Operation Manual
Berichtselectie
Kiezen van het soort TMC-verkeersberichten dat door het navigatiesysteem moet
worden weergegeven en waarmee de dynamische routeplanning rekening moet
houden.
☞
Kies „Alles kiezen“ of „Alles annuleren“ om alle soorten berichten tegelijkertijd in
of uit te schakelen.
☞
Sla de gewijzigde instellingen op met „Opslaan“.
☞
Druk op de ESC-of de 4-toets om het menu zonder verandering te verlaten.
✎
Dringende verkeersmeldingen (bijv. een spookrijder) kunt u niet annuleren en
worden altijd weergegeven.
Routecriterium
Voor het berekenen van de route kunt u verschillende criteria kiezen:
❑
Snelle: De route wordt op de kortst mogelijke reistijd afgestemd.
Geschikt voor alle situaties.
❑
Korte: De route wordt op de kortst mogelijke afstand afgestemd.
Goed voor stadsritten.
❑
Snelweg: De route wordt op een maximaal gebruik van autosnelwegen afgestemd.
❑
Secundaire wegen: De route wordt op een maximaal gebruik van secundaire wegen
afgestemd. Nuttig wanneer u snelwegen wilt vermijden.
✎
Het symbool van het gekozen routecriterium verschijnt op de onderste statusregel.
Bovendien kunt u ook de volgende routeopties activeren:
❑ Tolwegen vermijden*: Vermijdt wegen waarvoor tol wordt geheven.
❑ Veerdiensten vermijden*: Vermijdt bij de routeplanning het gebruik van veerboten.
❑ Tunnels vermijden*: Vermijdt bij de routeplanning het gebruik van tunnels.
❑ Dynamische route: hiermee activeert/deactiveert u de dynamische routeplanning.
✎
Voor de instellingen voor de dynamische routeplanning verwijzen wij u naar
„Dynamische route“, zie onderstaand.
☞
Sla de veranderde instellingen op met „Terug“.
☞
Druk op de ESC-of de 4-toets om het menu zonder verandering te verlaten.
* De beschikbaarheid van deze functies is afhankelijk van de gebruikte kaartgegevens.
Wanneer een route niet zonder de geselecteerde uitzonderingen kan worden
gepland, kunnen ook tolwegen, veerverbindingen en tunnels voor het plannen van de
route worden gebruikt.
Instellingen
33