Operation Manual

Woordenlijst-12 Gebruikershandleiding
TECRA A10/S10/M10/Satellite Pro S300
plug & play: een eigenschap van Windows waarmee het systeem
automatisch aangesloten externe apparaten kan herkennen en de
nodige configuratie op de computer verzorgt.
poort: de elektrische verbinding door middel waarvan de computer
gegevens van en naar apparaten of andere computers ontvangt en
verzendt.
Power Saver: een TOSHIBA-hulpprogramma waarmee u de parameters
voor diverse energiebesparingsfuncties kunt instellen.
programma: een reeks instructies die een computer kan uitvoeren om een
bepaald resultaat te bewerkstelligen. Zie ook toepassing.
prompt: een schermbericht dat aangeeft dat de computer wacht op
gegevensinvoer of een handeling van de kant van de gebruiker.
R
randapparaat: een apparaat, zoals een printer of joystick, dat is
aangesloten op de computer en wordt aangestuurd door de CPU
van de computer.
Random Access Memory (RAM): vluchtig geheugen dat kan worden
gelezen en beschreven. Vluchtig betekent hier dat informatie in
RAM verloren gaat wanneer u de computer uitschakelt. Dit type
geheugen wordt gebruikt voor het hoofdgeheugen van uw
computer. Zie ook geheugen. Vergelijk ROM.
Read Only Memory (ROM): niet-vluchtig geheugen dat kan worden
gelezen maar niet kan worden beschreven. Niet-vluchtig betekent
dat informatie in ROM bewaard blijft, ook als de computer niet wordt
gevoed. Dit type geheugen wordt gebruikt om de BIOS van uw
computer op te slaan. Dit zijn belangrijke instructies die de computer
leest tijdens het opstarten. Zie ook BIOS, geheugen. Vergelijk RAM.
resolutie: een eenheid van de scherpte van de beelden die door een
printer kunnen worden geproduceerd of op een scherm kunnen
worden weergegeven. Voor een printer wordt de resolutie uitgedrukt
in dots per inch (dpi). Voor een scherm wordt de resolutie uitgedrukt
in het aantal horizontaal en verticaal beschikbare pixels.
RFI-afscherming (Radio Frequency Interference): een metalen
afscherming rond de printplaten van de printer of computer ter
voorkoming van radio- en tv-storing. Alle computerapparatuur
genereert hoogfrequente signalen. De FCC-voorschriften bepalen
hoeveel signalen een computerapparaat buiten de afscherming
mag doorlaten. Een apparaat van klasse A is geschikt voor
kantoorgebruik. Apparaten van klasse B zijn aan strengere
voorschriften onderworpen en zijn veilig voor gebruik in
woongebieden. Draagbare TOSHIBA-computers voldoen aan de
voorschriften voor klasse B.