Operation Manual

254
3-1. Gebruik van airconditioning en achterruit- en buitenspiegelverwarming
FT86_EE
Gebruik van de automatische modus
De aanjagersnelheid wordt automatisch geregeld op basis van de gekozen
temperatuur en de omgevingscondities.
Direct na het indrukken van kan de aanjager even worden uitgescha-
keld tot er voldoende warme of koude lucht voorhanden is.
Beslaan van de ruiten
Wanneer de luchtvochtigheid in de auto hoog is, zullen de ruiten gemak-
kelijk beslaan. Wanneer wordt ingeschakeld, wordt de lucht die
via de uitstroomopeningen stroomt ontvochtigd en wordt de voorruit effi-
ciënt ontwasemd.
Als u
uitschakelt zullen de ruiten mogelijk sneller beslaan.
De ruiten zullen mogelijk beslaan als de recirculatiemodus is ingeschakeld.
Buitenlucht-/recirculatiemodus
Zet bij het rijden op stoffige wegen, zoals in tunnels, of in druk verkeer de
luchttoevoertoets in de recirculatiemodus. Zo wordt voorkomen dat er
buitenlucht de auto in stroomt. Wanneer tijdens het koelen de
recirculatiemodus wordt ingeschakeld, wordt ook het interieur van de
auto effectief gekoeld.
Mogelijk wordt de buitenluchtmodus/recirculatiemodus automatisch inge-
schakeld afhankelijk van de ingestelde temperatuur of de temperatuur in
de auto.
Wanneer de buitentemperatuur tot bijna 0°C daalt
De ontwasemingsfunctie werkt mogelijk niet, ook niet als op
wordt
gedrukt.
86_OM_EE_OM18058E.book Page 254 Thursday, April 23, 2015 3:04 PM