MODULEX EXT 100 - 150 - 200 250 - 300 - 350 MODULERENDE EN CONDENSERENDE KETEL 00332620 00333911 - 1a uitgave - 07/11 INSTALLATIE EN SERVICE HANDLEIDING NL
Waarschuwing: Deze handleiding bevat instructies specifiek voor de installateur of een daar toe bevoegd persoon in overeenstemming met de plaatselijke wetgeving. INHOUDSOPGAVE 2 1 ALGEMENE INFORMATIE ...................................................................................................................................................................................... 3 1.1 Gebruikte symbolen in deze handleiding ................................................................................
Algemene Informatie 1 ALGEMENE INFORMATIE 1.1 - GEBRUIKTE SYMBOLEN IN DEZE HANDLEIDING Tijdens het lezen van deze handleiding vragen wij speciale aandacht voor de tekst onderdelen, waar de volgende symbolen zijn geplaatst. Gevaarlijk: Geeft aan dat er een serieus gevaar voor de persoonlijke veiligheid kan ontstaan. Waarschuwing: Geeft aan dat er een potentieel gevaar voor het product of omgeving kan ontstaan. Opmerking: Geeft een suggestie voor de gebruiker. 1.
Algemene Informatie 1.5 - VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN WAARSCHUWING! Het apparaat mag niet worden gebruikt door mensen met verminderde lichamelijke, geestelijke en zintuiglijke ervaring en kennis. Deze mensen moeten eerst worden opgeleid en begeleid tijdens werkzaamheden. Kinderen mogen alleen onder begeleiding bij het apparaat komen.
Algemene Informatie 1.
Algemene Informatie 1.7 - ALGEMENE WAARSCHUWINGEN Deze gebruikers handleiding is een essentieel onderdeel van de apparatuur en wordt tezamen met ons product aan de gebruiker overhandigd. Hou de aan- en afzuig kanalen vrij van belemmeringen. Lees de instructies in de gebruikershandleiding aandachtig, deze geven belangrijke aanwijzingen voor veilig gebruik en onderhoud. Bewaar deze handleiding zorgvuldig en op een veilige plaats voor toekomstig gebruik.
Technische specificaties en afmetingen 2 TECHNISCHE SPECIFICATIES EN AFMETINGEN 2.1 - TECHNISCHE SPECIFICATIES • De MODULEX is een compacte, gasgestookte, Low NOx condenserende ketel, bestaande uit een geleed ketellichaam (een zogenaamde ketel module), voor gebruik als stand-alone systeem of in cascade opstelling. De ketel module bestaat uit twee of meer branderelementen (van 2 tot 7), welke niet van elkaar kunnen worden gescheiden, omdat ze zich in de zelfde beschermende behuizing bevinden.
Technische specificaties en afmetingen 2.
Technische specificaties en afmetingen Technische data geregistreed met het toestel werkend op aardgas (G25) 2.3 - TECHNISCHE SPECIFICATIES MODEL Appliance category Nominale belasting op o.w. Qn Minimale belasting op o.w. Qmin Nominaal vermogen (Tr 60 / Tm 80 °C) Pn Minimaal vermogen (Tr 60 / Tm 80 °C) Pn min Nominaal vermogen (Tr 30 / Tm 50 °C) Pcond Minimaal vermogen (Tr 30 / Tm 50 °C) Pcond min Rendement op max. verm. (Tr 60 / Tm 80°C) Rendement op min. verm. (Tr 60 / Tm 80°C) Rendement op max. verm.
Technische specificaties en afmetingen 2.4 - ZIJAANZICHT MET DE BELANGRIJKSTE COMPONENTEN Gasklep + Branderautomaat Ventilator Branderkap Automatische ontluchter Gasaansluiting Ontsteekelektrode Hoofdaanvoer-NTC temperatuuropnemer Ionisatiepen Lokale NTC opnemer hoog thermostaat Aanvoeraansluiting Brander Aluminium leeden Retouraansluiting A Aftapkraan Condensaatvat / rookgaskast Ketelframe Fundament (min. H.
Instructies voor de installateur 3 INSTRUCTIES VOOR DE INSTALLATEUR 3.1 - ALGEMENE WAARSCHUWINGEN Waarschuwing! De apparatuur is ontworpen voor gebruik in verwarmingsystemen. Oneigenlijk gebruik van de apparatuur in andere toepassingen wordt afgeraden en kan gevaarlijk zijn. De apparatuur is ontworpen voor het verwarmen van water voordat het kookpunt bereikt wordt bij een atmosferische druk. Waarschuwing! Deze apparatuur is ontworpen voor installatie in een daarvoor geschikte stookruimte.
Instructies voor de installateur 3.
Instructies voor de installateur 3.3 - VERPAKKING • De MODULEX ketel wordt geassembleerd geleverd en wordt beschermd door een plasticzak in een stevige kartonnen doos en vastgezet op een pallet. Dit maakt de ketel geschikt om te worden vervoerd met een heftruck. De ketel past met verpakking door een deur van 800 mm, zonder verpakking kan de ketel door een deur van 700 mm. Verwijder de strips en de kartonnen doos, door deze van de pallet te tillen en controleer het product op beschadigingen.
Instructies voor de installateur 3.4 - VERWIJDEREN VAN DE KETEL BED AND INSERT VOET 1 3 2 4 A A - Demontage van de ketel Til de ketel met een heftruck of takel banden Verwijder de vier bouten’’A’’ - Steek de vier poten in de doos Bevestig de voeten aan het frame met de 4 bouten die eerder zijn verwijderd’’A’’. Plaats de ketel op de plaat en de mantel. 3.
Instructies voor de installateur A B D Geef de ketel minimaal de ruimte zoals aangegeven in de tekening om ervoor te zorgen dat er op normale wijze onderhoud kan worden uitgevoerd en service kan worden verleend. C Trap A > 400 mm B > 400 mm C = 100 mm D = 500 mm 3.6 - AANSLUITING OP EEN BESTAAND VERWARMINGSSYSTEEM Wanneer de apparatuur op een bestaand verwarmingssysteem geïnstalleerd wordt, neem dan de volgende zaken in acht: - - Het rookgaskanaal voorzien is van een condensaat afvoer.
Instructies voor de installateur 3.7 - VERBINDING MET DE KETEL Modulex ketel verlaat de fabriek klaar is voor de wateraansluitingen (aanvoer en retour), rookgas en geplaatst aan de rechterzijde van de ketel. Te bewegen aan de andere kant van de aanval gas (levering positie standaard rechterhand) omkeren blinde flens met flens. omkeerbaar Gas Als u de uitlaatgassen recht (positie standaard) Links naar de twee kanten van de vacht te keren.
Instructies voor de installateur 3.8 - GASAANSLUITING Voordat de ketel wordt opgestart is het aan te bevelen het systeem grondig te reinigen om ervoor te zorgen dat alle vervuiling en verontreinigingen uit het systeem verwijderd zijn. Deze vervuiling kan de werking van de ketel namelijk nadelig beïnvloeden. De gastoevoer moet aan de ketel gekoppeld worden met een koppeling R 1 ½ “ zoals aangegeven op pagina 8.
Instructies voor de installateur 3.9 - AANVOER- EN RETOURWATERLEIDING AANSLUITING De aanvoer- en retourwater aansluiting moeten op de ketel aangesloten worden middels respectievelijk R 2½" M en R aansluitingen zoals aangegeven op pagina 8. Bij het bepalen van de leidingdiameters is het essentieel rekening te houden met de drukverliezen in het systeem en de daarin opgenomen componenten.
Instructies voor de installateur 3.10 - VEILIGHEID, BESCHERMING EN CONTROLE WAARSCHUWINGEN CERTIFICATIE VAN DE ADDITIONELE VEILIGHEIDSAPPENDAGES Sommige notified body schrijven additionele veiligheidsappendages voor. Voor de veiligheid van gasveiligheidsafsluiters is een special keurmerk nodig De expansievaten met een waterinhoud van meer dan 24 liters moeten worden beproeft.
Instructies voor de installateur aanbevolen installatie 3 1a 1 2 BCM 2a 13 4 18 19 17 19 16 15 14 12 11 10 6 3.12 - FILTER 3.11 - OPEN VERDELER Voor de juiste werking van de ketel, is het raadzaam een open verdeler te gebruiken, deze garandeerd: Unical raad u aan een Y-filter te installeren met een 2 weg klep in de retourleiding , zodat deze indien nodig kan worden ontdaan van vuil dat zich in het circulatie systeem bevindt. Er moet altijd een voorziening zijn voor de reguliere schoonmaak.
Instructies voor de installateur 3.13 - SELECTIE VAN DE PRIMAIRE CIRCULATIEPOMP OF SYSTEEM CIRCULATIEPOMP De exacte capaciteit van de circulatiepomp moet bepaald worden door een bij de installateur werkzaam en daartoe bevoegd persoon rekening houdend met de ketelspecificaties en systeemconfiguratie. De nominale circulatie over het toestel zoals weergegeven in de rechter tabel dient ten alle tijden gewaarborgd te zijn.
Instructies voor de installateur 3.14 - KOGELKRAAN Unical raadt u aan om in de aanvoer- en retourleidingen van het systeem kogelkranen te installeren. In dit geval kan de ketel worden afgetapt of losgekoppeld zonder dat het hele systeem hoeft worden afgetapt. Een gesloten expansievat met de juiste afmetingen en voorzien va een veiligheidsklep zal worden geplaatst tussen de kogelkranen en de ketel. WAARSCHUWING Overbrug nooit een veiligheidsonderdeel zoals een veiligheidsklep en expansievat.
Instructies voor de installateur 3.15 - PLATENWARMTEWISSELAAR Een platenwarmtewisselaar heeft als voordeel het houden van de twee gescheiden hydraulische circuits (primair en secundair), de bescherming van de ketel, maakt het ook mogelijk later, met de toevoeging of verwijdering van extra platen, om het systeem aan te passen aan veranderende behoeften. Unical heeft een reeks van ringen met primaire warmtewisselaars. 50°C (b 70°C ( t) ht) 3.16 - PRIMAIRE RING Wisselaar met PLAAT SPINOX COMPO S.
Instructies voor de installateur HYDRAULISCHE COMPENSATOR COMPO S. MODULEX 100-150: MODULEX 200-250: MODULEX 300-350: 00361944 00361945 00361944 COMPO S RING BOX COVER MODULEX 100-350: 00362008 24 PREMO S. MODULEX 100-150: MODULEX 200-250: MODULEX 300-350: 00362062 00362063 00362064 PREMO C.
Instructies voor de installateur 3.17 - CONDENSAAT AFVOER Voorkom stilstaand condensaat in de condensaatafvoer, om dit tegen te gaan dient de condensaat afvoer onder afschot van ten minste 30 mm/m richting het riool te worden geplaatst. Behalve de waterkolom in de condensaatsifon die na installatie gevuld moet worden met water met een minimale hoogte van tenminste 25 mm wanneer alle ventilatoren in werking zijn ).
Instructies voor de installateur 3.18 - AANSLUITINGEN OP DE ROOKGASAFVOER De rookgasafvoer is essentieel voor het goed functioneren van de ketel. Bij de condenserende ketel komen de rookgassen met een zeer lage temperatuur uit de rookgasafvoer. Het is daarom noodzakelijk om gebruik et maken van een corrosie- en rookgascondensaatbestendige rookgasafvoer. De verschillende pijpstukverbindingen moeten goed afsluiten en voorzien zijn van goede pakkingen om condenslekkage of luchtinlaat te voorkomen.
Instructies voor de installateur Keuzetabel verbrandingsgas afvoer volgens DIN 4705 40°C Verbrandingsgas temperatuur Maximun verbrandingsafvoer druck 40 Pa Gehalte CO2 kg/h kg/s 6% 8% 10% 2520 0,700 778 1037 1400 2160 0,600 667 889 1200 1800 0,500 555 1440 0,400 445 741 668 593 1000 900 800 1260 0,350 389 519 700 1080 0,300 333 444 600 900 0,250 277 370 500 720 0,200 222 296 400 540 0,150 167 222 300 396 360 324 288 0,100 0,090 0,080 111 100 89 148 133 11
Instructies voor de installateur 3.20 - WATERBEHANDELING De chemisch-fysische eigenschappen van het systeemvoedingswater zijn essentieel voor de correcte werking en veiligheid van de ketel. Voordat het verwarmingssysteem gevuld wordt is het noodzakelijk het water te analyseren om de juiste behandeling van het water te kunnen kiezen.
Instructies voor de installateur 3.21 - Elektrische aansluitingen VOORSCHRIFTEN typeplaat met speciale aandacht voor aangebrachte bedrading en/of bekabeling. Het verwarmingssysteem, de gas- en watertoevoer leidingen kunnen niet als aarde gebruikt worden. Verzekert u ervan dat de bovenstaande elektrische voorschriften zijn nageleefd. Bij twijfel raadpleegt een daartoe bevoegd persoon of bedrijf. De fabrikant neemt geen verantwoordelijkheid voor enige schade ontstaan door het incorrect aarde van de ketel.
Instructies voor de installateur 3.
Instructies voor de installateur N° MODULI N° FILTRI POSIZIONARE TRA I MODULI: 1 2 2 3 2-3 2-3 / 4-5 2-3 / 4-5 2-3 / 4-5 / 6-7 VM (A) 4 3 2 VM (A) 5 1 FILTRO 2 3 4 3 2 1 ST 2 1 N 2 3 L1 N BLU MARRONE MARRONE GIALLO /VERDE BLU 1 L1 ROSSO ST 2 ROSSO 5 MARRONE 4 5 6 7 GIALLO /VERDE BLU ( ) MARRONE Ontstekingselektrode Ionizatieelektrode Stromingsschakelaar (optioneel) Hoofdschakelaar Hoofdaanvoer opnemer van E8 Lamp algemene maximaalthermostaat (voor EXT 350) Druk roken Mi
Instructies voor de installateur 3.23 - BEDRADINGSSCHEMA VOOR AANSLUITINGEN Alle hoofdverbindingen, die benodigd zijn voor de aansturing van het verwarmingssysteem, ketelsysteem en alle componenten, die onderdeel zijn van de stookruimte moeten op de aansluitblokken worden aangesloten. Aan de achterzijde van de E8 regelaar zijn 2 klemmenstroken geplaatst, één voor de hoofdvoeding (230V) en de ander voor de laagspanning verbindingen.
Instructies voor de installateur Opnemer aansluitblok positie Aansluitblok VII VII Connection to BCM 2 VII FA eBUS 0-10 V 1 Klem 1: eBUS (FA) or 0-10V sturing Klem 2: (Aarde) 3 2 1 I VF VF F5 F6 SPF SPF KF AF AF 8 9 10 AF F9 F8 7 KF / SPF 6 I 5 VF 4 FBR F3 F2 F1 Aansluitblok I V VF 2 V 1 SPF VF F12 F11 Aansluitblok V Ketel lag niveau sensor Ketel midden niveau / FBR stookkring 1 (ruimte opnemer) Ketel hoog niveau opnemer / FBR stookkring 1 (ingestelde waarde) Klem 4: Debiet o
Instructies voor de installateur 3.
Instructies voor de installateur INSTALLATIE VAN EEN KETEL MET ÉÉN GEMENGDE en DIRECTE STOOKKRING EN TAPWATERREGELING * deze sensor kan ook ongebruikt blijven VF SPF (4-5) Debiet opnemer stookkring 2 (6-7) Boiler opnemer VF I 10 (10) Aarde buiten opnemer AF (9-10) Buiten opnemer (4) (5) (6) (7) (8) n (1) Debiet opnemer stookkring 1 C Ric.
Instructies voor de installateur Aansluiten van secundaire plantenstoffen AANSLUITEN DEEL B (verwarmingscircuit 1) C B Ric.
Instructies voor de installateur AANSLUITEN DEEL D (DHW) B C Ric.
Instructies voor de installateur INSTALLATIE VAN EEN KETEL MET TWEE GEMENGDE STOOKKRINGEN EN TAPWATERREGELING C Ric. F Stookkring 1 Ketel opnemer Buiten opnemer 4 n Remote E8 Master AF KF Veiligheidsonderdelen kit SPF VF VF VF VF M 3 VF Filter 1 R 2 Primaire systeempomp Veiligheidsonderdelen kit M 3 Openverdeler Filter R Primaire systeempomp WAARSCHUWING! Bij deze installatie is het noodzakelijk om de parameter BUS-ID HS aan te passen.
Instructies voor de installateur 3.25 - CASCADE MANAGER (BCM) Omschrijving De BCM maakt range aan functionaliteiten van de Modulex compleet: - AAN/UIT alarm signalering - De aansturing van een toerengeregelde pomp met als doel sterke verbetering van het rendement bij lage belastingen. - Mogelijkheid om de Modulex ketels in integreren in GBS. - Dankzij de aanwezige LonWorks/Modbus data convertors behoort integratie in de meest geavanceerde GBS tot de mogelijkheden.
Instructies voor de installateur 3. 26 - VOORBEELDEN VAN KETELS IN CASCADE De aansluiting van ketels in cascade opstelling, aangesloten op een externe BCM en beheert door een PLC/GBS (E8 niet aangesloten).
Instructies voor de installateur De aansluiting van ketels in cascade opstelling, aangesloten op een externe BCM en beheert door een PLC/GBS (E8 niet aangesloten).
Instructies voor de installateur De aansluiting van ketels in cascade opstelling, aangesloten op een externe PLC (E8 niet aangesloten).
Instructies voor de installateur 3.
Instructies voor de installateur 3.28 - HET VULLEN VAN HET SYSTEEM WAARSCHUWING! Meng uw verwarmingssysteem water niet in de verkeerde concentraties anti-vries of anticorrosie. Dit kan schade aan de installatie en apparatuur veroorzaken. De fabrikant aanvaart geen aansprakelijkheid voor verwonding van personen of schade aan bezittingen of apparatuur als voorgaande aanbevelingen niet worden opgevolgd.
Instructies voor de installateur 3.30 - BRANDER INSTELLING Waarschuwing! Alle hierna volgende instructies is alleen voor daartoe opgeleid en gekwalificeerd personeel 1 Alle ketels worden gecalibreerd en getest geleverd. Als het toch nodig is wijzigingen door te voeren, voor aanpassing op lokale afwijkingen, dan moet de gasklep opnieuw gecalibreerd worden. 2 3 4 WAARSCHUWING! Verwijder de moer 2, plaats de rode dop op de nippel 3. Plaats de sonde analyse van CO2 in het gat van de dop 4.
Instructies voor de installateur C) SLUITING VAN DE BASIS-KALIBRATIE Volg deze procedure om de andere modules aan te passen. - Controleer de waarden van CO2 aan de minimale en maximale bereik. Als de stroom te lezen is te laag om te controleren of het systeem van vraag en afvoer (in-en uitlaat leidingen) niet geblokkeerd zijn. Indien deze niet verstopt controleren of de brander en / of de warmtewisselaar op vervuiling - Indien nodig zijn voor eventuele aanpassingen.
Instructies voor de installateur SERVICE MODE FUNCTION Voor openen van de regelaar klep draai de draaiknop met de klok mee tot symbol Open de regelaar klep, Draai tegen de klok in INSTALLATIE ALGEMEEN Draai tegen de klok in Na 2 sec is zichtbaar SERVICE Druk om verden te gaan Compare RELAIS TEST Drai met de klok mee Drai met de klok mee SW NO XXXX Drai met de klok mee CASCADE MANU Druk om verden te gaan KETEL 01 - 00% CODENUMMER x 5 keer om de code in te voeren toegang (4 keer 0) 0000 BELA
Instructies voor de installateur 3.31 - OPERATIE VAN NOOD VEILIGHEID I H 1 G2 F E D L C B A BCM BCM De kaart biedt BCM te planten shutdown te voorkomen in de belangrijkste systeem voor het beheer van de centrale is niet in orde.
Instructies voor de installateur 3.32 EERSTE AANSTEKING CONTROLEHANDELINGEN VOOR DE OPSTART De eerst opstart moet worden uitgevoerd door een daartoe opgeleid en bevoegd persoon. Als deze maatregel achterwege wordt gelaten kan, de veiligheid van personen en beschadiging van de apparatuur of andere objecten ontstaan. De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden voor letsel en/of schade. met vergiftigingsgevaar voor personen aanwezig in deze ruimte.
Service schema 4 ONDERHOUD Om de veiligheid en efficiënt gebruik van de ketel te garanderen dringen wij erop aan de ketel regelmatig te controleren en te onderhouden en dat er alleen originele onderdelen worden gebruikt. De wetgeving eist dat er regelmatog onderhoud aan de ketel wordt gepleegd. Als de ketel niet regelmatig wordt gecontroleerd of onderhouden kan er schade aan materiaal en/of personen ontstaan. Daarom adviseren wij u een onderhoudscontract af te sluiten met uw installateur of leverancier.
Service schema Wij adviseren dat het periodieke onderhoud wordt uitgevoerd door daartoe opgeleid en bevoegd personeel in overeenstemming met de geldende normen en wetgeving. De stoffige lucht wordt aangezogen door de luchttoevoer ventilatoren van de ketel, waarna deze in de verbrandingkamer terecht komt, hierdoor zal de rookzijdige weerstand toenemen met als resultaat dat de maximale capaciteit van de ketel zal afnemen. Controleer voor het reinigen van de ketel de ketelbelasting en CO2 percentage (zie 3.
Service schema - Verwijder de gasklep-connector - Laat bij montage ruimte tussen de ventilatoren - Verwijder de ventilator connector - Verwijder de siliconen slang en vervolgens de luchtverzamelkamer.
Service schema • Schroeven items B B A - Verwijder de bouten’’A’’for elk item (Met 13 mm sleutel) - Verwijder de bouten waarmee de gasleiding (rechts en links) - Verwijder de screws’’B’’(met een sleutel, 13 mm / 13 mm sleutel) en verwijder de montageplaat - Verwijder de vier bouten met een dopsleutel 10 mm, en dan de flens gas 53
Service schema D D - Plaats de pennen in de gaten ’’D’’ voor ondersteuning van het branderblok.
Service schema Tweede fase – Reiniging • Verwijder de pakkingen en de branders. • Voer een droge reiniging van de branders uit, door perslucht te blazen vanuit de “vlamzijde”. • Voer een visuele controle uit wat betreft de toestand van de lasnaden van de hoekstalen en van de mazen van de branders.
AG S.P.A. 46033 casteldario - mantova - italia - tel. 0376/57001 (r.a.) - fax 0376/660556 - www.unical.ag - info@unical-ag.com Alle informatie in onze documentatie is zorgvuldig samengesteld en gecontroleerd. Wij zetten ons in om deze informatie voortdurend uit te breiden en bij te werken. Ondanks al onze goede zorgen en aandacht voor kwaliteit kunnen wij echter geen garantie geven dat deze informatie te allen tijde up-to-date en volledig is.
AG S.P.A. 46033 casteldario - mantova - italia - tel. 0376/57001 (r.a.) - fax 0376/660556 www.unical.ag - info@unical-ag.com Alle informatie in onze documentatie is zorgvuldig samengesteld en gecontroleerd. Wij zetten ons in om deze informatie voortdurend uit te breiden en bij te werken. Ondanks al onze goede zorgen en aandacht voor kwaliteit kunnen wij echter geen garantie geven dat deze informatie te allen tijde up-todate en volledig is.