Operation Manual
Inhoud Index
Inhoud
31
Index
31
WERKEN MET DE PENKNOPPEN
De pen heeft twee knoppen. Elke knop heeft een programmeerbare functie die wordt geselecteerd als u op
de knop drukt. U kunt een penknop gebruiken wanneer de penpunt zich op minder dan 7 mm van het
actieve gebied van het tablet bevindt. U hoeft het tablet niet met de penpunt aan te raken om een penknop
te kunnen gebruiken.
Raadpleeg de functies van de penknoppen instellen
als u andere knopfuncties wilt toekennen.
De standaardknopposities zijn:
Tip
: stel een penknop in op DUBBELKLIKKEN. Dit is eenvoudiger dan twee
keer tikken met de penpunt.
Boven: R
ECHTSKLIKKEN
Onder: PANNEN/BLADEREN
Met PANNEN/BLADEREN kunt u een document of
afbeelding in elke richting binnen het actieve
venster positioneren als u de penknop indrukt
en de penpunt over het actieve gebied van het
tablet beweegt. Als u de penpunt beweegt,
wordt het document of de afbeelding verplaatst
in de richting van de penbeweging op het tablet.
Laat de penknop los of neem de penpunt van
het tabletoppervlak als u klaar bent.
In bepaalde toepassingsvensters zal het
document bij het bewegen van de penpunt
precies de schermcursor volgen, terwijl het
document in andere toepassingen in dezelfde
globale richting als de schermcursor beweegt.
Met
RECHTSKLIKKEN kunt u toepassingsspecifieke
of pictogramspecifieke menu's weergeven.