User Guide

33
Probleemoplossing
Deze sece beschrij enkele algemene problemen die u kunt ondervinden bij het
gebruik van de monitor.
Probleem Mogelijke oplossingen
Geen stroom Zorg dat u de monitor hebt ingeschakeld door op de
Aan/uit-knop te drukken.
Controleer of de voedingskabel correct is aangesloten
op de monitor en het stopcontact.
Sluit een ander elektrisch apparaat aan op het
stopcontact om te controleren of het stopcontact
stroom levert.
De voeding is aan
maar er verschijnt
geen beeld op het
scherm
Controleer of de videokabel tussen de monitor en de
computer goed en stevig is aangesloten.
Pas de helderheid- en contrasnstellingen aan.
Controleer of de juiste ingangsbron is geselecteerd.
Verkeerde of
abnormale kleuren
Als er een kleur (rood, groen of blauw) ontbreekt,
controleer dan of de videokabel correct en stevig
is aangesloten. Losse of gebroken pinnen in de
kabelaansluing kunnen een slechte verbinding
veroorzaken.
Sluit de monitor aan op een andere computer.
Als u een oudere grasche kaart hebt, neem dan
contact op met ViewSonic® voor een niet-DDC-adapter.
Het beeld op het
scherm is te helder of
te donker
Pas de helderheids- en contrasnstellingen aan via het
OSD-menu.
Stel de monitor opnieuw in naar de fabrieksinstellingen.
Schermbeeld schakelt
in en uit
Controleer of de juiste ingangsbron is geselecteerd.
Controleer of de aansluing van de videokabel geen
verbogen of gebroken pinnen bevat.
Controleer of de videokabel tussen de monitor en de
computer goed en stevig is aangesloten.
Het schermbeeld is
wazig
Pas de resolue aan naar de juiste beeldverhouding.
Stel de monitor opnieuw in naar de fabrieksinstellingen.
Het scherm is niet
correct gecentreerd.
Pas de horizontale en vercale besturingselementen
aan via het OSD-menu.
Controleer de beeldverhouding.
Stel de monitor opnieuw in naar de fabrieksinstellingen.
Het scherm ziet er
geel uit.
Controleer of “Blue Light Filter” (Blauwlichilter) op O
(Uit) staat.