User manual

181
a) Functiemenu openen
Druk op de OMLAAG (6) knop om het functiemenu te openen. De laatst
opgenomen meting, logger-ID en de geselecteerde start-/stopmodus tijdens
de conguratie verschijnen op volgorde door herhaaldelijk op de OMLAAG
knop te drukken.
b) Opname starten
De opname start naargelang de conguratie-instelling
“STARTVOORWAARDE VAN OPNAME”.
Als de datalogger de opname start, verschijnt “ ” op het LCD-
beeldscherm.
“P” geeft aan dat de datalogger klaar is om op te nemen en verdwijnt
eenmaal de datalogger aan het opnemen is.
c) Opname stoppen
De opname stopt naargelang de conguratie-instelling “STOPWIJZE”.
Als de stopwijze “GEEN” werd geselecteerd, dan stopt de opname
naargelang de instelling “STARTVOORWAARDE VAN OPNAME”.
Als de datalogger de opname stopt, verschijnt “ ” op het LCD-
beeldscherm.
d) De resterende tijd tot de start/einde van opname tonen
Druk op de OMLAAG (6) knop om het functiemenu te openen.
Druk herhaaldelijk op de OMLAAG knop totdat “TIJDSTART” en/of
“TIJDSTOP” en de resterende tijd (in uur/minuten of dagen) in het LCD-
beeldscherm worden weergegeven.
Een tijdsduur korter dan 24 uur wordt in de UU:MM-notatie
weergegeven. Als de resterende tijd langer dan 24uur is, wordt de duur
in dagen “ ” weergeven.