Operation Manual

74
1-2. Hybridesysteem
UK_AURIS/AURIS_HV_EE (OM12F76E)
Regeneratief remmen
In de volgende situaties wordt kinetische energie omgezet in elektrische
energie en wordt er een afremmingskracht gegenereerd terwijl tegelijkertijd
het batterijpakket (tractiebatterij) wordt opgeladen.
Het gaspedaal wordt losgelaten terwijl er wordt gereden in stand D of B.
Het rempedaal wordt ingetrapt terwijl er wordt gereden in stand D of B.
Controlelampje EV
Omstandigheden waarin de benzinemotor mogelijk niet wordt uitgescha-
keld
De benzinemotor wordt automatisch gestart en uitgeschakeld. De benzine-
motor stopt echter mogelijk niet automatisch onder de volgende omstandig-
heden:
Tijdens de opwarmfase van de benzinemotor
Tijdens het opladen van het batterijpakket (tractiebatterij)
Als de temperatuur van het batterijpakket (tractiebatterij) hoog of laag is
Als de verwarming is ingeschakeld
Opladen van het batterijpakket (tractiebatterij)
Omdat het batterijpakket (tractiebatterij) indien nodig door de benzinemotor
wordt opgeladen, hoeft deze niet door een externe bron te worden opgela-
den. Als de auto echter gedurende lange tijd wordt geparkeerd, loopt het
batterijpakket langzaam leeg. Daarom moet u ervoor zorgen dat er elke
paar maanden gedurende minimaal 30 minuten of 16 km met de auto gere-
den wordt. Als de hybridebatterij geheel ontladen raakt en de auto niet meer
gestart kan worden door hulpstartkabels op de 12V-accu aan te sluiten,
neem dan contact op met een Toyota-dealer of erkende reparateur.
Als de selectiehendel in stand N staat, wordt het batterijpakket (tractiebatte-
rij) niet geladen. Zet de selectiehendel altijd in stand P als de auto wordt stil-
gezet. Blijf in fileverkeer met de selectiehendel in stand D of B rijden om
ontlading van het batterijpakket (tractiebatterij) te voorkomen.
Opladen van de 12V-accu
Blz. 682
Het controlelampje EV wordt weergege-
ven op het multi-informatiedisplay wan-
neer de auto alleen door de elektromotor
(tractiemotor) wordt aangedreven of de
benzinemotor niet draait.