Operation Manual

Coördinaten
u
Kies “Bestemmingskaart” onder “Navigatie”. De landkaart met
het vizier verschijnt. Druk op de OK-toets.
u
Kies “Coördinaten” en druk op de OK-toets.
u
Kies “Lengtegraad” of “Breedtegraad”, druk op de OK-toets.
u
Elke positie wordt nu met de cursortoetsen  van de
afstandsbediening vastgelegd en met OK bevestigd. Als u een
positie wilt overslaan, drukt u op de OK-toets.
u
Kies “Coördinaten instellen”, druk op de OK-toets.
u
Voor het starten van de navigatie drukt u op de OK-toets, kiest u
“Terug”, kiest u “Begeleiding” en drukt u opnieuw op de
OK-toets.
Viapunten (tussenstops)
Wanneer u onderweg naar het ingevoerde bestemmingsadres nog meer
plaatsen wilt bezoeken, kunt u deze als viapunten invoeren. Het
navigatiesysteem plant een zodanige route dat de viapunten in de
opgegeven volgorde worden bezocht voordat het bestemmingsadres
wordt bereikt. Wanneer u een viapunt bent gepasseerd, wordt dit
automatisch van de lijst met viapunten geschrapt. Er kunnen maximaal
25 viapunten worden opgeslagen.
u
Kies in het menu ”Navigatie” de optie ”Viapunten”. Druk op de
OK-toets.
De viapunten kunt u net als de bestemmingsadressen invoeren (zie
eerdere paragrafen). Via “Terug” komt u weer in het menu “Navigatie”.
Bij een actief viapunt verwijst alle route-info, zoals bijv. afstand en
reistijd, naar het desbetreffende viapunt.
34
NAVIGATIE