Operation Manual

639
7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
UK_AURIS/AURIS_HV_EE (OM12F76E)
7
Bij problemen
Draai iedere moer twee of drie
keer aan in de volgorde die in
de afbeelding is aangeven.
Aanhaalmoment:
103 Nm (10,5 kgm, 76 ft•lbf)
Berg het wiel met de lekke band, de krik en het gereedschap op.
Het compacte reservewiel
Op de band van het compacte reservewiel staat aan de zijkant de aandui-
ding TEMPORARY USE ONLY (alleen voor tijdelijk gebruik).
Gebruik het compacte reservewiel alleen tijdelijk en alleen in noodgevallen.
Controleer de bandenspanning van het compacte reservewiel.
(Blz. 720)
Bij gebruik van het compacte reservewiel
De auto ligt lager op de weg als het compacte reservewiel is gemonteerd dan
wanneer er gereden wordt met de standaardbanden.
Als uw auto een lekke voorband krijgt op een weg die bedekt is met
sneeuw of ijs
Vervang een van de achterwielen van de auto door het compacte reserve-
wiel. Voer onderstaande stappen uit en monteer sneeuwkettingen op de voor-
wielen:
Monteer het compacte reservewiel links of rechts achter.
Vervang het wiel met de lekke voorband door het wiel dat van de achter-
zijde afkomstig is.
Monteer de sneeuwkettingen op de voorwielen.
Monteren wieldop (auto's met stalen velgen)
4
Breng de uitsparing in de wieldop in lijn
met het ventieldopje zoals aangegeven in
de afbeelding.
5
1
2
3