaat aansluit nadat u de computer hebt ingeschakeld, duurt het circa 10 seconden voordat de computer het station herkent.
Hardware, hulpprogramma's en opties ■ Sluit eerst de netadapter aan en daarna pas de TOSHIBA Express Port Replicator. ■ Als een TOSHIBA Express Port Replicator op de computer is aangesloten, kunt u de volgende computerpoorten niet gebruiken: LAN-aansluiting, DC IN 15 V-aansluiting en de poort voor een externe monitor. ■ Wanneer u een netadapter op de TOSHIBA Express Port Replicator aansluit, moet u altijd de netadapter gebruiken die bij de TOSHIBA Express Port Replicator is inbegrepen.
Hardware, hulpprogramma's en opties 1 1. Sleuf beveiligingsslot Beveiligingsslot Optionele accessoires U kunt uw computer nog krachtiger en gebruikersvriendelijker maken door een aantal opties en accessoires toe te voegen. In de volgende lijst vindt u informatie over enkele items die verkrijgbaar zijn u bij uw verkoper of TOSHIBA-dealer: DDR3-1066geheugenkit U kunt gemakkelijk een geheugenmodule van 1, 2, of 4 GB (DDR3-1066) in de computer installeren.
Basisbeginselen Hoofdstuk 4 Basisbeginselen In dit hoofdstuk worden de grondbeginselen van computergebruik beschreven en wordt toegelicht welke voorzorgsmaatregelen u daarbij dient te treffen. TOSHIBA dubbel aanwijsapparaat Sommige modellen zijn uitgerust met een dubbel aanwijssysteem: een touchpad en een AccuPoint-aanwijzer.
Basisbeginselen De twee knoppen onder het touchpad worden op dezelfde manier gebruikt als de knoppen op een standaardmuis. Druk op de linkerknop om een menuoptie te selecteren of om tekst of afbeeldingen te bewerken die u met de aanwijzer hebt geselecteerd. Druk op de rechterknop om een menu of andere functie weer te geven, afhankelijk van de gebruikte software. U kunt de functies die doorgaans met de linkerknop van de muis worden uitgevoerd, ook activeren door zachtjes op het touchpad te tikken.
Basisbeginselen Het kapje vervangen Het AccuPoint-kapje is onderhevig aan slijtage en dient na langdurig gebruik te worden vervangen. Bij sommige modellen wordt een reservekapje voor de AccuPoint meegeleverd. 1. Pak het AccuPoint-kapje stevig vast en trek het kapje recht omhoog om het te verwijderen. 1 1. AccuPoint-kapje Het AccuPoint-kapje verwijderen 2. Plaats een nieuw kapje op de pin en druk het vast. De pin is vierkant; zorg dus dat het gat zich recht boven de pin bevindt.
Basisbeginselen Uw vinger laten aftasten Als u de volgende stappen uitvoert wanneer u uw vingers over de sensor haalt voor vingerafdrukregistratie of -verificatie om zo fouten te voorkomen: Plaats het eerste vingerkootje op dezelfde hoogte als het midden van de sensor Raak de sensor licht aan en beweeg uw vinger recht naar u toe totdat het sensoroppervlak weer zichtbaar is. Terwijl u dit doet, moet u ervoor zorgen dat het midden van uw vingerafdruk zich op de sensor bevindt.
Basisbeginselen ■ Raak de sensor niet aan met een vuile vinger aangezien kleine stof- en vuildeeltjes de sensor kunnen bekrassen. ■ Plak geen stickers op de sensor en schrijft er niet op. ■ Raak de sensor niet aan met een vinger of een ander voorwerp met opgebouwde statische elektriciteit. Let op het volgende voordat u uw vinger op de sensor plaatst voor opslag, registratie of herkenning van de vingerafdruk. ■ Was uw handen en droog ze grondig.
Basisbeginselen Aandachtspunten met betrekking tot het hulpprogramma voor vingerafdrukken ■ Als de bestandscoderingsfunctie EFS (Encryption File System) van Windows 7 wordt gebruikt om een bestand te coderen, kan het bestand niet worden gecodeerd met de coderingsfunctie van deze software. ■ U kunt een reservekopie maken van de vingerafdrukgegevens of de informatie die is opgeslagen voor automatische wachtwoordinvoer in IE.
Basisbeginselen 2. Het venster Enroll (Registreren) wordt weergegeven. Typ het wachtwoord van het huidige account in het vak Windowswachtwoord. Als er geen Windows-wachtwoord is geconfigureerd, wordt u gevraagd of u een nieuw aanmeldingswachtwoord wilt configureren. Klik daarna op Volgende. 3. Klik op het pictogram voor niet-opgeslagen vinger boven de vinger die u wilt registreren en klik op Volgende. 4. Er wordt een opmerking weergegeven over de werking van het registratievenster.
Basisbeginselen 4. In het venster Enroll kunt u de vingerafdrukgegevens van de momenteel aangemelde gebruiker verwijderen. Klik op de vastgelegde vingerafdruk die u wilt verwijderen. Het bericht "Are you sure you want to delete this fingerprint template?" (Weet u zeker dat u deze vingerafdruksjabloon wilt verwijderen?) verschijnt op het scherm. Klik op OK. Herhaal deze stap als u andere vingerafdrukken wilt verwijderen.
Basisbeginselen Procedure voor vingerafdrukverificatie 1. Start de computer op. 2. Het venster Logon Authorization (Aanmeldingsverificatie) wordt weergegeven. Haal een van de geregistreerde vingers over de sensor. Als de verificatie is gelukt, wordt de gebruiker aangemeld bij Windows. ■ Als de vingerafdrukverificatie mislukt, dient u zich aan te melden met het Windows-wachtwoord. ■ Meld u aan met het Windows-wachtwoord als de vingerafdrukverificatie vijfmaal mislukt.
Basisbeginselen Overzicht van enkelvoudige aanmelding met vingerafdrukken Via deze functie kan de gebruiker zowel de verificatie van het BIOS-/ gebruikerswachtwoord (en desgewenst het wachtwoord voor de vaste schijf) uitvoeren als zich aanmelden bij Windows met slechts één vingerafdrukverificatie tijdens het opstarten.
Basisbeginselen 10. Klik op Close (Sluiten). 11. "Weet u zeker dat u wilt afsluiten" wordt weergegeven. Klik op OK. U keert terug naar het hoofdmenu van TOSHIBAhulpprogramma voor vingerafdrukken. De gewijzigde configuratie voor opstartverificatie en enkelvoudige aanmelding via vingerafdrukken wordt toegepast wanneer u het systeem opnieuw opstart. Webcam Sommige modellen zijn voorzien van een webcam, waarmee u video kunt opnemen of foto's kunt maken met de computer.
Basisbeginselen TOSHIBA Gezichtsherkenning gebruiken TOSHIBA Gezichtsherkenning gebruikt een bibliotheek voor gezichtsverificatie om het gezicht van de gebruiker te verifiëren wanneer deze zich aanmeldt bij Windows. De gebruiker hoeft in dit geval dus geen wachtwoord in te voeren, waardoor de aanmelding gemakkelijker verloopt. ■ TOSHIBA Gezichtsherkenning garandeert geen correcte identificatie van een gebruiker.
Basisbeginselen Gegevens voor gezichtsherkenning registreren Maak een foto voor de gezichtsverificatie en registreer de benodigde gegevens wanneer u zich aanmeldt. Voer de onderstaande stappen uit om de benodigde gegevens te registreren wanneer u zich aanmeldt: 1. Start het hulpprogramma door te klikken op Start Alle programma's TOSHIBA Hulpprogramma's Gezichtsherkenning. ■ Het registratievenster wordt weergegeven voor een aangemelde gebruiker wiens gezicht nog niet is geregistreerd.
Basisbeginselen De gegevens voor gezichtsherkenning verwijderen U kunt de fotogegevens, accountgegevens en persoonlijke gegevens die tijdens de registratie zijn vastgelegd, verwijderen. Als u de gegevens voor gezichtsherkenning wilt verwijderen, voert u de onderstaande stappen uit: 1. Start het hulpprogramma door te klikken op Start Alle programma's TOSHIBA Hulpprogramma's Gezichtsherkenning. Het beheervenster wordt weergegeven. 2. Selecteer de gebruiker die wordt weergegeven in het venster Management. 3.
Basisbeginselen Aanmeldingsscherm voor 1:N-modus 1. 2. 3. 4. Zet de computer aan. Het venster Tegels selecteren wordt weergegeven. Selecteer Gezichtsherkenning starten ( ). ''Please face the camera'' (Draai uw gezicht naar de camera) wordt weergegeven. 5. De verificatie wordt uitgevoerd. Als de verificatie slaagt, worden de fotogegevens die zijn gemaakt in stap 4 ingefade en over elkaar geplaatst. ■ Als er een fout optreedt tijdens de verificatie, keert u terug naar het venster Tegels selecteren. 6.
Basisbeginselen Optische schijfstations gebruiken Het station van volledige grootte ondersteunt snelle uitvoering van CDROM- en DVD-ROM-programma's. U kunt CD's/DVD's van 12 cm of 8 cm zonder adapter gebruiken. Een seriële ATA-interfacecontroller wordt gebruikt voor aansturing van het CD/DVD-ROM-station. Wanneer de computer toegang heeft tot een CD-/DVD-ROM-station, gaat het lampje op het station branden. Gebruik de DVD-afspeeltoepassing als u DVD-video's wilt bekijken.
Basisbeginselen 1 1. Laserlens Een CD/DVD in de lade plaatsen Wanneer de schijflade volledig is uitgeschoven, steekt de rand van de computer iets uit over de CD-/DVD-lade. Wanneer u de CD/DVD in de lade plaatst, moet u de schijf dus schuin houden. Zorg na het plaatsen van de CD/DVD echter dat de schijf plat ligt. ■ Raak nooit de laserlens of de omringende behuizing aan om onjuiste uitlijning te voorkomen. ■ Zorg dat er geen stof, vuil of voorwerpen in het station terechtkomen.
Basisbeginselen De CD-/DVD-lade sluiten Schijven verwijderen Voer de volgende stappen uit om CD's/DVD's te verwijderen: Druk niet op de uitwerpknop terwijl de computer toegang heeft tot het station. Wacht tot het lampje voor het optische station uit is voordat u de schijflade opent. Haal de CD/DVD pas uit de schijflade nadat de schijf is opgehouden met draaien. 1. Druk op de uitwerpknop om de lade een stukje te openen. Trek de lade voorzichtig helemaal open.
Basisbeginselen Een CD/DVD verwijderen wanneer de schijflade niet opengaat U kunt de lade niet met de uitwerpknop openen wanneer de computer is uitgeschakeld. In dat geval kunt u de schijflade openen door een dun voorwerp (ongeveer 15 mm lang), zoals een rechtgebogen paperclip, in het uitwerpgaatje rechts van de uitwerpknop te steken. 1 Doorsnee van 1,0 mm 1.
Basisbeginselen Wanneer u media beschrijft met behulp van een optisch station, moet u de netadapter altijd aansluiten op een stopcontact. Als gegevens worden weggeschreven bij gebruik van de accu-eenheid, kan het wegschrijven soms mislukken omdat de accu bijna leeg is. Dit kan resulteren in gegevensverlies. Belangrijk bericht Lees deze paragraaf vóór het beschrijven van media die door DVD Super Multi-station worden ondersteund grondig door en volg alle configuratie- en gebruiksaanwijzingen.
Basisbeginselen Voordat u gaat schrijven of herschrijven ■ Op grond van TOSHIBA's beperkte compatibiliteitstests worden de volgende fabrikanten van CD-R, CD-RW, DVD-R, DVD-R (Dual Layer), DVD-RW, DVD+R, DVD+R (Double Layer), DVD+RW of DVD-RAMschijven aanbevolen, hoewel de kwaliteit van de media het schrijf- of herschrijfproces kan beïnvloeden. TOSHIBA staat niet in voor de werking, kwaliteit of prestaties van enigerlei schijven. CD-R: TAIYO YUDEN CO., Ltd. MITSUBISHI KAGAKU MEDIA CO., LTD.
Basisbeginselen ■ DVD-R (Dual Layer)- en DVD+R (Dual Layer)-schijven in bepaalde indelingen kunnen onleesbaar zijn. ■ DVD-RAM-schijven van 2,6 GB en 5,2 GB kunnen niet worden gelezen of beschreven. ■ Schijven die zijn gemaakt als DVD-R (Dual Layer) indeling 4 (Layer Jump Recording) kunnen niet worden gelezen. ■ Controleer of de schijven van goede kwaliteit, schoon en onbeschadigd zijn. Is dit niet het geval, dan kunnen fouten optreden tijdens het schrijfof herschrijfproces.
Basisbeginselen ■ Voordat u de slaapstand of de sluimerstand inschakelt, dient u ervoor te zorgen dat het schrijfproces naar DVD-RAM is voltooid. Het schrijven is in dit geval voltooid wanneer u de DVD-RAM-schijf kunt uitwerpen. ■ Sluit alle softwareprogramma's behalve de schrijfsoftware. ■ Voer geen programma's uit die de processor belasten, bijvoorbeeld schermbeveiliging. ■ Zorg dat de computer op volledige energie werkt: gebruik geen energiebesparingsfuncties.
Basisbeginselen ■ gebruik van de audio-/videobedieningsknoppen om geluid te reproduceren; ■ het openen van het optische station. ■ Gebruik tijdens het schrijven of herschrijven niet de functies Afsluiten, Afmelden, Slaapstand of Sluimerstand. ■ Zorg ervoor dat schrijven/herschrijven is afgerond voordat u overschakelt naar de slaapstand of de sluimerstand (het schrijven is afgerond als u een optische schijf kunt verwijderen uit het DVD Super Multi-station).
Basisbeginselen ■ Met de functie "Disc Backup" van TOSHIBA Disc Creator kunt u wellicht geen back-up maken van een DVD-R, DVD-R (Dual Layer), DVD-RW, DVD+R, DVD+R (Double Layer) of DVD+RW die met andere software op een andere recorder is gemaakt. ■ Als u gegevens toevoegt aan een DVD-R, DVD-R (Dual Layer), DVD+R of DVD+R (Double Layer) waarop reeds gegevens zijn opgenomen, kunnen de toegevoegde gegevens in bepaalde omstandigheden niet worden gelezen.
Basisbeginselen Behandeling van schijven/diskettes In dit gedeelte treft u tips aan voor het beschermen van de gegevens die u op CD's of DVD's hebt opgeslagen. Ga voorzichtig om met schijven. Door de volgende eenvoudige richtlijnen in acht te nemen kunt u de levensduur van uw media verlengen en de erop opgeslagen gegevens beschermen: 1. Bewaar uw CD's en DVD's in de originele houder om ze te beschermen en schoon te houden. 2. Buig de CD's of DVD's niet. 3.
Basisbeginselen Microfoonvolume Volg de onderstaande stappen om het opnamevolume van de microfoon te wijzigen. 1. Klik met de rechtermuisknop op het luidsprekerpictogram op de taakbalk en selecteer Opnameapparaten in het submenu. 2. Selecteer Microfoon en klik op Eigenschappen. 3. Versleep de schuifregelaar Microfoon op het tabblad Niveaus om het volume van de microfoon te verhogen of te verlagen.
Basisbeginselen Luidsprekerconfiguratie Klik op de knop Audio Test om te controleren of het geluid van de interne luidsprekers of de koptelefoon uit de juiste richting komt. Default Format (Standaardindeling) U kunt de samplingfrequentie en bitdiepte van geluid wijzigen. TOSHIBA Microfooneffect Met TOSHIBA Microfooneffect krijgt u een hands-free omgeving voor communicatie via het IP-protocol of een LAN.
Basisbeginselen Modem In deze paragraaf wordt beschreven hoe u de interne modem aan een telefoonaansluiting koppelt en ervan ontkoppelt. ■ Als de computer wordt aangesloten op een andere communicatielijn dan een analoge telefoonlijn, kan de computer defect raken. ■ Sluit de ingebouwde modem alleen aan op normale analoge telefoonlijnen. ■ Sluit de ingebouwde modem nooit aan op een digitale lijn (ISDN).
Basisbeginselen 4. Selecteer een regio uit het regiomenu of een telefoonlocatie uit het submenu. ■ Wanneer u een regio aanklikt, wordt deze de standaardselectie van de modem bij nieuw te kiezen locaties die worden gemaakt in het Configuratiescherm van Windows (Telefoon- en modemopties). ■ Wanneer u een telefoonlocatie selecteert, wordt automatisch de corresponderende regio geselecteerd en wordt dit de standaard regio-instelling van de modem.
Basisbeginselen Keuze-opties Selecteer deze optie als u de keuze-opties wilt weergeven. Als u de computer in Japan gebruikt, bent u wettelijk verplicht Japan als regio te selecteren. Het is in strijd met de wet om de modem in Japan met een andere regioselectie te gebruiken. De modemkabel aansluiten Voer de volgende stappen uit om de modulaire kabel van de modem aan te sluiten: ■ Als de computer wordt aangesloten op een andere communicatielijn dan een analoge telefoonlijn, kan de computer defect raken.
Basisbeginselen Als u gebruik maakt van een opslagapparaat (bijvoorbeeld een optisch station of een vaste schijf) dat aan een 16-bits PC-kaart is gekoppeld, kunt u te maken krijgen met de volgende modemproblemen: ■ de modemsnelheid is laag of de communicatie wordt tijdelijk onderbroken; ■ Het geluid kan haperen of verspringen. De modulaire kabel ontkoppelen Voer de volgende stappen uit om de modemkabel los te koppelen: 1.
Basisbeginselen Draadloos LAN Het draadloos LAN is compatibel met andere LAN-systemen die zijn gebaseerd op DSSS-/OFDM-radiotechnologie (Direct Sequence Spread Spectrum/Orthogonal Frequency Division Multiplexing) en die voldoen aan de IEEE 802.11-norm voor draadloos LAN. ■ Selectie van frequentiekanaal van 5 GHz voor IEEE 802.11a en/of IEEE802.11n ■ Selectie van frequentiekanaal van 2,4 GHz voor IEEE 802.11b/g en/of IEEE.802.
Basisbeginselen Bluetooth-technologie De draadloze Bluetooth-technologie maakt kabels tussen computers en andere elektronische apparaten, zoals printers en mobiele telefoons, overbodig. U kunt de ingebouwde Bluetooth-functies van de computer en een externe Bluetooth-adapter niet tegelijk gebruiken. De kenmerken van Bluetoothtechnologie zijn als volgt: Wereldwijde toepasbaarheid De Bluetooth-radiozender en -ontvanger werkt op de 2,4-GHz band.
Basisbeginselen Release-informatie voor de Bluetooth-stack voor Windows van TOSHIBA 1. Faxtoepassingen: Sommige faxtoepassingen kunnen niet met deze Bluetooth-stack worden gebruikt. 2. Bij meerdere gebruikers: Bluetooth wordt niet ondersteund in een omgeving met meerdere gebruikers. Dit betekent dat als u Bluetooth gebruikt, andere gebruikers die op dezelfde computer zijn aangemeld de Bluetooth-functionaliteit niet kunnen gebruiken.
Basisbeginselen Een computer gebruiken aan boord van een vliegtuig ■ De huidige voorschriften en beleidsregels van luchtvaartmaatschappijen vereisen gewoonlijk dat u uw computer en schakelaars of apparaten voor draadloze communicatie uitschakelt voordat u aan boord gaat van een vliegtuig.
Basisbeginselen 5. Draai de schroef los waarmee het afdekplaatje van de SIM-kaartsleuf is bevestigd. De schroef is aan het plaatje bevestigd om zoekraken te voorkomen. Het afdekplaatje van de SIM-kaartsleuf verwijderen Gebruik een kruiskopschroevendraaier nummer 1. 6. U kunt de SIM-kaarthouder ontgrendelen door met uw nagels of een smal voorwerp de ontgrendelingsschuif voor de SIM-kaart naar achteren te schuiven. De SIM-kaarthouder ontgrendelen 7. Duw de SIM-kaarthouder omhoog.
Basisbeginselen 8. Schuif uw SIM-kaart in de SIM-kaarthouder zoals weergegeven in onderstaande afbeelding. De SIM-kaart plaatsen en verwijderen ■ Let erop dat er nooit metalen voorwerpen, zoals schroeven, nietjes of paperclips in de computer terechtkomen. Vreemde metalen voorwerpen kunnen tot kortsluiting leiden, waardoor de computer beschadigd raakt en er brand ontstaat, met mogelijk ernstig letsel tot gevolg. ■ Raak de aansluitpunten op de SIM-kaart en op de computer niet aan.
Basisbeginselen 10. Plaats het afdekplaatje van de SIM-kaartsleuf terug en bevestig het met de schroef. 1 2 1. Afdekplaatje SIM-kaartsleuf 2. Schroef Het afdekplaatje van de SIM-kaartsleuf plaatsen 11. Installeer de accu-eenheid (raadpleeg zo nodig de paragraaf "De accueenheid vervangen" in hoofdstuk 6 Stroomvoorziening en spaarstanden van de online handleiding). 12. Draai de computer om.
Basisbeginselen Het venster Wireless Modes (Draadloze modi) (voorbeeldafbeelding) Deze sneltoets is alleen beschikbaar wanneer de schakelaar voor draadloze communicatie is ingeschakeld. GPS inschakelen Uw systeem bevat mogelijk ingebouwde GPS-functionaliteit (Global Positioning System). Volg de volgende procedures om GPS in te schakelen en te gebruiken. ■ Zorg dat de schakelaar voor draadloze communicatie is ingeschakeld. ■ Plaats een SIM-kaart in de SIM-kaartsleuf.
Basisbeginselen Voorschriften Overeenstemming met FCC FCC-overeenstemming is niet van toepassing op dit product als een draadloos WAN-module is geïnstalleerd. Overeenstemming met Industry Canada (IC) Overeenstemming met Industry Canada (IC) is niet van toepassing op dit product met geïnstalleerde module voor draadloos WAN. Overeenstemming met reglementen in Australië en NieuwZeeland Een radiozendapparaat maakt deel uit van dit apparaat.
Basisbeginselen LAN De computer biedt ingebouwde ondersteuning voor Ethernet LAN (10 megabits per seconde, 10BASE-T), Fast Ethernet LAN (100 megabits per seconde, 100BASE-TX) en Gigabit Ethernet LAN (1000 megabits per seconde, 1000BASE-T). In dit gedeelte wordt beschreven hoe u de computer koppelt aan en ontkoppelt van een LAN. Installeer of verwijder geen geheugenmodule zolang Activering op LAN is ingeschakeld. ■ De functie Activering op LAN werkt niet zonder de netadapter.
Basisbeginselen De LAN-kabel aansluiten Voer de volgende stappen uit om de LAN-kabel los te koppelen: ■ Sluit de netadapter aan alvorens de LAN-kabel aan te sluiten. Tijdens LAN-gebruik moet de netadapter aangesloten blijven. Als u de netadapter ontkoppelt terwijl de computer gegevens uitwisselt met een LAN, wordt de verbinding wellicht verbroken. ■ Sluit uitsluitend LAN-kabels aan op de LAN-poort. Doet u dat wel, dan kan dit schade of storingen veroorzaken.
Basisbeginselen De LAN-kabel ontkoppelen Voer de volgende stappen uit om de LAN-kabel los te koppelen: Zorg dat het LAN-actief-lampje (het oranje lampje) uit is voordat u de computer loskoppelt van het LAN. 1. Knijp het palletje op de connector in de LAN-poort van de computer in en trek de connector eruit. 2. Ontkoppel de kabel op dezelfde wijze van de LAN-hub of -router. Raadpleeg de netwerkbeheerder en hardware- of softwareleverancier voordat u de kabel van de hub ontkoppelt.
Basisbeginselen ■ Koppel de netadapter en alle randapparaten los alvorens de computer te verplaatsen. ■ Sluit het beeldscherm. ■ Til de computer niet op aan het beeldscherm. ■ Voordat u de computer optilt, moet deze zijn gesloten, de adapter afgekoppeld en afgekoeld. Nalatigheid van deze instructie kan tot een lichte brandwond leiden. ■ Let erop dat er niet tegen de computer wordt gedrukt of gestoten.
Basisbeginselen Pictogram op de taakbalk Status Pictogram Beschrijving Normaal TOSHIBA-vasteschijfbeveiliging is ingeschakeld. Beveiliging TOSHIBA-vasteschijfbeveiliging is ingeschakeld. De kop van de vaste schijf staat op een veilige positie. UIT TOSHIBA-vasteschijfbeveiliging is uitgeschakeld. TOSHIBA beveiliging van de vaste schijf - Eigenschappen U kunt de TOSHIBA-vasteschijfbeveiliging instellen in het venster Eigenschappen voor TOSHIBA-vasteschijfbeveiliging.
Basisbeginselen 3D-viewer Deze functie toont geen 3D-object op het scherm dat beweegt, afhankelijk van de kanteling of trillingen van de computer. Wanneer TOSHIBA-vasteschijfbeveiliging computertrillingen detecteert, wordt de kop van de vaste schijf geparkeerd en stop de rotatie van de 3Dschijf. Wanneer de kop uit de parkeerstand wordt gehaald, begint de schijf weer te draaien. U kunt de 3D-viewer via het pictogram op de taakbalk starten.
Basisbeginselen Het TOSHIBA-hulpprogramma USB-slaapstand en laden gebruiken Dit hulpprogramma geeft aan of de functie USB-slaapstand en laden is inof uitgeschakeld en toont de USB-poorten die de functie USB-slaapstand en laden ondersteunen. Tevens wordt de resterende capaciteit van de accu weergegeven. USB-slaapstand en laden Uw computer kan de USB-poort van stroom (5 V) voorzien, zelfs als de computer is uitgeschakeld.
Basisbeginselen ■ Als de functie 'USB-slaapstand en laden' is ingeschakeld, krijgen compatibele USB-poorten stroom (5 V), zelfs als de computer is uitgeschakeld. Er wordt ook stroom (5 V) geleverd aan externe apparaten die op de compatibele USB-poorten zijn aangesloten. Sommige externe apparaten kunnen echter niet alleen via USB-stroom (5 V) worden opgeladen.
Basisbeginselen Het hulpprogramma USB-slaapstand en laden starten U start dit hulpprogramma door te klikken op Start Alle programma's TOSHIBA Hulpprogramma's USB-slaapstand en laden. USB-slaapstand en laden inschakelen Dit hulpprogramma kan worden gebruikt om de functie voor USBslaapstand en laden in en uit te schakelen. Schakel het selectievakje 'USB-slaapstand en laden' in om deze functie in te schakelen voor de compatibele USB-poorten. Deze voorziening is standaard uitgeschakeld.
Basisbeginselen Warmteverspreiding Om de processor tegen oververhitting te beschermen, is deze voorzien van een interne temperatuursensor die een ventilator inschakelt of de verwerkingssnelheid verlaagt indien de interne temperatuur van de computer een bepaald niveau bereikt. U kunt instellen of u deze temperatuur wilt regelen door eerst de ventilator aan te zetten en daarna zo nodig de processorsnelheid te verlagen of vice versa. Deze functies worden beide ingesteld via Energiebeheer.
Het toetsenbord Hoofdstuk 5 Het toetsenbord Het toetsenbord van de computer is compatibel met een uitgebreid toetsenbord met 104/105 toetsen. Door bepaalde toetsen tegelijkertijd in te drukken kunnen alle uitgebreide functies van dit toetsenbord op de computer worden uitgevoerd. Het aantal toetsen op uw toetsenbord is afhankelijk van de toetsenbordindeling waarmee uw computer is geconfigureerd; er zijn toetsenborden voor verschillende talen beschikbaar.
Het toetsenbord Functietoetsen: F1 ... F12 De functietoetsen (niet te verwarren met de speciale toets FN) zijn twaalf toetsen op de bovenste rij van het toetsenbord. Deze toetsen werken anders dan de andere toetsen. F1 tot en met F12 worden functietoetsen genoemd omdat ze geprogrammeerde functies uitvoeren als ze worden ingedrukt. In combinatie met de toets FN voeren toetsen die gemarkeerd zijn met een pictogram speciale functies uit op de computer.
Het toetsenbord Druk op FN + F10 of FN + F11 om de geïntegreerde numerieke toetsen te activeren. De toetsen met grijze markering op de onderrand worden hierdoor cijfertoetsen (FN + F11) of cursorbesturingstoetsen (FN + F10). Raadpleeg de paragraaf Geïntegreerde numerieke toetsen in dit hoofdstuk voor meer informatie over de bediening van deze toetsen. Let erop dat standaard beide functies bij het opstarten van de computer zijn uitgeschakeld.
Het toetsenbord Slaapstand: met FN + F3 zet u het systeem in de slaapstand. Sluimerstand: met FN + F4 zet u het systeem in de sluimerstand. Uitvoer: met FN + F5 wijzigt u het actieve beeldscherm. Als u twee beeldschermen tegelijk wilt gebruiken, moet u de resolutie van het interne beeldscherm instellen op dezelfde resolutie als die van het externe scherm. Helderheid verlagen: met FN + F6 kunt u de helderheid van het computerscherm stapsgewijs verlagen.
Het toetsenbord Zoomen: met FN + spatiebalk wijzigt u de beeldschermresolutie. TOSHIBA Hulpprogramma Zoom (verkleinen): met FN + 1 verkleint u pictogrammen op het bureaublad of de tekengrootte binnen een van de ondersteunde toepassingsvensters. TOSHIBA Hulpprogramma Zoom (vergroten): met FN + 2 vergroot u pictogrammen op het bureaublad of de tekengrootte binnen een van de ondersteunde toepassingsvensters.
Het toetsenbord Geïntegreerde numerieke toetsen Het toetsenbord van uw computer heeft mogelijk geen apart numeriek toetsenbord maar geïntegreerde numerieke toetsen met dezelfde functies. Deze bevinden zich in het midden van het toetsenbord en de betreffende toetsen hebben grijze letters aan de voorrand. Deze toetsen hebben dezelfde functie als de numerieke toetsenbloktoetsen van het uitgebreide standaardtoetsenbord met 104/105 toetsen.
Het toetsenbord Tijdelijk het gewone toetsenbord gebruiken (geïntegreerde numerieke toetsen aan) Tijdens het gebruik van de geïntegreerde numerieke toetsen kunt u tijdelijk met het gewone toetsenbord werken zonder de geïntegreerde numerieke toetsen uit te schakelen: 1. Houd FN ingedrukt en druk op een andere toets. Deze toets werkt dan alsof de numerieke functie uit staat. 2. U typt hoofdletters door FN + SHIFT ingedrukt te houden en op een lettertoets te drukken. 3.
Stroomvoorziening en spaarstanden Hoofdstuk 6 Stroomvoorziening en spaarstanden De computer kan via de netadapter, de accu-eenheid of de interne accu van stroom worden voorzien. In dit hoofdstuk leest u hoe u deze voedingsbronnen optimaal gebruikt en hoe u de accu oplaadt en vervangt. Verder worden tips gegeven voor het besparen van accu-energie en krijgt u informatie over de diverse spaarstanden.
Stroomvoorziening en spaarstanden Stroom ingeschakeld Netadapter Acculading is niet boven aangesloten activeringsniveau lage acculading Stroom uitgeschakeld (buiten werking) • In werking • Lampje: Accu uit DC IN uit Acculading is onder activeringsniveau lage acculading • In werking • Lampje: Accu knippert oranje DC IN uit Accu is leeg De computer wordt uitgezet Geen accu geïnstalleerd • Buiten werking • Lampje: Accu uit DC IN uit Tabel 6-1 Stroomvoorziening De stroomvoorziening controleren Zoals
Stroomvoorziening en spaarstanden DC IN-lampje Aan de hand van het DC IN-lampje kunt u de stroomvoorzieningsstatus voor de aangesloten netadapter controleren. Let daarbij op de volgende indicaties: Groen Geeft aan dat de netadapter is aangesloten en de computer correct van stroom voorziet. Lampje knippert oranje Duidt op een probleem met de stroomvoorziening. Probeer eerst door de adapter op een ander stopcontact aan te sluiten. Als dit niet helpt, neem dan contact op met uw verkoper of leverancier.
Stroomvoorziening en spaarstanden RTC-batterij (batterij voor de real-time klok) De RTC- ofwel Real Time Clock-batterij voorziet de interne real-time klok en kalender van stroom en handhaaft de systeemconfiguratie als de computer is uitgeschakeld. Als de RTC-batterij leeg is, gaan deze gegevens verloren en werken de real-time klok en kalender niet meer. In dit geval verschijnt het volgende bericht als u de computer inschakelt: S **** RTC Power Failure **** Check system. Then press [F2] key.
Stroomvoorziening en spaarstanden ■ De accu-eenheid bestaat uit lithium-ion batterijen. Indien deze onjuist wordt vervangen, gebruikt, gehanteerd of afgedankt, bestaat ontploffingsgevaar. Houd u bij het afdanken van de accu aan de plaatselijke verordeningen of voorschriften. Gebruik alleen accu’s die door TOSHIBA zijn aanbevolen. ■ De RTC-accu van de computer is een Ni-MH-accu en dient uitsluitend door uw leverancier of een TOSHIBA-servicevertegenwoordiger te worden vervangen.
Stroomvoorziening en spaarstanden Tijd Raadpleeg de gebruikersinformatie over de oplaadtijd. Accuaanwijzingen over opladen In de volgende omstandigheden kan het gebeuren dat de accu niet direct wordt opgeladen: ■ De accu is te heet of te koud (als de accu erg heet is, wordt deze helemaal niet opgeladen). Om te zorgen dat de accu maximaal wordt opgeladen, dient u deze bij een kamertemperatuur tussen 5° en 35°C op te laden. ■ De accu is praktisch leeg.
Stroomvoorziening en spaarstanden Gebruiksduur van de accu maximaliseren De bruikbaarheid van een accu is afhankelijk van de gebruiksduur die één acculading levert, terwijl de gebruiksduur van de lading in een accu afhangt van het volgende: ■ Processorsnelheid ■ Helderheid van scherm ■ Slaapstand ■ Sluimerstand ■ Tijd waarna het beeldscherm wordt uitgeschakeld ■ Tijd waarna de vaste schijf wordt uitgeschakeld ■ Hoe vaak en hoe lang u de vaste schijf en externe stations, zoals het optische station en het di
Stroomvoorziening en spaarstanden 4. Sluit de netadapter aan op de DC IN 15V-aansluiting van de computer en op een werkend stopcontact. Het DC IN-lampje moet groen branden, terwijl het acculampje oranje moet branden om aan te geven dat de accu-eenheid wordt opgeladen. Indien het DC IN-lampje echter niet brandt, duidt dit erop dat de accu-eenheid geen stroom krijgt. Controleer de aansluitingen van de netadapter en het netsnoer. 5. Laad de accu-eenheid op tot het acculampje groen brandt.
Stroomvoorziening en spaarstanden 2 3 1 1. Accuvergrendeling 3. Accu-eenheid 2. Ontgrendelingsschuif accuhouder De accu-eenheid vrijgeven De accu-eenheid installeren Voer de volgende stappen uit om een accu-eenheid te installeren: Raak de accu-ontgrendelingsschuif niet aan terwijl u de computer vasthoudt omdat de accu-eenheid er dan uit kan vallen doordat de accuhouder per ongeluk wordt ontgrendeld en letsel kan veroorzaken. 1. Schuif de accu zo ver als het gaat in de computer (1). 2.
Stroomvoorziening en spaarstanden TOSHIBA Password-hulpprogramma Het hulpprogramma TOSHIBA Password verschaft twee niveaus van wachtwoordbeveiliging: User en Supervisor. Wachtwoorden die met het TOSHIBA-wachtwoordhulpprogramma worden ingesteld, verschillen van het Windows-wachtwoord.
Stroomvoorziening en spaarstanden ■ BIOS Setup starten: 1. Zet de computer aan. 2. Druk op de toets F2 wanneer het scherm TOSHIBA Leading Innovation >>> verschijnt. ■ BIOS Setup afsluiten: 1. Druk op F10 en druk daarna op Y om de wijzigingen te accepteren. De computer wordt opnieuw opgestart. ■ Wijzigen (knop) Klik op deze knop om een geregistreerd wachtwoord te wijzigen. U kunt een wachtwoord pas wijzigen nadat u het huidige wachtwoord correct hebt ingevoerd.
Stroomvoorziening en spaarstanden De computer opstarten met een wachtwoord Als u al een wachtwoord hebt geregistreerd, kunt u de computer op meerdere manieren opstarten: ■ Haal uw vinger over de sensor als u uw vingerafdruk al hebt geregistreerd met het vingerafdrukprogramma en vingerafdrukverificatie bij het opstarten hebt ingeschakeld.
Stroomvoorziening en spaarstanden Windows-hulpprogramma’s U kunt diverse instellingen voor de slaapstand en de sluimerstand configureren via Energiebeheer (dat u opent via Start Configuratiescherm Systeem en beveiliging Energiebeheer). Sneltoetsen U kunt de sneltoets Fn + F3 gebruiken om de slaapstand in te schakelen of Fn + F4 voor de sluimerstand. Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord voor meer informatie.
HW Setup Hoofdstuk 7 HW Setup In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u de computer met behulp van het programma TOSHIBA HW Setup configureert en wordt informatie over instellingen voor diverse functies. HW Setup starten U start het programma HW Setup door te klikken op Start Alle programma's TOSHIBA Utilities (Hulpprogramma's) HW Setup.
HW Setup Beeldscherm Op dit tabblad kunt u de weergave-instellingen voor het interne beeldscherm of een externe monitor opgeven. Beeldscherm bij opstarten Met deze optie kunt u het beeldscherm selecteren dat wordt gebruikt wanneer de computer wordt ingeschakeld. Let erop dat deze instelling alleen beschikbaar is in de standaard VGA-modus en niet beschikbaar is in de eigenschappen van het Windows-bureaublad. De functie voor beeldscherm bij opstarten wordt ondersteund door bepaalde modellen. Autom.
HW Setup U kunt de instellingen annuleren en handmatig een opstartapparaat selecteren door tijdens het opstarten van de computer op een van de volgende toetsen te drukken: U Selecteert het USB-diskettestation*1 N Selecteert het netwerk. 1 Selecteert de ingebouwde vaste schijf. C Selecteert het CD-ROM-station*2. M Selecteert het USB-geheugenstation. E Selecteert de vaste eSATA-schijf.
HW Setup Diskettestation Stelt het USB-geheugen in als equivalent van een diskettestation. Met deze instelling kan het USB-geheugenapparaat worden gebruikt om de computer op te starten alsof het een diskette is. Hierbij worden de eerder beschreven diskettestationsinstellingen in de opties voor de opstartprioriteit gebruikt. Toetsenbord Activering op toetsenbord Als deze functie actief is en de computer in de slaapstand staat, kunt u de computer inschakelen door op een willekeurige toets te drukken.
HW Setup LAN Activering op LAN Met deze functie wordt de computer opgestart zodra een activeringspakket (Magic-pakket) van het LAN wordt ontvangen. Installeer of verwijder geen geheugenmodule zolang Activering op LAN is ingeschakeld. ■ De functie Activering op LAN werkt niet zonder de netadapter. Laat de netadapter aangesloten als u deze functie gebruikt.
HW Setup USB Emulatie USB Legacy-t.borden/-muizen U kunt deze optie gebruiken om de emulatie van USB Legacytoetsenborden en -muizen in of uit te schakelen. Hierdoor kunt nog steeds een standaard USB-muis en -toetsenbord gebruiken ook als uw besturingssysteem geen USB-apparaten ondersteunt. Schakel de betreffende opties in om dit te bereiken. Ingeschakeld Schakelt emulatie van USB Legacytoetsenborden/-muizen in (standaardinstelling). Uitgeschakeld Schakelt de optie USB KB/Mouse Legacy Emulation uit.
Problemen oplossen Hoofdstuk 8 Problemen oplossen TOSHIBA heeft met deze computer een duurzaam product willen maken, maar mochten zich problemen voordoen dan kunt u aan de hand van de procedures in dit hoofdstuk bepalen wat er aan de hand is. Het is raadzaam dat alle gebruikers kennis nemen van dit hoofdstuk omdat als zij weten wat er fout kan gaan, er bepaalde problemen kunnen worden vermeden.
Problemen oplossen ■ Controleer of alle optionele accessoires correct zijn geconfigureerd in het setup-programma van de computer en of alle vereiste stuurprogramma's geladen zijn (raadpleeg de documentatie bij de optionele accessoires voor meer informatie over installatie en configuratie). ■ Controleer of alle kabels op de juiste manier zijn aangesloten en stevig vastzitten. Loszittende kabels kunnen signaalfouten veroorzaken.
Problemen oplossen Software De problemen worden wellicht door uw software of schijfje veroorzaakt. Als u een softwarepakket niet kunt laden, is het medium of het programma misschien beschadigd. Probeer in dat geval een andere kopie van de software te laden. Als tijdens het gebruik van een softwarepakket een foutbericht verschijnt, raadpleegt u de softwaredocumentatie. Deze bevat meestal een gedeelte over probleemoplossing of een samenvatting van foutberichten.
Problemen oplossen Controlelijst voor hardware en systeem In dit gedeelte wordt ingegaan op problemen die worden veroorzaakt door de computerhardware of de aangesloten randapparaten.
Problemen oplossen Schakel in deze gevallen de computer uit, controleer alle kabelaansluitingen en schakel de computer dan weer in. Neem als de zelftests mislukken, contact op met uw verkoper, leverancier of servicemedewerker. Voeding Als de computer niet op een stopcontact is aangesloten, is de accueenheid de voornaamste voedingsbron.
Problemen oplossen Netvoeding Als zich bij het inschakelen van de computer problemen voordoen terwijl de netadapter is aangesloten, controleert u het DC IN-lampje. Raadpleeg hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden voor meer informatie. Probleem Procedure Netadapter voorziet de computer niet van stroom (DC IN-lampje brandt niet groen). Controleer de aansluitingen en kijk of het netsnoer/netadapter goed aan de computer vastzit en of het stopcontact in orde is.
Problemen oplossen Probleem Procedure Verwijder de netadapter en de accu om te controleren of de aansluitklemmen schoon zijn. Reinig deze zo nodig met een zachte droge doek die bevochtigd is met alcohol. Sluit de netadapter aan en plaats de accu terug en zorg ervoor dat deze goed vastzit in de computer. Controleer het acculampje. Als dit niet brandt, laat u de accu ten minste 20 minuten opladen via de computer.
Problemen oplossen Wachtwoord Probleem Procedure U kunt geen Raadpleeg de paragraaf TOSHIBA Passwordwachtwoord invoeren hulpprogramma in hoofdstuk 6, Stroomvoorziening en spaarstanden, voor meer informatie. Toetsenbord Problemen met het toetsenbord kunnen zijn veroorzaakt door de setup en configuratie van de computer. Raadpleeg hoofdstuk 5, Het toetsenbord voor meer informatie.
Problemen oplossen Probleem Procedure De zojuist genoemde problemen houden aan of er treden andere problemen op. Raadpleeg eerst de documentatie bij de software om te bepalen of het probleem door de software wordt veroorzaakt. U kunt ook het diagnoseprogramma TOSHIBA PC Diagnostic Tool uitvoeren om de algemene werking van de computer te controleren. Als u het probleem nog steeds niet kunt oplossen, neemt u contact op met uw verkoper, leverancier of servicemedewerker.
Problemen oplossen DVD-ROM-station Raadpleeg hoofdstuk 4, Basisbeginselen, voor meer informatie. Probleem Procedure U kunt geen toegang krijgen tot een CD/ DVD in het station. Controleer of de stationslade goed is gesloten. Duw zachtjes totdat de lade vastklikt. Open de schijflade en controleer of de CD/DVD goed ligt: plat op het ladeoppervlak met het opschrift omhoog. Een vreemd voorwerp in de schijflade kan leesactiviteit verhinderen. Zorg dat de laser niet wordt geblokkeerd.
Problemen oplossen DVD Super Multi-station Raadpleeg hoofdstuk 4, Basisbeginselen, voor meer informatie. Probleem Procedure U kunt geen toegang krijgen tot een CD/ DVD in het station. Controleer of de stationslade goed is gesloten. Duw zachtjes totdat de lade vastklikt. Open de schijflade en controleer of de CD/DVD goed ligt: plat op het ladeoppervlak met het opschrift omhoog. Een vreemd voorwerp in de schijflade kan leesactiviteit verhinderen. Zorg dat de laser niet wordt geblokkeerd.
Problemen oplossen SD/SDHC-kaart Voor meer informatie raadpleegt u hoofdstuk 3, Hardware, hulpprogramma's en opties. Probleem Procedure Fout met SD/SDHCkaart Verwijder de SD/SDHC-kaart uit de computer, plaats hem dan opnieuw en zorg ervoor dat hij stevig vast zit. Als het probleem aanhoudt, raadpleeg dan de documentatie bij uw SD/SDHC-kaart voor meer informatie. U kunt niet schrijven naar een SD/SDHCkaart. Verwijder de SD/SDHC-kaart uit de computer om te controleren of deze niet schrijfbeveiligd is.
Problemen oplossen Memory Stick Voor meer informatie raadpleegt u hoofdstuk 3, Hardware, hulpprogramma's en opties. Probleem Procedure Fout met Memory Stick/Memory Stick PRO/Memory Stick Duo/Memory Stick PRO Duo/Memory Stick Micro Verwijder de Memory Stick/Memory Stick PRO/ Memory Stick Duo/Memory Stick PRO Duo/ Memory Stick Micro uit de computer, plaats hem dan opnieuw en zorg ervoor dat hij stevig vast zit.
Problemen oplossen MultiMediaCard Voor meer informatie raadpleegt u hoofdstuk 3, Hardware, hulpprogramma's en opties. Probleem Procedure Fout met MultiMediaCard Verwijder de MultiMediaCard uit de computer, plaats hem dan opnieuw en zorg ervoor dat hij stevig vast zit. Als het probleem aanhoudt, raadpleeg dan de documentatie bij uw MultiMediaCard voor meer informatie. U kunt niet schrijven naar een MultiMediaCard.
Problemen oplossen Probleem Procedure Dubbel aantikken (touchpad) of dubbelklikken (AccuPoint) werkt niet. Probeer in dit geval eerst om de dubbelkliksnelheid te wijzigen in het hulpprogramma voor muisbesturing. 1. U opent dit hulpprogramma door te klikken op Start Configuratiescherm Hardware en geluid Muis. 2. Klik in het venster Muiseigenschappen op het tabblad Knoppen. 3. Stel de dubbelkliksnelheid naar wens in en klik op OK.
Problemen oplossen USB-muis Probleem Procedure Schermaanwijzer reageert niet wanneer de muis wordt gebruikt. In dit geval kan het systeem bezet zijn. Beweeg de muis nogmaals nadat u enkele ogenblikken hebt gewacht. Dubbelklikken werkt niet. Probeer in dit geval eerst om de dubbelkliksnelheid te wijzigen in het hulpprogramma voor muisbesturing. 1. U opent dit hulpprogramma door te klikken op Start Configuratiescherm Hardware en geluid Muis. 2.
Problemen oplossen Sensor voor vingerafdrukken Probleem Procedure De vingerafdruk wordt Voer in dit geval de vingerafleesbewerking niet correct gelezen. opnieuw uit met de juiste vingerpositie. Raadpleeg De sensor voor vingerafdrukken gebruiken in hoofdstuk 4, Basisbeginselen, voor meer informatie. U kunt het herkenningsproces ook opnieuw uitvoeren met een andere opgeslagen vinger. De sensor voor vingerafdrukken vergelijkt en analyseert de unieke eigenschappen van een vingerafdruk.
Problemen oplossen Probleem Procedure Als u een besturingssysteem gebruikt dat geen USB ondersteunt, kunt u nog steeds een USBmuis en/of USB-toetsenbord gebruiken door de optie Emulatie USB Lecacy-toetsenborden/muizen in het hulpprogramma van TOSHIBA HW Setup in te schakelen. Als u het probleem nog steeds niet kunt oplossen, neemt u contact op met uw verkoper, leverancier of servicemedewerker.
Problemen oplossen Probleem Procedure Sommige externe apparaten kunnen de functie 'Laden via USB in slaapstand' niet gebruiken. Probeer in dat geval een of meer van de volgende methoden. ■ Selecteer een andere modus. ■ Zet de computer uit terwijl externe apparaten zijn aangesloten. ■ Sluit de externe apparaten aan nadat u de computer hebt uitgezet. Als deze functie nog steeds niet kan worden gebruikt, schakelt u de functie uit en gebruikt u de functie niet.
Problemen oplossen eSATA-apparaat Raadpleeg naast de informatie in dit gedeelte ook de documentatie bij het eSATA-apparaat. Probleem Procedure eSATA-apparaat werkt Koppel het eSATA-apparaat los van de niet computer, sluit het weer aan op een vrije poort en zorg ervoor dat het stevig vast zit. Mogelijk wordt een aangesloten eSATA-apparaat niet herkend als dit is aangesloten op een eSATA/USB-combinatiepoort terwijl de computer zich in de (zuinige) slaapstand bevindt.
Problemen oplossen Aanvullende geheugenmodule Raadpleeg ook hoofdstuk 3, Hardware, hulpprogramma's en opties, voor informatie over het installeren en verwijderen van geheugenmodules. Probleem Procedure Als er een geheugenstoring optreedt, knippert het aan/uit-lampje meerdere malen (0,5 seconde aan, 0,5 seconde uit) op de volgende manieren: Als er alleen een probleem is met sleuf A, knippert het lampje tweemaal oranje en daarna eenmaal groen.
Problemen oplossen Probleem Procedure Controleer in Windows Apparaatbeheer of het geluidsapparaat is ingeschakeld en correct werkt. Raadpleeg voor meer informatie de paragraaf 'Problemen oplossen in Windows' in Windows Help en ondersteuning. Hinderlijk geluid hoorbaar. Dit wordt mogelijk veroorzaakt door feedback van de interne microfoon of een externe microfoon die op de computer is aangesloten. Raadpleeg Geluidssysteem in hoofdstuk 4, Basisbeginselen, voor meer informatie.
Problemen oplossen Probleem Procedure Als het interne scherm en een externe monitor zijn ingesteld op de kloonmodus en ze door de timer worden uitgeschakeld, kan het interne scherm of de externe monitor mogelijk geen beeld geven wanneer ze weer worden ingeschakeld. Als dit gebeurt, drukt u op FN + F5 om het interne scherm en de externe monitor weer in te stellen op de kloonmodus. Beeldschermfout Controleer of de kabel tussen de externe monitor en de computer stevig is bevestigd.
Problemen oplossen Probleem Procedure Controleer bij gegevensoverdracht of de Verstoorde instellingen voor pariteitsbit en het stopbit tekenweergave tijdens communicatie. overeenkomen met die van de andere computer. Controleer de instellingen voor transportbesturing en het communicatieprotocol in uw communicatietoepassing. U kunt een binnenkomende oproep niet ontvangen. Controleer of de functie voor het aantal belsignalen voordat een oproep automatisch wordt beantwoord, correct is ingesteld.
Problemen oplossen Bluetooth Raadpleeg hoofdstuk 4, Basisbeginselen, voor meer informatie over draadloze Bluetooth-communicatie. Probleem Procedure Kan geen toegang Controleer of de schakelaar voor draadloze krijgen tot Bluetooth- communicatie van de computer is ingeschakeld. apparaat. Controleer of de toepassing voor Bluetooth Beheer geactiveerd is en of de stroom naar het externe Bluetooth-apparaat is ingeschakeld. Controleer of er geen optionele Bluetoothadapter in de computer is geïnstalleerd.
Problemen oplossen TOSHIBA-ondersteuning Als u extra technische hulp nodig hebt of als u problemen hebt bij het gebruik van de computer, kunt u contact opnemen met TOSHIBA. Voordat u opbelt Aangezien sommige problemen wellicht te wijten zijn aan het besturingssysteem of het programma dat u gebruikt, is het belangrijk om eerst andere hulpbronnen te raadplegen.
Specificaties Appendix A Specificaties Deze bijlage geeft een overzicht van de technische kenmerken van de computer. Gewicht en afmetingen Raadpleeg de gebruikersinformatie over afmetingen.
Specificaties Ingebouwde modem Deze informatie is van toepassing op modellen met een ingebouwde modem. NCU (Network Control Unit) Type NCU AA Type lijn Telefoonlijn (alleen analoog) Keuzesysteem Puls Geluid Besturingsopdracht AT-opdrachten EIA-578-opdrachten Controlefunctie Computerluidspreker Communicatiespecificaties Communicatiesysteem Data: Fullduplex Fax: Halfduplex Communicatieprotocol Gegevens ITU-T-Rec (voorheen CCITT) Bell Fax ITU-T-Rec (voorheen CCITT) V.21/V.22/V.22bis/V.32/ V.
Beeldschermcontroller en videomodus Appendix B Beeldschermcontroller en videomodus Beeldschermcontroller De beeldschermcontroller zet software-opdrachten om in hardwareopdrachten die bepaalde elementen op het scherm in- of uitschakelen. Aangezien het beeldscherm een hoge resolutie heeft, kunnen regels worden afgebroken wanneer beelden in de tekstmodus en schermvullend worden weergegeven.
Draadloos LAN Appendix C Draadloos LAN Aan de hand van deze bijlage kunt u het draadloze LAN met een minimum aan parameters in bedrijf stellen. Kaartspecificaties Model PCI Express Mini-kaart Compatibiliteit ■ IEEE 802.11-norm voor draadloze LAN's ■ Wi-Fi (Wireless Fidelity), gecertificeerd door de Wi-Fi Alliance. Het logo "Wi-Fi CERTIFIED" is een keurmerk van de Wi-Fi Alliance.
Draadloos LAN Het bereik van het draadloze signaal is afhankelijk van de overdrachtssnelheid van de draadloze communicatie. Bij lagere overdrachtssnelheden kan over grotere afstanden worden gecommuniceerd. ■ Het bereik van uw draadloze apparaten kan worden aangetast wanneer de antennes in de buurt van metalen oppervlakken en materialen met een hoge dichtheid worden geplaatst. ■ Het bereik kan eveneens afnemen als gevolg van "obstakels" op het pad van het radiosignaal.
Draadloos LAN ■ Voor draadloze clients in een draadloos LAN-infrastructuur start de draadloos LAN-module automatisch met het kanaal dat wordt aangeduid door het draadloos LAN-toegangspunt. Wanneer u wisselt tussen verschillende toegangspunten, kan het station zo nodig automatisch overschakelen op een ander kanaal. ■ Voor draadloze LAN-modules die zijn geïnstalleerd in draadloze clients die werkzaam zijn in een peer-to-peer-modus, wordt het standaardkanaal 10 gebruikt.
Draadloos LAN Frequentiebereik Kanaal-id 5150-5850 MHz 149 5745*2 153 5765*2 157 5785*2 161 5805*2 165 5825*2 *1 Door de fabrikant ingestelde standaardkanalen *2 Welk kanaal kan worden gebruikt, hangt af van de geïnstalleerde draadloos LAN-module. De kanaalconfiguratie wordt als volgt beheerd: ■ Voor draadloze clients in een draadloos LAN-infrastructuur start de draadloos LAN-module automatisch met het kanaal dat wordt aangeduid door het draadloos LAN-toegangspunt.
Onderlinge samenwerking tussen producten met Bluetooth-technologie Appendix D Onderlinge samenwerking tussen producten met Bluetooth-technologie De Bluetooth-adapters van TOSHIBA kunnen worden gebruikt in combinatie met elk product met de Bluetooth-technologie dat is gebaseerd op de FHSS-radiotechnologie (FHSS = Frequency Hopping Spread Spectrum) en zijn compatibel met ■ Bluetooth-specificatie, versie 2.1+EDR, zoals gedefinieerd en goedgekeurd door de Bluetooth Special Interest Group.
Onderlinge samenwerking tussen producten met Bluetooth-technologie Bluetooth-technologie en uw gezondheid Net als andere radioapparaten stralen producten met Bluetoothtechnologie hoogfrequente (HF) elektromagnetische energie uit. Het intensiteitsniveau van de energie die door apparaten met Bluetoothtechnologie wordt uitgestraald, is echter aanzienlijk lager dan dat van andere draadloze apparaten zoals mobiele telefoons.
Onderlinge samenwerking tussen producten met Bluetooth-technologie Verenigde Staten-Federal Communications Commission (FCC) Deze apparatuur is getest en voldoet aan de stipulaties voor een digitaal apparaat van klasse B, conform deel 15 van de FCC-voorschriften. Deze voorwaarden zijn ontworpen teneinde redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie bij gebruik in woongebieden. Deze apparatuur genereert en gebruikt hoogfrequente energie en kan deze energie uitstralen.
Onderlinge samenwerking tussen producten met Bluetooth-technologie Taiwan Artikel 12 Zonder toestemming van de DGT of NCC is het geen enkel bedrijf, onderneming of gebruiker toegestaan de frequentie te wijzigen, het zendvermogen te vergroten of de oorspronkelijke eigenschappen of de prestaties te wijzigen van een goedgekeurd apparaat met laag vermogen op radiofrequentie.
Onderlinge samenwerking tussen producten met Bluetooth-technologie De frequentiebandbreedte van deze apparatuur kan functioneren binnen hetzelfde bereik als industriële apparaten, wetenschappelijke apparaten, medische apparaten, magnetrons, gelicentieerde radiostations en niet-gelicentieerde gespecificeerde radiostations met laag vermogen voor mobiele systemen voor objectidentificatie (RFID) die worden gebruikt in productielijnen in fabrieken (Andere radiostations). 1.
Onderlinge samenwerking tussen producten met Bluetooth-technologie Apparaatvalidatie Dit apparaat is goedgekeurd conform Technical Conditions Compliance (compatibiliteit met technische voorwaarden) en behoort tot de klasse van radio-apparaten van gegevenscommunicatiesystemen met laag vermogen zoals gestipuleerd in de handelswetten op het gebied van telecommunicatie.
Het netsnoer en de voedingsaansluitingen Appendix E Het netsnoer en de voedingsaansluitingen De stekker van het netsnoer moet compatibel zijn met de diverse internationale wandcontactaansluitingen en het netsnoer moet voldoen aan de normen van het land/gebied waarin het wordt gebruikt.
Het netsnoer en de voedingsaansluitingen Voor de Verenigde Staten en Canada moeten tweepins stekkers de configuratie 2-15P (250 V) of 1-15P (125 V) hebben, en driepins stekkers de configuratie 6-15P (250V) of 5-15P (125V), conform het U.S. National Electrical Code Handbook en de Canadian Electrical Code Part II. Hieronder worden de netstekkers weergegeven die u nodig hebt in de Verenigde Staten en Canada, het Verenigd Koninkrijk, Australië, Europa en China. V.S.
TOSHIBA PC Health Monitor Appendix F TOSHIBA PC Health Monitor De toepassing TOSHIBA PC Health Monitor controleert diverse systeemfuncties, zoals stroomverbruik, accustatus en systeemkoeling, en informeert u over belangrijke systeemomstandigheden. Deze toepassing herkent het serienummer van het systeem en van afzonderlijke onderdelen en houdt specifieke activiteiten bij met betrekking tot de computer en het gebruik ervan.
TOSHIBA PC Health Monitor TOSHIBA PC Health Monitor starten U kunt TOSHIBA PC Health Monitor als volgt starten: ■ Klik op Start Alle programma's TOSHIBA Hulpprogramma's PC Health Monitor. ■ Klik op het pictogram ( ) in het systeemvak en klik vervolgens op het bericht 'PC Health Monitor inschakelen...' wanneer u de toepassing voor het eerst start. De keren daarna klikt u op 'PC Health Monitor uitvoeren...'. Ongeacht de gebruikte methode verschijnt er een venster met uitleg over TOSHIBA PC Health Monitor.
TOSHIBA PC Health Monitor 3. Voer TOSHIBA Cooling Performance Diagnostic Tool opnieuw uit nadat u de koelmodule hebt gereinigd. Klik op Start Alle programma's TOSHIBA Hulpprogramma's TOSHIBA Cooling Performance Diagnostic Tool. 4. Als het bericht 'Please click [OK] to run the TOSHIBA Cooling Performance Diagnostic Tool to check the cooling performance of your PC.' (Klik op [OK] om TOSHIBA Cooling Performance Diagnostic Tool uit te voeren om de koelprestaties van uw pc te controleren.
TOSHIBA PC Health Monitor 6. Til het plastic vel omhoog en reinig de koelmodule met een stofzuiger. Gebruik geen balpen, wattenstaafje of dergelijke om stof te verwijderen. Als u met een dergelijk voorwerp de binnenkant van de computer aanraakt, kan deze beschadigen of verstopt raken, wat tot meer problemen leidt. 1 1. Plastic vel Het plastic vel optillen 7. Schuif het afdekplaatje van de koelmodule terug op zijn plaats om dit weer te bevestigen. 8.
Juridische verklaring Appendix G Juridische verklaring Dit hoofdstuk bevat de wettelijke voetnoten die van toepassing zijn op TOSHIBA-computers. Pictogrammen die niet van toepassing zijn Bepaalde computerchassis zijn ontworpen om alle mogelijke configuraties voor een volledige productserie te huisvesten. Het door u geselecteerde model heeft dus mogelijk niet alle voorzieningen en specificaties die corresponderen met de pictogrammen of schakelaars op het computerchassis.
Juridische verklaring In bepaalde omstandigheden kan het gebeuren dat de computer automatisch wordt uitgeschakeld. Dit is een normale beschermende maatregel ter voorkoming van gegevensverlies of beschadiging van het product bij gebruik buiten de aanbevolen omstandigheden. Vermijd het risico van gegevensverlies door altijd back-ups van gegevens te maken. Dit doet u door de gegevens van tijd tot tijd op een extern opslagmedium op te slaan.
Juridische verklaring Levensduur van de accu De gebruiksduur van de accu varieert sterk al naar gelang factoren zoals productmodel, configuratie, toepassingen, energiebeheerinstellingen en gebruikte functies. Bovendien is de gebruiksduur onderhevig aan de natuurlijke prestatievariaties die voortvloeien uit het ontwerp van afzonderlijke onderdelen.
Juridische verklaring GPU (Graphics Processor Unit) De prestaties van de Graphics Processing Unit ("GPU") wisselen al naar gelang het productmodel, de ontwerpconfiguratie, de toepassingen, de instellingen voor energiebeheer en de gebruikte instellingen en functies. De GPU-prestaties worden alleen geoptimaliseerd wanneer het apparaat op netstroom werkt. De prestaties zijn aanzienlijk minder wanneer de accu wordt gebruikt.
Als uw computer wordt gestolen Appendix H Als uw computer wordt gestolen Ga verantwoord met uw computer om en probeer diefstal te voorkomen. U bent de eigenaar van een waardevol apparaat dat zeer aantrekkelijk is voor dieven: laat het dus nooit onbeheerd achter. Extra bescherming tegen diefstal is verkrijgbaar in de vorm van beveiligingskabels, waarmee u de notebook thuis of op kantoor aan een zwaar voorwerp kunt verankeren.
Als uw computer wordt gestolen De gegevens die u invoert, worden in onze servicecenters gebruikt om uw computer op te sporen. TOSHIBA-diefstalregistratie Aan: Faxnummer: TOSHIBA Europe GmbH Technical Service and Support Blumenstrasse 26 93055 Regensburg Duitsland +49 (0) 941 7807 921 Land waarin computer is gestolen: Type computer: (bijv. TECRA M11) Modelnummer: (bijv. PSL45E-YXT) Serienummer: (bijv.
Woordenlijst Woordenlijst In deze woordenlijst worden onderwerpen toegelicht die verband houden met deze handleiding. Alternatieve benamingen zijn ter referentie opgenomen.
Woordenlijst FIR: fast infrared GB: gigabyte HDD: Hard Disk Drive (vasteschijfstation) HDMI: High Definition Multimedia Interface IDE: Integrated Drive Electronics IEEE: Institute of Electrical and Electronics Engineers I/O: Input/Output (invoer/uitvoer) IRQ: Interrupt Request (onderbrekingsinstructie) KB: Kilobyte LAN: local area network (lokaal netwerk) LCD: Liquid Crystal Display LED: Light Emitting Diode (statuslampje) MB: megabyte MMC: multi media card OCR: Optical Character Recognition (optische teke
Index Index A Accu capaciteit controleren, 6-6 energiebesparingsmodus, 3-7 levensduur verlengen, 6-7 opladen, 6-5 problemen, 8-6 RTC-batterij, 3-3, 6-4 typen, 6-3 Accu-eenheid, 2-9, 3-2 extra, 6-1 vervangen, 6-8 ASCII-tekens, 5-7 B Beeldscherm, 2-11, 3-4 automatisch uitschakelen, 3-7 controller, B-1 helderheid verhogen, 5-4 helderheid verlagen, 5-4 openen, 1-6 scharnieren, 2-12 Behandeling van media geheugenkaarten, 3-22 kaarten, 3-21 Behandeling van schijven, 4-26 Beveiliging van de vaste schijf, 4-45 Be
Index touchpad, 2-12, 4-1, 8-14 DVD Super Multi-station gebruiken, 4-16 problemen, 8-11 schrijven, 4-19 DVD-ROM-station gebruiken, 4-16 problemen, 8-10 E Ecoknop, 3-6 eSATA-apparaat, 3-30 eSATA/USBcombinatiepoort, 2-4 problemen, 8-20 ExpressCard, 3-16 plaatsen, 3-16 verwijderen, 3-17 Externe monitor, 2-7, 3-28 problemen, 8-22 F FN + 1 (TOSHIBA Hulpprogramma Zoom (verkleinen)), 5-5 FN + 2 (TOSHIBA Hulpprogramma Zoom (vergroten)), 5-5 FN + Enter, 5-3 FN + ESC (dempen), 5-3 FN + F1 (vergrendelen), 5-3 FN +
Index HW Setup algemeen, 7-1 beeldscherm, 7-2 CPU, 7-4 LAN, 7-5 opstartprioriteit, 7-2 SATA, 7-6 toegang, 7-1 toetsenbord, 7-4 USB, 7-6 venster, 7-1 I Inschakelen computer, 1-7 L Lampjes, 2-13 accu, 2-13, 6-2 LAN, 3-5, 4-42 actief-lampje, 2-7 kabeltypen, 4-42 poort, 2-7 problemen, 8-24 verbindingen maken, 4-43 verbindingen verbreken, 4-44 verbindingslampje, 2-7 Luchtopeningen, 2-3 M Memory Stick, 3-20 plaatsen, 3-22 problemen, 8-13 verwijderen, 3-23 Modem, 3-5 aansluiten, 4-31 menu met eigenschappen, 4-
Index uitschakelen bij oververhitting, 8-5 USB-apparaat, 8-17 USB-muis, 8-16 vaste schijf, 8-9 vingerafdruksensor, 8-17 voeding, 8-5 wachtwoord, 8-8 wisselstroom, 8-6 xD-Picture Card, 8-13 zelftest, 8-4 Processor, 3-1 S Schakelaar voor draadloze communicatie, 2-2, 4-41 SD/SDHC-kaart formatteren, 3-21 opmerking, 3-20 plaatsen, 3-22 problemen, 8-12 verwijderen, 3-23 Sensor voor vingerafdrukken gebruik, 4-3 Slaapstand instelling, 1-9 systeem automatisch, 3-7 Sleuf voor Bridge-media, 2-2, 3-19 Smart Card, 3-1
Index TOSHIBA PCdiagnoseprogramma, 3-9 TOSHIBA Servicestation, 3-13 Toshiba-diefstalregistratie, H-23 TOSHIBA-hulpprogramma Zoom, 3-9 TOSHIBA-presentatieknop, 3-6 TOSHIBAvasteschijfbeveiliging, 3-8 X xD-Picture Card, 3-20 plaatsen, 3-22 problemen, 8-13 verwijderen, 3-23 Z Zuinige slaapstand, 3-8 U Uitschakelen computer, 1-8 USB-apparaat problemen, 8-17 V Vaste schijf, 3-3 automatisch uitschakelen, 3-7 Vaste schijf/optisch station/ eSATA lampje, 2-14 Video RAM, 3-2 Videomodus, B-1 Vingerafdruksensor pro