Operation Manual

264
4-2. Rijprocedures
UK_AURIS/AURIS_HV_EE (OM12F76E)
Als het stuurslot niet ontgrendeld kan worden
Oververhitting van de stuurslotmotor voorkomen
Om te voorkomen dat de stuurslotmotor oververhit raakt, kan het voorkomen
dat de werking van de stuurslotmotor wordt onderbroken als de motor in een
korte tijd herhaaldelijk wordt gestart en uitgezet. Wacht in dat geval met het
starten of uitzetten van de motor. Na ongeveer 10 seconden zal de stuurslot-
motor weer functioneren.
Als er een storing is in het systeem
Blz. 603
Als de batterij van de elektronische sleutel ontladen is
Blz. 532
Bediening van de startknop
Eén keer kort en stevig indrukken van de startknop is voldoende om deze te
bedienen. Als de startknop niet op de juiste manier wordt bediend, kan het
voorkomen dat de motor niet start of dat de stand van het contact niet ver-
andert. U hoeft de startknop niet ingedrukt te houden.
Als u probeert de motor te herstarten direct nadat het contact UIT is gezet,
dan start de motor in sommige gevallen niet. Wacht nadat u het contact UIT
hebt gezet een paar seconden voordat u de motor herstart.
Als het Smart entry-systeem met startknop is uitgeschakeld via de per-
soonlijke voorkeursinstellingen
Blz. 674
Auto's zonder multi-informatiedisplay: Het
controlelampje van het Smart entry-sys-
teem met startknop (groen) gaat snel
knipperen.
Auto's met multi-informatiedisplay: Op het
multi-informatiedisplay wordt STEERING
LOCK ACTIVE (stuurslot geactiveerd)
weergegeven.
Controleer of de selectiehendel in stand P
staat (Multidrive CVT). Druk op de start-
knop terwijl u het stuurwiel naar links en
rechts draait.