Operation Manual
02 Sloten en alarm
Vergrendelen/ontgrendelen
02
60
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
Bij lang indrukken (ten minste 4 seconden)
worden alle zijruiten* tegelijkertijd geopend.
•
Trek eenmaal aan de openingshandgreep
en laat deze vervolgens los – het portier is
ontgrendeld. Wanneer u nogmaals aan de
handgreep trekt wordt het portier
geopend.
Vergrendelen
•
Druk nadat u de voorportieren hebt geslo-
ten op de knop voor de centrale vergren-
deling
.
Bij lang indrukken (ten minste 2 seconden)
worden alle zijruiten en het schuifdak* tegelij-
kertijd gesloten.
Alle portieren zijn ook afzonderlijk te vergren-
delen met hun vergrendelingsknop – het portier
moet uiteraard dichtstaan.
Doorluchtfunctie
Bij lang indrukken van de knop voor centrale
vergrendeling
(ten minste 4 seconden)
worden alle zijruiten tegelijkertijd geopend –
om bijvoorbeeld bij warm weer snel voor frisse
lucht in de auto te zorgen.
Automatische vergrendeling
Bij het wegrijden worden de portieren en de
achterklep automatisch vergrendeld.
De functie is te activeren/deactiveren in het
menusysteem MY CAR onder Instellingen
Auto-instellingen Slotinstellingen
Automatische vergrendeling. Voor een
beschrijving van het menusysteem, zie
pagina 213.
Dashboardkastje
Het dashboardkastje valt alleen te vergrende-
len/ontgrendelen met het afneembare sleutel-
blad van de transpondersleutel. Voor informa-
tie over het sleutelblad, zie pagina 50.
Dashboardkastje vergrendelen:
Duw het sleutelblad in de slotcilinder van
het dashboardkastje.
Draai het sleutelblad 90 graden rechtsom.
Het sleutelgat staat horizontaal wanneer
het kastje vergrendeld is.
Neem het sleutelblad uit.
•
Houd voor het ontgrendelen de omge-
keerde volgorde aan.
Voor meer informatie over Privacy locking, zie
pagina 52.
Achterklep
Ontgrendelen met transpondersleutel
Met de toets op de transpondersleutel is
het mogelijk om de alarmfunctie voor de ach-
terklep te deactiveren* zodat u de achterklep
apart kunt ontgrendelen.
Bij auto’s met alarm* dooft de alarmindicatie op
het instrumentenpaneel om aan te geven dat
niet alle onderdelen van de auto beveiligd zijn.
De niveausensoren en bewegingsmelders als-










