User manual
c) Gebruik
• Dit product is geen speelgoed. Houd apparaten die op netspanning werken uit de
buurt van kinderen. Wees daarom extra voorzichtig als er kinderen aanwezig zijn.
Gebruik het product op een zodanige manier dat het buiten bereik van kinderen ligt.
• Gebruik het product niet in ruimtes of onder ongunstige weersomstandigheden,
waar brandbare gassen, dampen of stofdeeltjes aanwezig zijn of aanwezig kun-
nen zijn! Er bestaat explosiegevaar!
• De aansluiting op de netvoeding en de werking van het product is enkel toegelaten
wanneer de behuizing gesloten is.
• Gebruik het product nooit in voertuigen.
• Leg alle kabels zo, dat niemand erover kan struikelen.
• Behandel het product voorzichtig; door stoten, schokken of een val - zelfs van
geringe hoogte - kan het beschadigd raken.
• Voorkom de volgende ongunstige omgevingscondities op de plaats van opstelling
en tijdens opslag of transport:
- vocht of een te hoge luchtvochtigheid
- koude of hitte en direct zonlicht
- stof of brandbare gassen, dampen of oplosmiddelen
- sterke trillingen, stoten, schokken
- sterke magnetische velden, bijv. in de buurt van machines of luidsprekers
• Neem het product nooit direct in bedrijf, wanneer het van een koude ruimte in een
warme ruimte is gebracht (bijv. bij transport). Het condens dat daarbij ontstaat kan
in bepaalde situaties onherstelbare schade aan het product toebrengen of kan u
elektrische schokken bezorgen!
Laat het product eerst op kamertemperatuur komen. Wacht tot het condens is
verdampt. Dit kan enkele uren duren. Daarna pas het product op de netspanning
aansluiten en in bedrijf nemen.
• Gebruik het apparaat uitsluitend in een gematigd klimaat; niet in een tropisch kli-
maat. Neem hierbij ook de omgevingsvoorwaarden van het hoofdstuk “Technische
gegevens“ in acht.
• De behuizing van de dimmer wordt warm tijdens de werking (afhankelijk van de
aangesloten lampen en de ingestelde helderheid). Let op dat er voldoende wordt
geventileerd, dek het product nooit af!
• In scholen, opleidingscentra, hobbyruimten en werkplaatsen moet door geschoold
personeel voldoende toezicht worden gehouden op de bediening van het product.
• Koppel het product los van de netspanning als u het niet gebruikt (bijv. tijdens
opslag). Haal de stekker uit de contactdoos.
• Koppel het product los van de netspanning bij onweer om het product te bescher-
men tegen beschadigingen.
• Gebruik het product niet als het beschadigd is. Er bestaat gevaar voor uw leven
door een elektrische schok! Een beschadigd netsnoer mag alleen door een vak-
man worden vervangen.
• Indien kan worden aangenomen dat gebruik zonder gevaren niet meer mogelijk
is, dan moet het product buiten bedrijf worden gesteld en worden beveiligd tegen
onopzettelijk gebruik. Raak het product niet aan.
Schakel eerst de voeding op alle polen uit (bijbehorende zekeringsautomaat uit-
schakelen resp. de zekering eruit draaien, vervolgens de bijbehorende aardlek-
schakelaar uitschakelen).
Koppel daarna pas het product los van de voedingsspanning, door de stekker uit
het stopcontact te halen.
Laat het product aansluitend door een vakman controleren of voer het milieu-
vriendelijk af.
• Het is aan te nemen dat een veilige werking niet meer mogelijk is, als:
- het product zichtbaar is beschadigd
- het product niet of niet langer correct werkt (ikkerend licht, vrijkomende rook
resp. brandlucht, hoorbaar geknetter, verkleuringen van het product of aangren-
zende oppervlakken)
- het product onder ongunstige omstandigheden werd opgeslagen
Montage en aansluiting
Om een juiste ingebruikname te waarborgen moet u deze gebruiksaanwijzing en de
veiligheidsaanwijzingen vóór gebruik volledig en aandachtig lezen! Laat, bij twijfel,
de inbouw en aansluiting door een vakman uitvoeren.
Aansluiting mag alleen in spannings-/stroomvrije toestand worden uitgevoerd. An-
ders bestaat er levensgevaar door een elektrische schok!
De reeds aan de dimmer aangesloten kabels (bij bestelnr. 1661884, 1661885,
1661886 und 1661887) mogen niet verlengd worden.
Het opgenomen vermogen van de aangesloten verbruiker mag het nominale ver-
mogen van de dimmer niet overschrijden. De minimale aansluitingswaarden moeten
beslist worden aangehouden. Raadpleeg daarvoor het hoofdstuk “Technische gege-
vens”.
a) Schuifdimmer bestelnr. 1661882 + 1661883
De opbouw van het product voldoet aan de beschermingsklasse II (dubbele of ver-
sterkte isolering). Intern is er echter een aansluiting voor de beschermende geleider.
Het product mag dus zowel voor lampen met beschermingsklasse II als lampen met
beschermingsklasse I gebruikt worden. In geval van lampen met beschermingsklas-
se I moet een voedingskabel met beschermende geleider worden gebruikt; de be-
schermende geleider van de netvoeding moet worden verbonden met de bescher-
mende geleider van de aangesloten lampen. Als dit niet wordt nageleefd, bestaat
levensgevaar door een elektrische schok!
De schuifdimmer is enkel geschikt voor lampen die met netspanning werken.
Aansluitschema (stippellijn toont de beschermende geleider, indien gebruikt):
N
N
L
L
L
N
PE
Aansluiting van een lamp met beschermingsklasse I
Draai de schroeven aan de onderkant uit en neem het deksel van de behuizing af.
In geval van lampen met beschermingsklasse I moet een drieaderige voedingskabel met be-
schermende geleider worden gebruikt; de beschermende geleider van de netvoeding moet
worden verbonden met de beschermende geleider van de aangesloten lampen. Hiervoor moe-
ten de beide schroefklemmen in het midden, die met een aardingssymbool gemarkeerd zijn,
gebruikt worden.
Verwijder de buitenste isolatie van het netsnoer en het snoer naar de lampen tot een lengte van
ongeveer 20 mm. Strip elk van de drie aders op een lengte van ong. 6 mm af. De kabel van de
beschermende geleider (geel-groene kabel) moet minstens 6 mm langer zijn, zodat hij in geval
van een fout als laatste kabel in de klem blijft.
20 mm
6 mm
Verwijder de twee beugels op de trekontlasting, indien deze vastgeschroefd zijn. Verbind de
drie aders van het netsnoer (L, N, PE) en het snoer naar de lampen met de schroefklemmen
in de dimmer, zie schema boven (bruin = L/fase, blau = N/neutraal, geel-groen = PE/bescher-
mende geleider(aardingssymbool).
Fixeer beide kabels via de beugel van de trekontlasting; deze moet op de buitenste isolatie van
de kabel drukken en niet op de drie individuele snoeren.
Plaats het deksel terug en zorg ervoor dat de schuiver in het deksel van de behuizing perfect
in de punt van de verschuifbare potentiometer op de plaat ligt. Schroef dan de behuizing dicht.
Aansluiting van een lamp met beschermingsklasse II
Draai de schroeven aan de onderkant uit en neem het deksel van de behuizing af.
Bij lampen met beschermingsklasse II moet een 2aderig netsnoer zonder beschermende gelei-
der gebruikt worden (tweepolige kabel).
Verwijder de buitenste isolatie van het netsnoer en het snoer naar de lampen tot een lengte van
ongeveer 20 mm. Strip elk van de twee aders op een lengte van ong. 6 mm af.
20 mm
6 mm
Verwijder de twee beugels op de trekontlasting, indien deze vastgeschroefd zijn. Verbind de
twee aders van het netsnoer (L, N) en het snoer naar de lampen met de schroefklemmen in de
dimmer, zie schema boven (bruin = L/fase, blau = N/neutraal).
Fixeer beide kabels via de beugel van de trekontlasting; deze moet op de buitenste isolatie van
de kabel drukken en niet op de twee individuele snoeren.
Plaats het deksel terug en zorg ervoor dat de schuiver in het deksel van de behuizing perfect
in de punt van de verschuifbare potentiometer op de plaat ligt. Schroef dan de behuizing dicht.
b) Schuifdimmer bestelnr. 1661884 + 1661887
De dimmer levert een uitgangsspanning van 12 V/AC (wisselspanning).
Een lamp die met netspanning of een andere spanning dan 12 V/AC werkt, kan niet
op de dimmer aangesloten worden!
Verbind de beide open kabeluiteinden met de ingang van uw lampen. De polariteit is niet van
belang. In de gebruiksaanwijzing bij uw lampen kunt u zien hoe de aansluiting dient te gebeu-
ren. Let hierbij in het bijzonder op een gepaste trekontlasting.