Operation Manual

05 Comfort en rijplezier
Klimaatregeling
05
228
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
Luchtverdeling
Luchtverdeling - ontwaseming voorruit
Luchtverdeling - blaasmond dashboard
Luchtverdeling - ventilatie vloer
De gestileerde menselijke gedaante op de
nevenstaande afbeelding bestaat uit drie
knoppen. Bij bediening van de knoppen gaat
op het beeldscherm het desbetreffende
gedeelte van de gestiliseerde menselijke
gedaante (zie onderstaande afbeelding) bran-
den samen met een pijl vóór dit gedeelte om
aan te geven welke luchtverdelingsstand er
gekozen is. Voor meer informatie over de lucht-
verdeling, zie pagina 230.
Het beeldscherm van de middenconsole geeft de
gekozen luchtverdelingsstand aan.
AUTO
1
De functie AUTO regelt auto-
matisch de temperatuur, de
airconditioning, de ventilator-
snelheid, de recirculatie en de
luchtverdeling.
Als u een of meer handmatige functies selec-
teert, worden de overige functies nog steeds
automatisch geregeld. Alle handmatige instel-
lingen worden uitgeschakeld, wanneer u op de
knop AUTO drukt. Op het beeldscherm ver-
schijnt
AUTO-KLIMAAT.
U kunt de ventilatorsnelheid in de automati-
sche stand instellen in het menusysteem MY
CAR onder Instellingen
Klimaatinstellingen Autom.
ventilatorinstellingen. Kies uit
Laag,
Normaal of Hoog :
Laag - Automatische ventilatorregeling.
Geringe luchtstroom geniet de prioriteit.
Normaal - Automatische ventilatorrege-
ling.
Hoog - Automatische ventilatorregeling.
Grotere luchtstroom geniet de prioriteit.
Voor een beschrijving van het menusysteem,
zie pagina 214.
Temperatuurregeling
Met deze knop kunt u de tem-
peratuur instellen. Bij ECC* is
de temperatuur aan bestuur-
derszijde en die aan passa-
gierszijde apart te in te stellen.
Bij het starten van de motor
wordt de laatst verrichte instelling hervat.
1
Geldt alleen voor ECC.