Operation Manual

||
DISPLAYS EN STEMBEDIENING
98
Instellingen voor tijd en datum
Kies Instellingen Systeem Datum en
tijd
op het hoofdscherm van het middendis-
play om de instellingen voor tijd- en datum-
formaat te wijzigen.
Stel de tijd en datum in door op de pijlen
omhoog of omlaag op het touchscreen te
drukken.
Automatische tijd voor auto's met gps
Bij een auto met navigatiesysteem kunt u
Automatische tijd kiezen. De tijdzone wordt dan
automatisch ingesteld aan de hand van waar de
auto zich bevindt. Voor een bepaald type naviga-
tiesysteem moet ook de huidige locatie (land)
worden ingesteld om de juiste tijdzone te krijgen.
Als Automatische tijd niet is gekozen, stelt u
tijd en datum met de pijlen omhoog of omlaag op
het touchscreen.
Zomertijd
In sommige landen kan automatische instelling
van de zomertijd worden geselecteerd met
Auto.
Voor alle overige landen kan de zomertijd worden
ingesteld met Aan of Uit.
Gerelateerde informatie
Bestuurdersdisplay (p. 88)
Instellingen wijzigen op middendisplay
(p. 138)
Buitentemperatuurmeter
De buitentemperatuurmeter staat aangegeven
op het bestuurdersdisplay.
Een sensor registreert de temperatuur buiten de
auto.
Positie van de buitentemperatuurmeter bij een 12 inch
en een 8 inch bestuurdersdisplay.
Als de auto geparkeerd heeft gestaan, is het
mogelijk dat de meter een te hoge temperatuur
aangeeft.
Wanneer de buitentemperatuur in het gebied –5
tot +2 °C (23 tot 36 °F) ligt, brandt er ook een
sneeuwvloksymbool op het bestuurdersdisplay,
dat voor slipgevaar waarschuwt.
Het sneeuwvloksymbool gaat ook tijdelijk bran-
den op het head-updisplay, als de auto daarmee
is uitgerust.
Wijzig de eenheid voor o.a. de temperatuurmeter
via systeeminstellingen op het hoofdscherm van
het middendisplay.
Gerelateerde informatie
Bestuurdersdisplay (p. 88)
Systeemeenheden wijzigen (p. 136)