Installation Instructions

11
11. Circulatiepomp ontluchten. Hand-
matige werking instellen.
Ontluchter aan de luchtafschei-
der
E
openen.
Circulatiepomp zo lang laten
draaien, tot de vlotter van de
debietindicatie bij draaiende pomp
een constante stand inneemt.
2
4
6
8
10
12
L/min
Opmerking
Wanneer zich lucht in het systeem
bevindt, pendelt de vlotter.
12.
Afsluitklep B sluiten: Kogelkranen
(thermometer) verticaal zetten.
Eerste inbedrijfstelling, inspectie, onderhoud
Aanvullende info over de stappen
(vervolg)
5604 537 NL