Operation Manual

NL 6
Bedieningshandleiding – torenventilator TVE 40 T
Apparaat inschakelen
Nadat het apparaat klaar voor gebruik is opgesteld, zoals in
hoofdstuk inbedrijfstelling is beschreven, kan het worden
ingeschakeld.
1. Druk op de toets ON/OFF (11).
ð Er klinkt een toonsignaal en het apparaat start in de
bedrijfsmodus Normaal bedrijf met ventilatorsnelheid 1.
Bedrijfsmodi instellen
Het apparaat heeft de volgende bedrijfsmodi:
• Normaal bedrijf
• Nachtmodus
• Natuurlijke wind
Normaal bedrijf
In de bedrijfsmodus Normaal bedrijf draait de ventilator constant
met de gewenste ventilatorsnelheid. De ventilatorsnelheid kan
in deze modus worden ingesteld tussen snelheid 1 en 6 en
wordt weergegeven op de segmentweergave (13).
Ga als volgt te werk voor het instellen van de ventilatorsnelheid
in de bedrijfsmodus Normaal bedrijf:
1. Druk op de toets MODE (12), tot de LED = Normaal
bedrijf bij de bedrijfsmodus-LED's (15) brandt.
ð Het apparaat draait in de bedrijfsmodus Normaal bedrijf.
2. Druk op de toets SPEED/TIMER (9). Door meerdere keren
te drukken op "+" wordt de ventilatorsnelheid verhoogd.
De gekozen ventilatorsnelheid wordt in de
segmentweergave (13) weergegeven.
ð Het apparaat draait constant met de ingestelde
ventilatorsnelheid.
3. Druk op de toets SPEED/TIMER (9): Door meerdere keren
te drukken op "-" wordt de ventilatorsnelheid verlaagd. De
gekozen ventilatorsnelheid wordt in de
segmentweergave (13) weergegeven.
ð Het apparaat draait constant met de ingestelde
ventilatorsnelheid.
Nachtmodus
In de bedrijfsmodus Nachtmodus wordt de ventilatorsnelheid
automatisch, afhankelijk van de gekozen ventilatorsnelheid,
stapsgewijs omgeschakeld door het apparaat. U kunt de
ventilatorsnelheid in deze modus handmatig omschakelen
tussen snelheid 1 en 3.
• Bij ventilatorsnelheid 1 schakelt het apparaat in de
bedrijfsmodus Nachtmodus na 15 minuten automatisch
om naar ventilatorsnelheid 2. Na een bedrijfstijd van
45 minuten schakelt het apparaat automatisch terug naar
ventilatorsnelheid 1 en draait zo verder.
• Bij ventilatorsnelheid 2 schakelt het apparaat in de
bedrijfsmodus Nachtmodus na een bedrijfstijd van
60 minuten automatisch om naar ventilatorsnelheid 1 en
draait zo verder.
• Bij ventilatorsnelheid 3 schakelt het apparaat in de
bedrijfsmodus Nachtmodus na een bedrijfstijd van
30 minuten automatisch om naar ventilatorsnelheid 2.
Na een bedrijfstijd van 60 minuten schakelt het apparaat
automatisch naar ventilatorsnelheid 1 en draait zo verder.
Ga als volgt te werk voor het inschakelen van de nachtmodus:
1. Druk op de toets MODE (12), tot de LED = Nachtmodus
bij de bedrijfsmodus-LED's (15) brandt.
ð Het apparaat draait in de bedrijfsmodus Nachtmodus.
Natuurlijke wind
In de bedrijfsmodus Natuurlijke wind ontstaat een automatisch
toe- en afnemende ventilatorsnelheid, voor een aangename,
natuurlijke luchtstroom. U kunt de ventilatorsnelheid in deze
modus handmatig omschakelen tussen snelheid 1 en 3.
Ga als volgt te werk, om de bedrijfsmodus Natuurlijke wind in te
schakelen:
1. Druk op de toets MODE (12), tot de LED = Natuurlijke
wind bij de bedrijfsmodus-LED's (15) brandt.
ð Het apparaat schakelt om naar de bedrijfsmodus
Natuurlijke wind.
Ga als volgt te werk voor het instellen van de ventilatorsnelheid
in de bedrijfsmodus Natuurlijke wind:
1. Druk op de toets SPEED/TIMER (9): Door meerdere keren
te drukken op "+" wordt de ventilatorsnelheid verhoogd.
De gekozen ventilatorsnelheid wordt in de
segmentweergave (13) weergegeven.
ð Het apparaat schakelt naar de gekozen
ventilatorsnelheid.
ð Het apparaat draait in de bedrijfsmodus Natuurlijke
wind.
2. Druk op de toets SPEED/TIMER (9): Door meerdere keren
te drukken op "-" wordt de ventilatorsnelheid verlaagd. De
gekozen ventilatorsnelheid wordt in de
segmentweergave (13) weergegeven.
ð Het apparaat schakelt naar de gekozen
ventilatorsnelheid.
ð Het apparaat draait in de bedrijfsmodus Natuurlijke
wind.
Timer instellen
De timer werkt op twee manieren:
• automatisch uitschakelen na een vooringesteld aantal uren
• automatisch inschakelen na een vooringesteld aantal uren
Het aantal uren kan tussen 0,5 en 12 uren liggen. De timer kan
in 0,5 h-stappen (0,5 tot en met 10 h) resp. 1 h-stappen (10 tot
en met 12h) worden ingesteld.
De functie kan in alle bedrijfsmodi worden ingesteld. De timer
kan zowel tijdens bedrijf als in de standby-modus worden
geactiveerd.