Instruction Manual

15
NL
Bediening
Laat de voorste rand van de basisplaat op het
te zagen werkstuk steunen en lijn de correcte
inkepingen uit met de potloodmarkering. Zorg
het hierbij boor dat het zaagblad het werkstuk
niet raakt.
Houdt de zaag stevig, met beide handen vast
(zie afbeelding) en haal de trekker over om
de machine te starten, Wanneer het zaagblad
de volle snelheid bereikt heeft kunt u deze
langzaam door het werkstuk leiden.
Behoudt te allen tijde een constante druk en
snelheid. Een te hoge snelheid kan te veel druk
op de motor uitoefenen, en een te lage snelheid
kan het werkstuk doen verhitten en verkleuren.
Bij het zagen van neerhout of hout met
een dikte van minder dan 20 mm stelt u de
zaagdiepte zodanig in, dat het zaagblad 5 tot
10 mm onder het hout uitsteekt. Dit zal het
versplinteren van het hout verminderen. Bij het
zagen van dikker hout stelt u de zaag op de
maximale zaagdiepte in. Dit vermindert de kans
op terugslag.
Gebruik wanneer mogelijk de zaaggeleider en
minimaliseer het handmatig zagen en volgen van
potloodmarkeringen. Het is vele malen veiliger
te zagen met behulp van de zaaggeleider of met
behulp van het Triton Workcenter/zaagtafels.
Zet het werkstuk wanneer mogelijk vast met
behulp van klemmen. Maak geen zaagsneden in
werkstukken die u met de hand vast houdt.
Grote/lange panelen moeten aan beide zijden
van de zaagsnede ondersteund worden zodat
de kans op terugslag wordt vermindert. Zorg
ervoor dat de zaag, met de bredere zijde van
de basisplaat, op het deel met de meeste
ondersteuning rust.
U kunt terugslag voorkomen door de zaag in
een rechte lijn door het werkstuk te leiden.
Zorg ervoor dat uw zaagblad in goede conditie
verkeerd. Laat de trekker los wanneer de zaag
minder soepel begint te lopen en wacht met het
verwijderen van de zaag uit het werkstuk totdat
het zaagblad volledig stil staat.
Probeer het zagen van bouten, spijkers etc. te
voorkomen door het werkstuk te checken en
het metaal te verwijderen voordat u begint met
zagen.
Bij het optreden van ongebruikelijke geluiden en/
of geur stopt u onmiddellijk met zagen en raden
wij aan contact op te nemen met uw leverancier.
Gebruik de cirkelzaag niet ondersteboven
tenzij u de juiste materialen heeft als het Triton
Workcenter of de Triton zaagtafel.
MONTEREN OP EEN ZAAGTAFEL
De Triton Cirkelzaag is speciaal ontworpen voor het
gebruik op alle Triton Workcenters (MK3 en 2000
serie) modellen en alle Triton zaagtafels. Volg de
montageprocedure weergegeven in de handleiding
van de door uw aangeschafte zaagtafel/
workcenter.
2000 SERIE WORKCENTERS
Workcenters met het serie nummer 335.000
of hoger hebben een schuifframe, gemaakt
van geperst staal met een zilveren verflaag.
Het is mogelijk twee positioneringdoppen op
het Workcenter te plaatsen zodat de cirkelzaag
gemakkelijk geplaatst en uitgelijnd kan worden.
De doppen (inbegrepen bij het Workcenter
schuifframe) geven de zaag de mogelijk 1,5 mm
naar beide zijden te schuiven zodat de zaag precies
uitgelijnd kan worden met de beschermkap en de
zaaggeleider.
TRITON ZAAGTAFELS
De cirkelzaag is erg gemakkelijk te monteren
op alle Triton zaagtafels. Bij de zaagtafel met
het serienummer 8.000 of zaagtafels met een
hoger serienummer zijn de positioneringdoppen
inbegrepen.
BEDIENING