Operation Manual
||
VEILIGHEID
* Optie/accessoire.
68
N.B.
Laat een kinderzitje nooit los in de auto lig-
gen. Bevestig het altijd volgens de instructies
voor het kinderzitje, ook als u het niet
gebruikt.
Op voorstoel monteren
•
Controleer bij montage van tegen de rijrich-
ting in geplaatste kinderzitjes of de passa-
giersairbag gedeactiveerd is.
•
Controleer bij montage van in de rijrichting
geplaatste kinderzitjes of de passagiersair-
bag geactiveerd is.
•
Gebruik alleen door Volvo geadviseerde kin-
derzitjes met een universele of semi-univer-
sele goedkeuring waarbij uw auto op de lijst
van compatibele auto's staat.
•
ISOFIX-kinderzitjes zijn alleen te monteren,
wanneer de auto is uitgerust met een
ISOFIX-console
2
(accessoire).
•
Als het kinderzitje voorzien is van onderste
bevestigingsbanden, adviseert Volvo u om
deze aan de onderste bevestigingspunten
vast te zetten
2
.
•
Om de montage van kinderzitjes te vereen-
voudigen kunt u gebruikmaken van een
ISOFIX-geleider.
Op tweede zitrij monteren
WAARSCHUWING
Het is niet toegestaan om kinderzitjes met
steunbenen op de middelste zitplaats te mon-
teren, omdat daaraan mogelijk risico's kleven.
•
Gebruik alleen door Volvo geadviseerde kin-
derzitjes met een universele of semi-univer-
sele goedkeuring
3
waarbij uw auto op de lijst
van compatibele auto's staat.
•
De buitenste zitplaatsen zijn uitgerust met
ISOFIX-systeem en goedgekeurd voor i-
Size
4
.
•
De buitenste zitplaatsen zijn uitgerust met
bevestigingspunten bovenaan. Volvo advi-
seert u om de bovenste bevestigingsbanden
door de hoofdsteunopening te halen alvo-
rens ze vast te zetten aan de bevestigings-
punten. Volg de adviezen van de producent
van het kinderzitje op, als dit niet mogelijk is.
•
Bij auto's moet een derde zitrij* moet u de
tweede zitrij eerst zo ver mogelijk naar ach-
teren schuiven. Als u echter ook een kinder-
zitje op de derde zitrij gebruikt, kunt u afwij-
ken van het voorgaande. Controleer in dat
geval altijd of het kinderzitje volgens de
instructies van de producent gemonteerd is.
•
Verstel na het vastzetten van eventuele
onderste bevestigingsbanden van een kin-
derzitje in de onderste bevestigingspunten
de desbetreffende stoel niet meer. Vergeet
niet om bij het demonteren van een kinder-
zitje ook altijd eventuele onderste bevesti-
gingsbanden te verwijderen.
•
Maak bij montage van een kinderzitje geen
gebruik van een ISOFIX-geleider.
Op derde zitrij monteren*
•
Gebruik alleen door Volvo geadviseerde kin-
derzitjes met een universele of semi-univer-
sele goedkeuring waarbij uw auto op de lijst
van compatibele auto's staat.
•
Het is niet toegestaan om kinderzitjes met
steunbenen op de derde zitrij te monteren.
•
Schuif de tweede zitrij zo nodig naar voren
om voldoende ruimte te creëren. Controleer
bij gelijktijdig gebruik van een kinderzitje op
de tweede zitrij of dit kinderzitje nog steeds
volgens de instructies van de producent vast-
zit.
Gerelateerde informatie
•
Positie van kinderzitje (p. 66)
•
Plaatsingstabel voor kinderzitjes die de vei-
ligheidsgordel in de auto gebruiken (p. 70)
2
Het aanbod aan accessoires verschilt per markt.
3
Geldt niet voor de middelste zitplaats.
4
Verschilt per markt.