Operation Manual

Gebruikershandleiding Woordenlijst-5
TECRA A10/S10/M10/Satellite Pro S300
chip: een kleine halfgeleider waarop schakelingen zijn aangebracht ten
behoeve van gegevensverwerking, geheugen, I/O-functies en het
besturen van andere chips.
CMOS: Complementary Metal-Oxide Semiconductor. Een elektronische
schakeling die op een stukje silicone is aangebracht en die heel
weinig stroom nodig heeft. Geïntegreerde schakelingen die
compatibel zijn met de CMOS-technologie, kunnen dicht bijeen
worden geplaatst en zijn uiterst betrouwbaar.
COM1, COM2, COM3 en COM4: de namen voor de seriële en
communicatiepoorten.
compatibiliteit: 1) het vermogen van een computer om gegevens op
dezelfde manier te gebruiken als een andere computer zonder deze
gegevens of de gegevensindeling te hoeven wijzigen.
2) De mogelijkheid om een apparaat aan te sluiten op of te laten
communiceren met een ander systeem of onderdeel.
computerprogramma: een reeks instructies die de computer uitvoert om
een bepaald resultaat te bereiken.
computersysteem: een combinatie van hardware, software, firmware en
randapparaten die dient voor het verwerken van gegevens.
configuratie: de specifieke onderdelen van het systeem (zoals de
terminal, printer en schijfstations) en de instellingen die bepalen hoe
het systeem werkt. U beheert uw systeemconfiguratie met het
programma HW Setup.
controller: ingebouwde hardware en software die de functies van een
specifiek intern of randapparaat besturen (bijvoorbeeld een
toetsenbordcontroller).
CPU: Central Processing Unit (centrale verwerkingseenheid). Het deel van
de computer dat instructies interpreteert en uitvoert.
CRT: Cathode Ray Tube. Een vacuümbuis waarin een elektronenbundel
een scherm aftast dat met een fluorescerend laagje is bedekt,
waardoor lichtpuntjes ontstaan. De CRT-techniek wordt bijvoorbeeld
gebruikt in tv’s.
cursor: een klein, knipperend blokje of streepje dat de huidige
invoerpositie op het beeldscherm aanduidt.
D
DC: Direct Current (gelijkstroom). Elektrische stroom die in één richting
loopt. Dit type stroom wordt normaal gesproken door accu’s en
batterijen geleverd.
dialoogvenster: een venster dat invoer van de gebruiker accepteert om
systeeminstellingen te maken of andere gegevens vast te leggen.
diskette: een verwisselbaar schijfje voor het opslaan van magnetisch
gecodeerde gegevens.