PAC 2100 X / PAC 2600 X NL TRT-BA-PAC2100X/PAC2600X-TC2019-02-003-NL BEDIENINGSHANDLEIDING LOKALE AIRCONDITIONER
Inhoudsopgave Opmerkingen m.b.t. de bedieningshandleiding ................... 2 De actuele versie van de bedieningshandleiding en de EU-conformiteitsverklaring, kunt u downloaden via de volgende link: Veiligheid ............................................................................... 2 Informatie over het apparaat ................................................ 5 PAC 2100 X Transport en opslag .............................................................. 6 Montage en installeren.................
• • • • • • • • • • • • • • • • • NL Dek het apparaat tijdens gebruik niet af en transporteer het dan niet. Ga niet op het apparaat zitten. Het apparaat is geen speelgoed. Houd kinderen en dieren op afstand. Gebruik het apparaat alleen onder toezicht. Controleer voor elk gebruik van het apparaat de accessoires en aansluitonderdelen hiervan op mogelijke beschadigingen. Gebruik geen defecte apparaten of apparaatonderdelen.
Bedoeld gebruik Veiligheidssymbolen en plaatjes op het apparaat Gebruik het apparaat uitsluitend voor het koelen, ventileren en ontvochtigen van de ruimtelucht in binnenruimten, volgens de technische gegevens. Niet bedoeld gebruik • Plaats het apparaat niet op een natte resp. overstroomde ondergrond. Leg geen voorwerpen, zoals kledingstukken op het apparaat. Gebruik het apparaat niet in de buitenlucht.
Restgevaren Informatie over het apparaat Gevaar Natuurlijk koudemiddel propaan (R290)! H220 – Zeer licht ontvlambaar gas. H280 – Bevat gas onder druk; kan ontploffen bij verwarming. P210 – Verwijderd houden van warmte/vonken/open vuur/hete oppervlakken en andere ontstekingsbronnen. Niet roken. P377 – Brand door lekkend gas: niet blussen, tenzij het lek veilig gedicht kan worden. P410+P403 – Tegen zonlicht beschermen en op een goed geventileerde plaats bewaren.
Overzicht van het apparaat Transport en opslag Let op Het apparaat kan beschadigd raken als het niet correct wordt opgeslagen of getransporteerd. De informatie m.b.t. het transport en de opslag van het apparaat opvolgen. 1 2 11 Transport Het apparaat is voorzien van transportrollen voor een eenvoudig transport. 3 10 2 9 8 7 Neem vóór elk transport de volgende instructies in acht: • Schakel het apparaat uit. • De stekker van het netsnoer uit het stopcontact trekken door de stekker vast te pakken.
• Montage en installeren Leveromvang • • • • • • • • • • 1 x apparaat 1 x afvoerluchtslang 1 x slangadapter 1 x adapter voor wandmontage 1 x condensafvoerslang, lengte: 0,6 m, diameter: 13,5 mm 1 x pen 4 x bout 4 x plug 1 x afstandsbediening 1 x handleiding • • • • • • Apparaat uitpakken 1. Open de doos en het apparaat hieruit halen. 2. Verwijder de verpakking volledig van het apparaat. 3. Het netsnoer volledig afwikkelen.
Luchtafvoerslang aansluiten 1. Verbind de slangadapter met het andere uiteinde van de luchtafvoerslang. 2. Schuif de slangadapter met de luchtafvoerslang van de zijkant in de aansluiting luchtafvoerslang van de airconditioner. 8 Afvoerlucht afvoeren • De afvoerlucht van het apparaat bevat de overtollige warmte uit de te koelen ruimte. Daarom wordt het aanbevolen de afvoerlucht af te voeren naar buiten. • Het uiteinde van de luchtafvoerslang kan door het geopende raam worden geleid.
Volg de volgende aanwijzingen voor het leggen van de luchtafvoerslang op: Ventilatielamellen openen 1. Open de ventilatielamellen bij de luchtuitlaat voordat het apparaat wordt ingeschakeld. ≥ 30 cm ≤ 120 cm Netsnoer aansluiten • Steek de netstekker in een volgens de voorschriften gezekerd stopcontact. • • NL Voorkom het knikken van de luchtafvoerslang. Knikken leiden tot het verzamelen van vochtige afvoerlucht, het apparaat raakt oververhit en schakelt uit.
Bedrijfsmodi instellen Bediening • Koeling In de bedrijfsmodus Koeling wordt de ruimte afgekoeld tot de gewenste doeltemperatuur. 1. Druk op de toets MODE (12) tot de led Cool (14) brandt. ð De bedrijfsmodus Koeling is ingesteld. 2. Kies met de toetsen plus (16) of min (13) de gewenste doeltemperatuur. De temperatuur kan worden ingesteld tussen 17 °C en 30 °C. ð Op de segmentweergave (15) wordt de actueel ingestelde doeltemperatuur weergegeven. 3.
3. Verwijder de rubberplug uit de slangaansluiting. 4. Bewaar de afsluitdop en de rubberplug voor later gebruik. 5. Verbind de condensafvoerslang met de slangaansluiting (9). Ventilatie In de bedrijfsmodus Ventilatie circuleert de ruimtelucht en vindt er geen koeling resp. ontvochtiging plaats. De automatische modus van het apparaat is afhankelijk van de actuele ruimtetemperatuur en de ingestelde doeltemperatuur. Is de ruimtetemperatuur hoog, dan wordt de ventilatorsnelheid verhoogd.
Afstandsbediening Alle instellingen van het apparaat kunnen via de meegeleverde afstandsbediening worden uitgevoerd. Plaats geschikte batterijen in de afstandsbediening (zie het hoofdstuk Technische bijlage). Info De afstandsbediening gaat na langer niet gebruiken naar stand-by-bedrijf. Door te drukken op de toets ON/ OFF (33) op de afstandsbediening, wordt het stand-bybedrijf beëindigd. Het apparaat neemt automatisch de actuele instellingen van de afstandsbediening over.
Timer instellen De timer werkt op twee manieren: • automatisch inschakelen na een vooringesteld aantal uren • automatisch uitschakelen na een vooringesteld aantal uren De timer kan in 0,5 h-stappen (0 tot 10 h) resp. 1 h-stappen (10 tot 24 h) worden geprogrammeerd. Deze instelling is alleen mogelijk via de afstandsbediening. De functie kan in alle bedrijfsmodi worden ingesteld. De timer kan zowel tijdens bedrijf als in de stand-by-modus worden geactiveerd.
Leds op het bedieningspaneel in- en uitschakelen De verlichting van het bedieningspaneel van het apparaat kan worden in- en uitgeschakeld. Deze instelling is alleen mogelijk via de afstandsbediening. 1. Druk op de LED-toets (23). ð De leds op het bedieningspaneel worden uitgeschakeld. ð Het apparaat draait verder met de gekozen instellingen. 2. Druk opnieuw op de LED-toets (23). ð De leds op het bedieningspaneel worden weer ingeschakeld.
Defecten en storingen Het apparaat is tijdens de productie meerdere keren op een goede werking getest. Mochten er desondanks storingen ontstaan, controleer het apparaat dan op basis van de volgende lijst. Het apparaat start niet: • Controleer de netaansluiting. • Controleer het netsnoer en de netstekker op beschadigingen. • Controleer de afzekering van de gebouwinstallatie. • De bedrijfstemperatuur in het hoofdstuk technische gegevens aanhouden. • Het condensreservoir is evt. vol. Evt.
Foutcodes In segmentweergave (15) kunnen de volgende foutmeldingen worden weergegeven: Foutcode Oorzaak E1 Fout bij temperatuursensor E2 Fout bij vochtigheidssensor E4 Fout bij bedieningspaneel P1 Condensreservoir vol 16 Maatregel Het apparaat kort scheiden van het stroomnet. Mocht de fout na het herinschakelen nog steeds aanwezig zijn, neem dan contact op met de klantenservice. Het condensreservoir legen. Mocht de fout daarna nog steeds aanwezig zijn, neem dan contact op met de klantenservice.
Onderhoudsintervallen Onderhoud Onderhouds- en verzorgingsinterval Elke keer voor het in gebruik nemen Indien nodig Minimaal elke Minimaal elke Minimaal elke Minimaal 2 weken 4 weken 6 maanden jaarlijks X Aanzuig- en uitblaasopeningen op vervuilingen en vreemde objecten controleren, indien nodig reinigen X Uitwendige reiniging X X Visuele controle van het inwendige van het apparaat op vervuilingen X X X Luchtfilter op vervuilingen en vreemde objecten controleren, indien nodig reinigen resp.
Werkzaamheden voor aanvang van het onderhoud • • Waarschuwing voor elektrische spanning Raak de netstekker niet aan met vochtige of natte handen. Schakel het apparaat uit. De stekker van het netsnoer uit het stopcontact trekken door de stekker vast te pakken. Waarschuwing voor elektrische spanning Werkzaamheden waarvoor het openen van de behuizing noodzakelijk is, mogen uitsluitend door geautoriseerde vakbedrijven of door Trotec worden uitgevoerd.
Luchtfilter reinigen Condens afvoeren (handmatig legen) Het luchtfilter moet worden gereinigd, zodra het vervuild is. Dit is bijv. merkbaar aan een gereduceerde capaciteit (zie hoofdstuk defecten en storingen). In de bedrijfsmodus Koeling en Ontvochtiging ontstaat condens, dat voor het grootste deel via de afvoerlucht wordt afgevoerd. Het resterende condens verzamelt zich in een reservoir binnen de behuizing. Het condens moet regelmatig worden verwijderd.
4. Plaats de rubberplug weer in de condensafvoer en schroef de afsluitdop er weer op. Zorg dat de rubberplug goed vastzit, omdat anders ongecontroleerde waterlekkage kan ontstaan. ð De foutcode P1 op de segmentweergave (15) gaat uit zodra de condens is afgevoerd. Activiteiten na het onderhoud Als u het apparaat verder wilt gebruiken: • Laat het apparaat 12 tot 24 uur stilstaan, zodat het koudemiddel zich kan verzamelen in de compressor.
Technische gegevens Technische bijlage Model PAC 2100 X PAC 2600 X Koelvermogen 2,0 kW 2,6 kW Ontvochtigingscapaciteit 1,8 l/h 2,1 l/h Bedrijfstemperatuur 17 °C tot 35 °C 17 °C tot 35 °C Instelbereik temperatuur 17 °C tot 30 °C 17 °C tot 30 °C 3 Max.
Trotec GmbH & Co. KG Grebbener Str. 7 D-52525 Heinsberg +49 2452 962-400 +49 2452 962-200 info@trotec.com www.trotec.