Operation Manual
293
4-2. Rijprocedures
UK_AURIS/AURIS_HV_EE (OM12F76E)
4
Rijden
■ Alarmmeldingen
Als wordt getracht om de schakelstand te wijzigen door de selectiehendel in
een andere stand te zetten of op de schakelaar stand P te drukken in één van
de volgende situaties, klinkt er een zoemer en is schakelen niet meer moge-
lijk of wordt de schakelstand automatisch gewijzigd naar N. Selecteer in dat
geval een geschikte schakelstand.
● Situaties waarbij schakelen niet mogelijk is:
• Als wordt getracht om vanuit P een andere stand in te schakelen door
de selectiehendel te bewegen zonder dat het rempedaal wordt inge-
trapt.
• Als wordt getracht om de selectiehendel vanuit stand P of N in stand B
te zetten.
● Situaties waarbij de schakelstand automatisch gewijzigd wordt naar N:
• Wanneer op de schakelaar voor stand P wordt gedrukt terwijl de auto
rijdt.
*
1
• Als wordt getracht om de selectiehendel in stand R te zetten terwijl de
auto vooruitrijdt.
*
2
• Als wordt getracht om de selectiehendel in stand D te zetten terwijl de
auto achteruitrijdt.
*
3
• Als wordt getracht om de selectiehendel vanuit stand R in stand B te
zetten.
*
1
: De schakelstand verandert mogelijk in P wanneer met zeer lage snelheid
wordt gereden.
*
2
: De schakelstand verandert mogelijk in R als met lage snelheid wordt
gereden.
*
3
: De schakelstand verandert mogelijk in D als met lage snelheid wordt
gereden.
■ Bij het rijden met cruise control ingeschakeld (indien aanwezig)
Ook wanneer er van de rijmodus naar de POWER-modus wordt geschakeld
om op de motor af te remmen, wordt de motorremwerking niet geactiveerd
omdat de cruise control niet wordt uitgeschakeld. (→Blz. 323)
■ Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (bijv. waarschuwingszoemer achteruitrijden) kunnen worden
gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen
→Blz. 727)