Installation Instructions

74
!
Opgelet
Ondeskundige installatie kan
schade aan de collectoren ver-
oorzaken.
Voor de installatie rood messing
fittingen, messing fittingen en
koperen leiding gebruiken.
Collectoren niet betreden!
In de buurt van de collector en
aan de collector niet solderen!
Leidingen zo leggen dat een volledige
ontluchting wordt gegarandeerd. Op
een toegankelijke plaats een luchtaf-
scheider in de leidingen monteren.
Opmerking
In de Solar-Divicon is een luchtaf-
scheider in de aanvoerkabel geïnte-
greerd (zie afbeelding).
In de regel worden koperen leidingen
in solarcircuit hard gesoldeerd of
geperst.
Zacht soldeer kan, in het bijzonder in
de buurt van de collector, op grond van
de maximaal optredende temperatu-
ren zwak worden. Het best geschikt
zijn metaal dichtende verbindingen,
knelkoppelingen of Viessmann-steek-
verbindingen met dubbele O-ringen.
Indien andere afdichtingen worden
gebruikt, bijvoorbeeld platte pakkin-
gen, moet een voldoende glycol-,
druk- en temperatuurbestendigheid
door de fabrikant worden gegaran-
deerd.
Verbindingen druk- en temperatuurbe-
stendig uitvoeren (maximale stil-
standstemperatuur van de collector in
acht nemen).
Niet gebruiken:
teflon (ontbrekende glycolbesten-
digheid)
hennepverbindingen (niet vol-
doende gasdicht)
Installatie volgens EN 12975 met
expansievat, veiligheidsklep en circu-
latiepomp uitrusten.
Het expansievat moet volgens DIN
4807 toegelaten zijn.
Membranen en afdichtingen van het
expansievat en de veiligheidsklep
moeten voor het warmte-overdrachts-
media geschikt zijn.
Berekening van de voordruk
zie servicehandlei-
ding ”Vitosol”.
Bij werking zonder Solar-Divicon uit-
sluitend veiligheidskleppen gebruiken
die voor 120 °C en maximaal 6 bar zijn
ontworpen en het kenmerk ”S” (solar)
als onderdeelidentificatie hebben.
Installatie
5772 885 NL