Instructions

Golfcomputer JS-202B
Versie 06/10
Bestnr. 86 00 14
Bedoeld gebruik1.
Het apparaat dient als elektronische score-kaart voor de golfsport. De resultaten van maximaal vier
spelers kunnen worden geregistreerd. In totaal zes resultaten van individuele spelers kunnen langdurig
worden opgeslagen. Bovendien kunnen de par-waarden van maximaal acht golfterreinen worden
ingeprogrammeerd. Het apparaat bevat een klok met kalender en een alarmfunctie. De voeding vindt
plaats via een knoopcel van het type CR2032. Het apparaat kan met de geïntegreerde clip aan de
broekriem of met de halsbandje worden gedragen.
Het eigenhandig ombouwen en/of veranderen van het product is niet toegestaan om veiligheids- en
keuringsredenen (CE). Een andere toepassing dan hierboven beschreven, is niet toegestaan en kan
leiden tot beschadiging van het product. Daarnaast bestaat het risico van bijv. kortsluiting, brand,
elektrische schokken, enz. Lees de gebruiksaanwijzing grondig door en bewaar deze voor raadpleging
in de toekomst.
Kenmerken2.
Slaat par-waarden voor acht holes op
Registreert speelresultaten gelijktijdig voor maximaal vier spelers
Put-pogingen gescheiden opgevoerd
Geheugen voor zes spelen
Met praktische riemclip
Leveringsomvang3.
Golfcomputer
Halsbandje
Knoopcel type CR2032
Gebruiksaanwijzing
Veiligheidsinstructies4.
Wij zijn niet verantwoordelijk voor schade aan eigendom of lichamelijke letsels indien
het product verkeerd gebruikt werd op om het even welke manier of beschadigd werd
door het niet naleven van deze bedieningsinstructies. De waarborg vervalt dan!
Het uitroepteken geeft belangrijke informatie aan voor deze bedieningsinstructies
waaraan u zich strikt moet houden.
Personen / Product
Het product is geen speelgoed en moet buiten het bereik van kinderen gehouden worden!
Het product mag niet onderworpen worden aan zware mechanische druk.
Het product mag niet blootgesteld worden aan extreme temperaturen, rechtstreeks zonlicht, intense
trillingen of vocht.
Batterijen
Let op de juiste polariteit bij het plaatsen van de batterij.
De batterijen dienen uit het apparaat te worden verwijderd wanneer het gedurende langere tijd niet
wordt gebruikt om beschadiging door lekkage te voorkomen. Lekkende of beschadigde batterijen
kunnen brandend zuur bij contact met de huid opleveren. Gebruik daarom veiligheidshandschoenen
om beschadigde batterijen aan te pakken.
Batterijen moeten uit de buurt van kinderen worden gehouden. Laat batterijen niet rondslingeren
omdat het gevaar bestaat dat kinderen en/of huisdieren ze inslikken.
Batterijen mogen niet worden ontmanteld, kortgesloten of verbrand. Probeer nooit gewone batterijen
te herladen. Er bestaat dan explosiegevaar!
Diversen
Onderhoud, afstellingen of reparaties mogen uitsluitend worden uitgevoerd door een vakman of een
gespecialiseerde onderhoudsdienst.
Voor vragen waarop deze gebruiksaanwijzing geen antwoord biedt, kunt u contact opnemen met
onze technische dienst of andere specialisten.
Batterij plaatsen/vervangen5.
Draai de schroef van het batterijvakdeksel los met behulp van een kruiskopschroevendraaier en 1.
verwijder het deksel.
Plaats een knoopcel van het type CR2032 en let op de juiste polariteit. De pluspool moet daarbij 2.
naar buiten wijzen.
Sluit het batterijvak weer.3.
Vervang de batterij zodra de waarden op het uitleesvenster nog slechts zwak of helemaal
niet meer worden weergegeven.
Inbedrijfname6.
Apparaat in-/uitschakelen
Houd de knop MODE ON gedurende circa twee seconden ingedrukt om het apparaat in-/uit te
schakelen.
Na 15 minuten rust schakelt het apparaat zichzelf automatisch uit.
Modus-overzicht
Met de knop MODE ON kan steeds naar de volgende modus worden gegaan.
Kloktijd/alarm-modus Wedstrijdmodus Koersinstellingsmodus Protocolmodus
Kloktijd/alarm instellen
Druk op de knop MODE ON om naar de kloktijd/alarm-modus te gaan.1.
Druk op de knop STROKE voor de instellingen. De eerste waarde knippert.2.
Druk op de knop PUTT om de waarde te verhogen. Druk op de knop „-“ om de waarde te verlagen.3.
Druk ter bevestiging op de knop STROKE. De volgende waarde knippert en kan worden ingesteld.4.
De volgorde luidt als volgt: 12/24 uur jaar maand dag uur minuut seconde 5.
alarm-uur alarm-minuut alarm aan/uit
Als het alarm is ingesteld, verschijnt het kloksymbool op het uitleesvenster.6.
Het alarm kan ook in de kloktijd/alarm-modus worden geactiveerd of uitgeschakeld door op de knop 7.
PUTT of „-“ te drukken.
Het alarm klinkt gedurende een minuut. Stop het alarm door op een willekeurige knop te drukken.8.
Koersinstellingen
Voor acht verschillende golfterreinen met elk 18 holes kunnen de par-waarden worden ingeprogrammeerd.
Per werkinstelling is elke hole als par 3 vastgelegd. Ga als volgt te werk om de afzonderlijke holes als
par 4 of par 5 vast te leggen:
Druk op de knop MODE ON om naar de koersinstellingsmodus te gaan. Bovenin het uitleesvenster 1.
knippert “COURSE”.
Druk herhaaldelijk op de knop PLY. COURSE om een van de acht mogelijke geheugenplaatsen te 2.
selecteren.
Druk herhaaldelijk op de knop HOLE om een van de 18 holes te selecteren.3.
Druk op de knop STROKE of PUTT om de par-waarde te wijzigen.4.
Voordat in de wedstrijdmodus de resultaten van een compleet spel worden geregistreerd,
is het handig om de par-waarden van alle holes van het golfterrein te programmeren. De
geprogrammeerde golfterreinen blijven ook na het uitschakelen opgeslagen.
Wedstrijdmodus
Binnen de wedstrijdmodus kunnen de resultaten van maximaal vier spelers worden geregistreerd.
Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen het totale aantal slagen en de gedane put-pogingen.
Zoek in de koersinstellingsmodus het gewenste voorgeprogrammeerde golfterrein uit.1.
Druk driemaal op de knop MODE ON om naar de wedstrijdmodus te gaan. Links op het uitleesvenster 2.
knippert het symbool voor de eerste speler (speler A).
Registreer elke slag van speler A door op de knop STROKE te drukken. Het aantal slagen (= strokes) 3.
wordt met de waarde 1 verhoogd.
Registreer de put-pogingen door op de knop PUTT te drukken. Het aantal slagen en de put-pogingen 4.
worden met de waarde 1 verhoogd.
Verminder het aantal slagen of put-pogingen door eerst op de knop „-“ en dan op de knop
STROKE (voor slagen) of op de knop PUTT (voor put-pogingen) te drukken.
Druk op de knop PLY. COURSE voor overschakeling naar de volgende speler.5.
Zodra alle spelers klaar zijn met de betreffende hole, druk dan op de knop HOLE om over te 6.
schakelen naar de volgende hole.
Alle actuele resultaten worden gewist door in de wedstrijdmodus de knop „-“ gedurende
circa drie seconden ingedrukt te houden. De resultaten van alle spelers worden op nul
teruggezet en de weergave springt terug naar hole 1 van het betreffende golfterrein.
Resultaten controleren
Binnen de wedstrijdmodus kan voor elke speler de som van de slagen van de holes 1 - 9, de holes
10 - 18 en het totale aantal slagen worden weergegeven. Ga hiervoor als volgt te werk:
Druk op de knop PLY. COURSE om de betreffende speler te selecteren waarvan de resultaten 1.
moeten worden weergegeven.
Druk op de knop RECORD TOTAL. Op het uitleesvenster knippert „FRONT“ als indicator voor 2.
de holes 1 - 9. Het totaal van alle slagen en het aantal put-pogingen op de holes 1 - 9 wordt
weergegeven.
Druk opnieuw op de knop RECORD TOTAL. Op het uitleesvenster knippert „BACK“ als indicator 3.
voor de holes 10 - 18. Het totale aantal van alle slagen en het aantal van alle put-pogingen op de
holes 10 - 18 wordt weergegeven.
Druk opnieuw op de knop RECORD TOTAL. Op het uitleesvenster knippert „FINAL“ als indicator 4.
voor de holes 1 - 18. Het totale aantal van alle slagen en het aantal van alle put-pogingen op de
holes 1 - 18 wordt weergegeven.
Druk opnieuw op de knop RECORD TOTAL om terug te gaan naar de wedstrijdmodus.5.
Rechtsboven in het uitleesvenster wordt de som van de par-waarden weergegeven.
Resultaten opslaan
Het apparaat biedt zes geheugenplaatsen. Op elk van deze geheugenplaatsen kunnen de resultaten
van een speler worden vastgelegd. Ga hiervoor als volgt te werk:
Kies binnen de wedstrijdmodus met de knop PLY. COURSE de speler van wie de resultaten moeten 1.
worden opgeslagen.
Houd de knop RECORD TOTAL gedurende circa twee seconden ingedrukt. Aan de onderkant 2.
van het uitleesvenster verschijnt „RECORD“ gedurende circa een seconde. De resultaten worden
opgeslagen. Tegelijkertijd worden de resultaten van de betreffende speler in de wedstrijdmodus op
de waarde nul teruggezet.
Als allle zes geheugenplaatsen al bezet zijn, verschijnt er „FULL“ (vol) op het uitleesvenster. Wis in 3.
dit geval een vooraf opgeslagen resultaat (zie het volgende hoofdstuk) en sla daarna het actuele
resultaat in de vrijgekomen geheugenplaats op.
Opgeslagen resultaten oproepen/wissen
Druk op de knop MODE ON om naar de protocolmodus te gaan. Aan de onderkant van het 1.
uitleesvenster verschijnt „RECORD“. Het cijfer rechtsonder is het nummer van de geheugenplaats
(1 - 6).
Druk herhaaldelijk op de knop RECORD TOTAL om de resultaten van de holes 1 - 9, de holes 2.
10 - 18 en het totale resultaat weer te geven.
Druk op de knop PLY. COURSE om de volgende geheugenplaats op te roepen.3.
Selecteer met de knop PLY. COURSE de geheugenplaats waarvan de resultaten dienen te worden 4.
gewist.
Om de geheugenplaats te wissen, dient eerst op de knop „-“ en dan op de knop STROKE te worden 5.
gedrukt. De geheugenplaats is nu weer vrij.
De als laatste vastgelegde resultaten worden in de hoogste vrije geheugenplaats
opgeslagen. Worden bijvoorbeeld de resultaten van geheugenplaats 1 gewist, dan
worden alle daarna opgeslagen resultaten steeds over een geheugenplaats naar voren
verschoven.
Onderhoud en reiniging7.
Het product moet af en toe gereinigd worden en indien nodig moet de batterij vervangen worden. Het
product is voor het overige onderhoudsvrij.
Reinig de buitenkant van het product alleen met een zachte en droge doek of kwast.
U mag in geen geval agressieve of chemische schoonmaakmiddelen gebruiken daar hierdoor de
behuizing aangetast en de werking benadeeld kan worden.
Verwijdering8.
Algemeen
In het belang van het behoud, de bescherming en de verbetering van de kwaliteit van het
milieu, de bescherming van de gezondheid van de mens en een behoedzaam en rationeel
gebruik van natuurlijke hulpbronnen dient de gebruiker een niet te repareren of afgedankt
product in te leveren bij de desbetreffende inzamelpunten overeenkomstig de wettelijke
voorschriften.
Het symbool met de doorgekruiste afvalbak geeft aan dat dit product gescheiden van het
gewone huishoudelijke afval moet worden ingeleverd.
Batterijen / accu’s
U bent als eindgebruiker volgens de KCA-voorschriften wettelijk verplicht alle lege
(oplaadbare) batterijen en accu’s in te leveren; verwijdering via het huisvuil is niet
toegestaan! Batterijen/accu’s die schadelijke stoffen bevatten worden gekenmerkt door
de hiernaast vermelde symbolen, die erop wijzen dat deze niet via het huisvuil verwijderd
mogen worden. De aanduidingen voor de bepalende zware metalen zijn: Cd=cadmium,
Hg=kwik, Pb=lood.
Uw gebruikte batterijen/accu’s kunt u kosteloos inleveren bij de verzamelpunten van uw
gemeente, bij al onze vestigingen en overal waar batterijen/accu’s worden verkocht!
Zo vervult u uw wettelijke verplichtingen en draagt u bij tot de bescherming van het milieu!
Technische gegevens9.
Bedrijfsspanning: 1 x 3 V/DC knoopcel, type CR2032
Stroomopname: < 15 μA
Lengte halsbandje: 480 mm
Bedrijfstemperatuur: 0 ºC tot +50 ºC
Afmetingen (B x H x D) : 57 x 90 x 23 mm
Gewicht: 67 g
Deze gebruiksaanwijzing is een publicatie van Conrad Electronic SE,
Klaus-Conrad-Straße 1, D-92240 Hirschau/Duitsland.
Alle rechten, vertaling inbegrepen, voorbehouden. Reproducties van welke aard
dan ook, bijvoorbeeld fotokopie, microver lming of de registratie in elektronische
gegevensverwerkingsapparatuur, vereisen de schriftelijke toestemming van de
uitgever. Nadruk, ook van uittreksels, verboden.
Deze gebruiksaanwijzing voldoet aan de technische eisen bij het ter perse gaan.
Wijzigingen in techniek en uitrusting voorbehouden.
© 2010 bei Conrad Electronic SE.
*02_06/10_01-SB