Operation Manual

0478 403 9901 C - NL
94
Transportonderstel uitklappen.
(Ö 11.4)
Bovenstuk duwstang in de hoogste
stand zetten. (Ö 11.2)
Motorhak op een vlakke effen en vaste
ondergrond plaatsen.
Apparaat naar achter kantelen, totdat
de duwstang de bodem raakt.
Aanwijzingen voor het reinigen:
Vervuiling en aangekoekte resten met
een borstel, met een vochtige doek of
met een houtstaaf verwijderen –
gebruik geen agressieve
reinigingsmiddelen. VIKING raadt aan
een speciaal reinigingsmiddel te
gebruiken (bijv. STIHL speciale
reiniger).
Richt waterstralen nooit op de
duwstang, onderdelen van de
verbrandingsmotor, pakkingen en
lagers. Dit kan leiden tot dure
reparaties.
Verbrandingsmotor:
koelvinnen, het ventilatorwiel, de zone
rondom de luchtfilter, de uitlaat enz. van
vuil bevrijden opdat een voldoende
koeling van de verbrandingsmotor
gegarandeerd kan worden.
transmissiebehuizing, onderstel en
hakwerktuig mogen met behulp van
een waterstraal of een
hogedrukreiniger worden gereinigd.
12.3 Verbrandingsmotor
Onderhoudsinterval:
Voor elk gebruik
Motoroliepeil controleren (zie
gebruiksaanwijzing verbrandingsmotor).
Neem de gebruiks- en
onderhoudsinstructies in de bijgevoegde
gebruiksaanwijzing onder het punt van de
verbrandingsmotor in acht.
12.4 Service-intervallen
Onderhoud door de VIKING
vakhandelaar:
Bij privaatgebruik jaarlijks
De motorhak moet elk jaar door een
vakhandelaar worden onderhouden.
VIKING beveelt de VIKING vakhandelaar
aan.
Onderhoud door de gebruiker:
Voor elke inbedrijfstelling
Motoroliepeil controleren (zie
gebruiksaanwijzing verbrandingsmotor)
Na elk gebruik
het apparaat reinigen. (Ö 12.2)
12.5 Opslag en stilleggen
(winterpauze)
Motorhak in normale toestand
(uitgeklapt transportloopwerk) opslaan.
Om ruimte te besparen raden wij aan,
zoals afgebeeld, de duwstang naar achter
te klappen.
Apparaat in een droge, afgesloten,
stofvrije ruimte opslaan. Bewaar het
apparaat altijd buiten het bereik van
kinderen.
Eventuele storingen moeten in de regel
voor het opbergen worden verholpen. Het
apparaat moet steeds gebruiksklaar zijn.
Zorg ervoor dat alle moeren, bouten en
schroeven vast zijn aangedraaid,
vernieuw onleesbaar geworden
waarschuwingsaanwijzingen op het
apparaat, controleer de gehele machine
op slijtage en beschadigingen. Vervang
versleten en beschadigde onderdelen.
Neem bij een langere stilstand van het
apparaat (winterpauze) bijkomend de
volgende punten in acht:
Maak alle onderdelen aan de
buitenkant van het apparaat zorgvuldig
schoon.
Ledig de brandstoftank en de
carburator.
Schade aan het apparaat
vermijden!
Bij gebruik van een
hogedrukreiniger een afstand van
minstens 1 m aanhouden en de
waterstraal nooit direct op lagers,
aandrijfas en dichtingen richten –
en zeker niet op de dichting tussen
de transmissiebehuizing en de
beschermplaat.
Kans op kantelen!
De motorhak kan naar voren
kantelen, wanneer de stervormige
hakmessen in een ongunstige
stand staan. Controleer daarom
steeds of de motorhak stevig staat.
Stervormige hakmessen zo nodig
iets verdraaien, zodat het geheel
minder topzwaar wordt, Anders
motorhak bij de opslag bij de
handgreep ondersteunen.
30