Operation Manual
6
De eerste inbedrijfstelling en aanpassing
van de regeling aan de plaatselijke en
bouwkundige situatie evenals de instruc-
tie van de bediening moeten door uw
installateur worden uitgevoerd.
De installateur verstrekt informatie over
uit te voeren werkzaamheden aan uw
stookinstallatie (bijv. regelmatige
meting, reiniging).
Uw verwarmingsinstallatie is vooraf ingesteld
De regeling is in de fabriek op ” ”
ingesteld voor ruimteverwarming en
warmwaterbereiding.
Uw CV-installatie is daarmee klaar voor
gebruik:
Ruimteverwarming
■ De ruimten worden verwarmd volgens
de instellingen op uw regeling en uw
kamerthermostaat.
■ Uw installateur kan bij de eerste inbe-
drijfstelling meer instellingen voor u
invoeren.
U kunt alle instellingen steeds indivi-
dueel volgens uw wensen wijzigen (zie
hoofdstuk ”Ruimteverwarming”).
Warmwaterbereiding
■ Het tapwater wordt tot 50 °C ver-
warmd.
■ Uw installateur kan bij de eerste inbe-
drijfstelling meer instellingen voor u
invoeren.
U kunt alle instellingen steeds indivi-
dueel volgens uw wensen wijzigen (zie
hoofdstuk ”Warmwaterbereiding”).
Vorstbescherming
■ De vorstbescherming van uw CV-ketel
en warmwaterboiler is gegarandeerd.
Stroomuitval
■ Bij stroomuitval blijven alle gegevens
behouden.
Vaktermen
Om de functies van uw regeling beter te
begrijpen, vindt u in de appendix het
hoofdstuk ”Begripsverklaringen” (zie
pagina 31).
Eerst informeren
Eerste inbedrijfstelling
5589 683 NL