Operation Manual

STARTEN EN RIJDEN
487
Rijden
Activeer voor het laagste energieverbruik rij-
modus Pure.
Rijd met gelijkmatige snelheid en met voor-
uitziende blik om zo weinig mogelijk te hoe-
ven remmen. Een dergelijke rijstijl levert het
laagste stroomverbruik op.
Balanceer de vermogensbehoefte met het
gaspedaal. Raadpleeg de indicatie voor het
beschikbare vermogen van de elektromotor
om te voorkomen dat de verbrandingsmotor
onnodig aanslaat. De elektromotor is effi-
ciënter dan verbrandingsmotor, vooral bij lage
snelheden.
Als u moet afremmen – rem dan voorzichtig
met het rempedaal, zodat de hybride-accu
wordt bijgeladen. In het rempedaal is een
regeneratieve remfunctie ingebouwd die te
versterken is met de elektrische motorrem in
schakelstand B.
Bij hoge snelheden neemt het stroomver-
bruik toe - de luchtweerstand neemt toe
naarmate de snelheid stijgt.
Activeer de functie
Hold in het functie-
scherm bij hogere snelheden tijdens ritten
die langer duren dan de elektromotor aan-
kan.
Gebruik
Charge niet voor oplading van de
hybride-accu. Opladen via de verbrandings-
motor zorgt voor een verhoging van het
brandstofverbruik en de uitstoot van kooldio-
xide.
Beperk bij koud weer zo mogelijk de elektri-
sche verwarming van ruiten, spiegels, stoelen
en stuurwiel.
Houd de juiste bandenspanning aan en con-
troleer regelmatig of dat nog steeds zo is -
houd voor de beste resultaten de zoge-
noemde ECO -bandenspanning aan.
De bandenkeuze is mogelijk van invloed op
het energieverbruik - informeer bij uw dealer
naar passende banden.
Neem geen spullen in de auto mee die u niet
gebruikt - hoe groter de belading, hoe hoger
het verbruik.
Lading op het dak en het gebruik van een
dakbox resulteren in een grotere luchtweer-
stand waardoor het verbruik toeneemt - ver-
wijder lastdragers die u niet gebruikt.
Rijd niet met open zijruiten.
Houd de auto niet stil op een helling door
het gaspedaal te bedienen. Gebruik in plaats
daarvan het rempedaal.
Gerelateerde informatie
Drive-E - schoner rijplezier (p. 32)
Factoren die van invloed zijn op de actiera-
dius bij ritten op stroom (p. 488)
Elektrisch rijden (p. 488)
Hybridemeter (p. 91)
Bandenspanning controleren (p. 580)