User manual

10
Noodopname
In de noodopname-modus registreert de DrivePro de gegevens die na de gebeurtenis plaatsvinden (totaal 1
minuut). De DrivePro kan tot 15 noodopname-bestanden opslaan. Videobestanden opgenomen in de
noodmodus zijn beschermd tegen overschrijven.
Handmatig opnemen: Tijdens de video-opname drukt u op noodknop aan de linkerzijde van de DrivePro
om de noodopname-modus handmatig te activeren.
G-Sensor opname: Tijdens de video-opname zal de DrivePro automatisch de noodopname-modus
activeren indien een botsing wordt gedetecteerd. G-Sensor gevoeligheid kan aangepast of uitgeschakeld
worden in het Instellingen menu.
Lage batterijstand
Lage batterijstand: Zorg ervoor dat de DrivePro wordt opgeladen zodra het volgende waarschuwingsbericht
naar voren komt om een tijdsinstelling error te voorkomen. Bovendien adviseren wij u niet om de DrivePro in
te schakelen wanneer deze alleen gevoed wordt met behulp van de ingebouwde batterij.
Let op: Wij adviseren de DrivePro op te laden voor gebruik.
Video’s afspelen︱
1. Tijdens de video-opname, druk op de Bestandsweergave-knop .
2. Gebruik / om ofwel Normal Files, Protected Files of Photo te selecteren en druk op
.
3. Gebruik / om de gewenste video’s te selecteren en druk op .
In Afspelen modus:
 Druk om terug te gaan naar de Bestandsweergave-modus
 Druk om de video te verwijderen en ruimte vrij te maken voor nieuwe opnamen

Druk om de video te beschermen van overschrijving