Operation Manual

676
7-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
UK_AURIS/AURIS_HV_EE (OM12F76E)
Trap het rempedaal in.
Houd de zijde van de elektroni-
sche sleutel met het Toyota-
logo tegen de startknop.
Wanneer de elektronische sleutel
wordt gedetecteerd, klinkt er een
zoemer en het contact wordt AAN
gezet.
Wanneer het Smart entry-systeem
met startknop of de startknopfunc-
tie via de persoonlijke voorkeursin-
stellingen is uitgeschakeld, wordt
het contact in stand ACC gezet.
Trap het rempedaal stevig in en controleer of op het multi-
informatiedisplay wordt weergegeven.
Druk de startknop in.
Laat uw auto direct controleren door een Toyota-dealer of erkende
reparateur als het hybridesysteem nog steeds niet kan worden inge-
schakeld.
Uitzetten van de motor (behalve hybridemodel)
Zet de selectiehendel in stand P (Multidrive CVT) of N (handgeschakelde
transmissie en Multi-Mode Transmissie) en druk op de startknop, zoals u nor-
maliter doet bij het afzetten van de motor.
Uitschakelen van het hybridesysteem (hybridemodel)
Zet de selectiehendel in stand P en druk op de startknop zoals u normaal
doet bij het uitschakelen van het hybridesysteem.
Vervangen van de sleutelbatterij
Omdat deze procedure een noodmaatregel is, wordt geadviseerd de batterij
van de elektronische sleutel zo snel mogelijk te laten vervangen als deze ont-
laden is. (Blz. 532)
Alarm (indien aanwezig)
Het alarmsysteem wordt niet ingeschakeld als de mechanische sleutel wordt
gebruikt om de portieren te vergrendelen.
Het alarm kan worden geactiveerd als een portier met de mechanische sleu-
tel wordt ontgrendeld terwijl het alarmsysteem is ingeschakeld.
Inschakelen van het hybridesysteem (hybridemodel)
1
2
3
4