Operation Manual

Nederlands
109
AUTOCOMPUTER
U krijgt afhankelijk van een korte of een lange
druk op de COMPUTER toets twee verschillende
menu's voor het instellen van de
computerparameters.
AUTOCOMPUTER MENU
1- Geef een korte druk op de COMPUTER
toets om naar het AUTOCOMPUTER MENU
te gaan.
2- Gebruik de toetsen
voor het selecte-
ren van een keuze.
3- Gebruik de toetsen voor het instellen
van de keuzewaarde.
4- Druk op ESC voor het invoeren van de
waarde.
Display van de tijd
Gebruik deze functie voor de tijddisplay.
1- Geef een korte druk op COMPUTER.
2- Selecteer TIME met de toetsen
.
3- Gebruik de toetsen voor de display van
de totaal gereden tijd (TOT) of de reistijd
(TRIP).
4- Druk op ESC om het te verlaten.
Display van de temperatuur
Gebruik deze functie voor de display van de
temperatuur.
1- Geef een korte druk op COMPUTER.
2- Selecteer TEMPERATURE met de toetsen
: de set beeldt de buitentemperatuur
af.
3- Druk op ESC om het te verlaten.
Display van het batterijvoltage
Gebruik deze functie om het huidige
batterijvoltage weer te geven (nauwkeurigheid:
0,1 V).
1- Druk kort op COMPUTER.
2- Kies BATTERY met de toetsen
: in het
display wordt het batterijvoltage
weergegeven.
3- Druk op ESC om af te sluiten.
Opmerking : De batterij geeft het voltage bij
de autoradio-ingang weer, niet bij de motor.
Display van de klok
Gebruik deze functie voor de display van het
uur en de minuten van de klok.
1- Geef een korte druk op COMPUTER.
2- Selecteer CLOCK met de toetsen
: de
set beeldt de actuele tijd af.
3- Druk op ESC om het te verlaten.
Display van de snelheid
Gebruik deze functie voor de display van de
actuele snelheid, de gemiddelde snelheid of de
maximum behaalde snelheid.
1- Geef een korte druk op COMPUTER.
2- Selecteer SPEED met de toetsen
.
3- Gebruik de toetsen voor het selecteren
van: CUR (actuele snelheid), AVG (gemid-
delde snelheid) of MAX (maximum be-
haalde snelheid).
4- Druk op ESC voor het invoeren van de
waarde.
Opmerking : U kunt deze functie enkel
gebruiken wanneer het snelheidssignaal
aangesloten en gekalibreerd is (zie SDVC en
Kalibreren van de snelheid op de pagina’s 91
en 95 respectievelijk).
Display van de afstand
1- Druk kort op COMPUTER.
2- Kies DISTANCE met de toetsen .
3- Gebruik de toetsen om de totale
afgelegde afstand (TOT) of de afstand van
de rit (TRIP) weer te geven.
4- Druk op ESC om af te sluiten.
Opmerking : U kunt deze functie enkel
gebruiken wanneer het snelheidssignaal
aangesloten en gekalibreerd is (zie SDVC en
Kalibreren van de snelheid op de pagina’s 91
en 95 respectievelijk).
Overgaan naar het CAR COMPUTER
Init Menu
Gebruik deze functie om naar het Autocom-
puter Init Menu te gaan.
1- Geef een korte druk op COMPUTER.
2- Selecteer COMP. INIT met de toetsen
.
3- Druk op ENTER om naar het Autocom-puter
Init Menu te gaan (zie volgend menu).
AN2001-2L-Neder.pm7 11/20/02, 3:39 PM109