Operation Manual

49
Mover® TE R4
Veiligheidsaanwijzingen
De besturingen TE R4 (master of slave) mogen uitsluitend
voor Mover® TE R4 gebruikt worden.
Voor het eerste gebruik van de Mover® op vrij terrein oefe-
nen, om zich vertrouwd te maken met de functies van
de afstandsbediening resp. van de Mover®.
Voor elk gebruik van de Mover® banden en aandrijfrol-
len controleren; eventueel scherpe stenen en dergelijke
verwijderen.
Tijdens gebruik van de Mover® mogen zich geen personen
in de caravan bevinden.
In het werkbereik van de Mover® mogen geen personen
(met name kinderen) verblijven.
Bij de werking van de Mover® moet erop gelet worden dat
er geen haar, ledematen, kleding of andere aan het lichaam
aanwezige delen van beweegbare en / of roterende onder-
delen (bijvoorbeeld aandrijfrollen) vastgegrepen kunnen
worden.
Bij rangeren mag de afstand tussen draadloze afstandsbe-
diening en het midden van de caravan niet meer dan 10 m
bedragen!
Bij functiestoringen handrem aantrekken.
Om kantelen van de caravan te vermijden, bij het rangeren
op hellingen de dissel naar beneden (dalafwaarts) richten.
Na het rangeren altijd eerst de handrem aantrekken, de
aandrijfrollen van de band wegzwenken en de wielen
(met name op hellende vlakken!) blokkeren. De Mover® is
niet geschikt als parkeerrem voor de caravan.
De draadloze afstandsbediening absoluut goed opbergen,
zodat onbevoegden (daarbij vooral op kinderen letten!) er
geen gebruik van kunnen maken.
Trek de caravan nooit met aangelegde aandrijfrollen, aan-
gezien dit kan leiden tot schade aan de band, het trekkende
voertuig en de aandrijfeenheden.
Alle wielen en banden op de caravan moeten van dezelfde
maat en hetzelfde type zijn.
Om een correct functioneren van de Mover® te waarborgen,
moet de afstand tussen banden en weggezwenkte aan-
drijfrollen 20 mm bedragen. Alle banden moeten – volgens
gegevens van de fabrikant – dezelfde bandendruk hebben
(controleer dit regelmatig!). Door slijtage van de banden of
montage van nieuwe banden is eventueel een nieuwe instel-
ling van de afstand aandrijfrollen / banden nodig (zie
„Montage van de aandrijfelementen“).
Bij het opbokken mag de Mover® niet als steunpunt ge-
bruikt worden, omdat dit kan resulteren in beschadiging van
de aandrijfeenheid.
Gevoelige voorwerpen zoals camera‘s, DVD-spelers enz.
mogen niet in de opbergkast in de buurt van de besturing
of van de motorkabels bewaard worden. Ze zouden schade
kunnen oplopen door de elektromagnetische velden.
Het leeggewicht van het voertuig wordt verhoogd met het
gewicht van de Mover®, daardoor wordt de nuttige last van
het voertuig minder.
Na het rangeren de stekker uit het veiligheidsstopcontact
trekken, omdat anders de batterij leeg raakt.
Ruststroom bij ingestoken stekker is ca. 300 mA.
Ruststroom bij uitgetrokken stekker is < 2 mA.
Gebruikte symbolen
Symbool wijst op mogelijke gevaren.
Aanwijzing met informatie en tips.
Inhoudsopgave
Gebruikte symbolen ............................................................ 49
Veiligheidsaanwijzingen .................................................. 49
Algemene aanwijzingen .................................................. 50
Accu‘s ................................................................................ 50
Functiebeschrijving ......................................................... 50
Gebruiksaanwijzing
Afstandsbediening .............................................................. 51
LED-knippercode en geluidssignaal van de
afstandsbediening ............................................................... 51
Batterijen in de afstandsbediening vervangen ................... 51
Rangeren van de caravan ............................................... 51
Aankoppelen aan een trekvoertuig ............................... 52
Onderhoud ......................................................................... 52
Inspecties ............................................................................ 52
Wegzwenken in geval van nood ......................................... 52
Zoeken van fouten ........................................................... 52
Elektronische besturing en draadloze afstandsbediening
op elkaar afstemmen ........................................................... 53
Technische gegevens ...................................................... 53
Conformiteitsverklaring .................................................. 53
Garantieverklaring van de fabrikant Truma ................ 54
Inbouwhandleiding
Toepassingsgebied .............................................................. 54
Toelating .............................................................................. 54
Benodigd gereedschap en inrichtingen .............................. 54
Minimumafmetingen voor de inbouw ................................ 55
Vaststelling van de chassishoogte ...................................... 55
Vaststelling van de montagesituatie ................................... 55
Montage speciaal toebehoren ............................................ 55
Plaatskeuze .......................................................................... 55
Montage van de aandrijfelementen .............................. 56
Elektrische bedrading en relaisbesturing .................... 57
Aansluitschema .................................................................. 58
Aansluiting scheidingsschakelaar ....................................... 58
Aansluiting van de tractiemotoren ...................................... 58
Aansluiting van de aanzwenkmotoren ................................ 58
Aansluiting van de accu ...................................................... 58
Aansluiting van het veiligheidsstopcontact bij
conventionele remlichten .................................................... 59
Aansluiting van het veiligheidsstopcontact bij
LED-remlichten ................................................................... 59
Functiecontrole ................................................................ 60
Waarschuwingen ................................................................ 60