Operation Manual
25
Oorzaak Oplossing
De verwarmingsinstallatie is uitgescha-
keld.
■
Schakel de netschakelaar ” ” in (zie
afbeelding pagina 10).
■ Schakel de hoofdschakelaar in, indien
aanwezig (buiten de stookruimte).
■ Schakel de zekering in de stroomkring
(groepenkast) in.
Regeling of kamerthermostaat is ver-
keerd ingesteld.
Controleer en corrigeer eventueel de in-
stellingen:
■ ” ”moet ingeschakeld zijn (zie pa-
gina 13)
■ ruimtetemperatuur of ketelwatertempe-
ratuur (zie pagina 13)
■ Tijdprogramma
Bedieningshandleiding kamer-
thermostaat
Alleen bij werking met warmwaterberei-
ding:
voorrang van de warmwaterbereiding is
actief (” ” op het display).
Wacht tot de warmwaterboiler is opge-
warmd (indicatie ” ” gaat uit).
Bij werking met een doorstroomelement
beëindigt u de warmwaterafname.
Geen brandstof. Bij propaan:
Controleer de brandstofvoorraad en be-
stel evt. bij.
Bij aardgas:
Open de gasafsluitkraan. Vraag na bij uw
gasbedrijf.
Symbool ” ” wordt in het display ge-
toond.
Druk op de toets ”R” (zie afbeelding op
pagina 10).
Bevestig de storingsmelding met OK (zie
pagina 22).
Deel bij een nieuwe storing de storings-
code mee aan uw verwarmingsfirma.
Symbool ” ” wordt in het display ge-
toond.
Deel de storingscode mee aan uw ver-
warmingsfirma.
Bevestig de storingsmelding met OK (zie
pagina 22).
Wat doen?
Ruimten te koud
5589 683 NL