INSTALLATIEHANDLEIDING TRAVELSAT DIGISMART 2 MET DiSEqC
Montage instructies Deze Travelsat Digismart 2 wordt volledig voorgemonteerd geleverd. Neem echter deze installatiehandleiding goed voor voordat u start met de opbouw van het systeem. Neem bij vragen altijd contact op met uw leverancier om fouten tijdens de installatie te voorkomen.
Voorbereidingen Het is erg belangrijk dat het montageplaats op het dak stabiel genoeg is. Indien het dak op deze plaats niet stabiel genoeg is dient u een extra metalen plaat te monteren van ongeveer 2mm dik met een oppervlakte van ongeveer 100 x 100cm. Neem bij twijfel contact op met de leverancier van uw caravan/camper. Montageplaats kiezen Plaats het systeem inclusief montageplaat op de gewenste plek op het dak.
Digismart 85: lengte 111.5 cm Oy s t e r Digismart 65: Digismart 85: breedte 72cm breedte 92 cm Rij richting Digismart 65: lengte 91.5 cm Radius Digismart 65: Oy s t e r Midden 54 cm tot 55 cm Radius Digismart 85: 65 cm tot 55 cm Houdt bij het bepalen van de draairadius ook rekening met antennes, schoorstenen, dakdragers, airconditioners en eventueel de plaatsing van een skikoffer. Zorg er ook voor dat de schotel niet buiten de railingen uitsteekt.
Montageplaat monteren Let bij het monteren van de montageplaat goed op de rijrichting, het systeem kan slechts op één manier op de montageplaats worden geplaatst. Verwijder nu het systeem van de montageplaat, dit doet u door de 4 moeren te verwijderen. De montageplaat en de locatie op het dak moeten eerst schoon en vetvrij worden gemaakt. Gebruik hiervoor speciale reinigingsmiddelen.
Plaatsen van het system Sluit eerst de aansluitkabel op het system aan. Doe dit door eerst de unit op zijn kant de zetten. Sluit zowel de BNC connector als de multiconnector aan. Plaats nu het systeem op de montageplaat en voer de kabel door een van de uitsparingen tussen het systeem en de montageplaat. Als alles goed is geplaatst, staat de LNB nu richting de achterzijde van het voertuig gericht. Plaats de 4 moeren nog niet! Kabeldoorvoer O ring Dakdoorvoer ø 25 mm 1.
Installatie van de kabels Voer nu de hoofdkabel naar de plaats voor de systeemcontroller. Zorg ervoor dat er geen scherpe bochten worden gemaakt in de kabel, voorkom knikken van de kabel. Wanneer de kabel te lang is, bos deze dan netjes op. Spanningsvoorziening Dit systeem heeft een werkspanning van 12V tot 24V. De kabeldiameter van de accu of voeding tot de systeemcontroller moet minimal 2,5mm2 zijn. Wanneer de kabellengte meer dan 6 meter bedraagt, gebruik dan een diameter van minimaal 4.0mm2.
Installatieschema Hieronder ziet u een compleet installatieschema, controleer bij het aansluiten of het systeem volgens onderstaande tekening is aangesloten. Achterzijde voertuig Rijrichting Buitenunit Kabeldoorvoer Montageplaat Max. kabellengte 4.5 m Datakabel lengte 6.5 m Systeemcontroller Zekering Coaxkabel Lengte 1.
Aansluit identificatie op systeemcontroller Receiver F-plug 30/3 1/15 GPS Antenna GPS Extern Sluit hier de korte coaxkabel op aan en verbind deze met de LNB ingang van de satellietontvanger Sluit hier de coaxkabel aan welke van de dakunit afkomstig is, deze vind u aan de dikke zwarte kabel welke van buiten afkomt Sluit hier de multisteker aan welke van de dakunit afkomstig is, deze vind u aan de dikke zwarte kabel welke van buiten afkomt Sluit hier de voedingskabel op aan.
Plaatsen van de schotel Controleer voordat u de schotel gaat monteren eerst of er geen gereedschap is blijven liggen op het dak welke door het systeem geraakt zouden kunnen worden tijdens het draaien. 1. Schakel het systeem in, dit doet u door op de -toets te drukken. 2. Wanneer het systeem volledig is opengeklapt onderbreekt u het -toets te drukken. programma door nogmaals op de 3. Wacht tot het systeem volledig tot stilstand is gekomen alvorens u de schotel gaat monteren. 4.
Afwerken Sluit nu de satellietontvanger aan met de bijgeleverde coaxkabel. Mocht deze te kort zijn dat kunt u uiteraard ook een langere coaxkabel gebruiken. Nu kunt u de 4 moeren waarmee het systeem op de montageplaat wordt gemonteerd plaatsen en goed vastzetten. Vergeet ook niet om de kunststof moer van de kabeldoorvoer vast te zetten! Stel de satellietontvanger in volgens de door de fabriek meegeleverde handleiding. Sluit de televisie aan op de satellietontvanger en werk alle bekabeling af.
Korte handleiding 1. Schakel de televisie en de satellietontvanger in 2. Druk op de -toets om het zoeken te starten. Het systeem gaat nu automatisch naar de gewenste satelliet zoeken en wanneer deze is gevonden krijgt u vanzelf beeld. Daarna volgt een kleine fijnafstemming. Vanuit de fabriek is Astra 1 op 19,2 gr. Oost als standaard satelliet ingevoerd. Hierop worden de meeste Nederlandse en Vlaamse programma’s uitgezonden.
Foutopsporing Het kan altijd gebeuren dat er fouten optreden tijdens het installeren of gebruiken van het systeem. Hieronder treft u een overzicht aan van mogelijke storingen en oplossingen. Foutmelding Tijdens het zoeken kan de gewenste satelliet niet worden gevonden, u krijgt uiteindelijk een melding dat de satelliet niet kan worden gevonden.