Operation Manual

STARTEN EN RIJDEN
}}
* Optie/accessoire.
455
Niveau Functies
0
Kilometerteller, klok en tempera-
tuurmeter worden verlicht
A
.
Elektrisch bedienbare stoelen*
zijn te verstellen.
Elektrisch bedienbare ruiten zijn
te gebruiken.
Middendisplay wordt ingescha-
keld en is te gebruiken
A
.
Het infotainmentsysteem is te
gebruiken
A
.
De functies zijn in deze contactslot-
stand tijdsgestuurd en worden na
een poosje automatisch uitgescha-
keld.
I
Panoramadak, elektrisch bedien-
bare ruiten, 12V-aansluitingen in
passagiersruimte, Bluetooth,
navigatie, telefoon, interieurventi-
lator en ruitenwissers zijn te
gebruiken.
Elektrisch bedienbare stoelen
zijn te verstellen.
12V-aansluiting in bagageruimte
is te gebruiken.
In deze contactslotstand is het
stroomverbruik belastend voor de
accu.
Niveau Functies
II
De koplampen worden ontsto-
ken.
Waarschuwings-/controlelamp-
jes branden 5 seconden lang.
Meerdere andere systemen wor-
den geactiveerd. De stoelverwar-
ming en achterruitverwarming
zijn echter pas te activeren na
het starten van de auto.
Deze contactslotstand vergt veel
stroom van de accu en moet
daarom worden vermeden!
A
Ook geactiveerd bij opening van het portier.
Gerelateerde informatie
Motor starten (p. 452)
Stuurwiel instellen (p. 204)
Starthulp met andere accu (p. 499)
Contactslotstand kiezen (p. 455)
Contactslotstand kiezen
Het elektrische systeem van de auto is in ver-
schillende standen te zetten voor gebruik van
verschillende autosystemen.
Contactslotstand kiezen
De startknop op de tunnelconsole.
Contactslotstand 0 - Vergrendel de auto en
bewaar de transpondersleutel binnen in de
auto.
N.B.
Om stand I of II te realiseren zonder dat de
motor wordt gestart moet u bij het selecteren
van deze contactslotstanden het rempedaal
of bij een auto met een handbak het koppe-
lingspedaal niet bedienen.
Contactslotstand I - Draai de startknop
rechtsom en laat de knop weer los. De knop