Installation Instructions
Koudwaterinstallatie Vitodens 343-F
A Warm water
B Circulatiepomp
C Terugslagklep, onder veerdruk
D Hydraulisch aansluitveld (bovenaanzicht)
E Veilighei dsklep
F Zichtbare uitloop van de afblaasleiding
G Debietregelklep
H Manometeraansluiting
K Aftapklep
L Afsluitkraan
M Koud water
N Tapwaterfilter
O Drukreduceerklep
P Terugstroomblokkering/bui sscheider
&
Bij t apwatertemperaturen > 60 °C moet een bescherming tegen
verbranden worden aangebracht.
&
Circulatieleiding door install ateur laten uitrusten met circulatie-
pomp en terugslagklep.
Veiligheidsklep
De vei ligheidsklep moet worden gemonteerd.
Wij adviseren de veiligheidsklep boven de boiler te monteren.
Hierdoor wordt de klep tegen verontreiniging, verkalking en hoge
temperatuur beschermd. Bij werkzaamheden aan de veiligheids-
klep hoeft de warmwaterboiler bovendien niet te worden afgetapt.
Tapw aterfilter
Volgens EN1717 moet bij installaties met metalen l eidingen een
tapwaterfilter worden gemonteerd. Ook bij ku nststofleidingen
moet vol gens EN 1717 en op ons advies een tapwaterfilter worden
gemonteerd zodat geen verontreinigingen in d e tapwaterinstall a-
tie kunnen binnendringen.
Circulatie
Circulatieleidingen verhogen het warmwatercomfort en verlagen
het waterverbrui k.
Deze voordelen vloeien voort uit de onmiddel lijke beschikbaar-
heid van warm water bij de verbruiker.
Slechte warmte-isolatie van de circulatieleiding kan echter tot een
aanzienlijk warmteverlies leiden.
Wij adviseren vanaf een kabellengte van 7meen circulatie met
effectieve isolatie volgens de wetgeving inzake energiebesparing
te plannen.
De ci rculatieleiding moet volgens de wetgevi ng inzake energiebe-
sparing naast de circulatiepomp en terugslagklep een tijdschakel-
klok voor uitschakeling van de circu latie tijdens de nacht hebben.
Vitodens 333-F
De vol umestroom van de circulatiepomp van de installateur mag
1,5 l/min niet overschrijden.
Vitodens 333-F, type WS3C: circulatie zonder aansluitset circula-
tiepomp
KW Koud water
WW Warm wate r
Z Circulatie
5819 431 NL
38 VIESMANN VITODENS
Ontwerphandleiding (vervolg)
5