Operation Manual
34
34
Index
Inhoud
Index
Inhoud
• Toetsaanslag... Hiermee kunt u toetsaanslagen simuleren. Als u deze optie selecteert, wordt het
dialoogvenster T
OETSAANSLAG DEFINIËREN geopend. In dit venster kunt u de toetsaanslag of de reeks
toetsaanslagen opgeven die u wilt simuleren.
U kunt een toetsaanslag of een toetscombinatie
handmatig invoeren in het invoerveld voor
TOETSAANSLAGEN. Toetsaanslagcombinaties
kunnen bestaan uit letters, cijfers, functietoetsen
(zoals F3) en modificatietoetsen (zoals SHIFT,
ALT of CTRL voor Windows en SHIFT, OPTION,
COMMAND en CTRL voor Macintosh).
U kunt ook speciale toetsaanslagen of
combinaties van toetsaanslagen selecteren via
het vervolgkeuzemenu SPECIFIEKE
INSTELLINGEN. Wanneer u een keuze hebt
gemaakt, wordt deze toegevoegd aan het
invoerveld voor TOETSAANSLAGEN.
Nadat u een reeks toetsaanslagen hebt
opgegeven, klikt u op OK.
Belangrijk: omdat u de ENTER-toets
(Windows) en de RETURN-toets
(Macintosh) kunt definiëren als
toetsaanslag, kunt u deze toetsen niet
gebruiken om OK te selecteren. U moet
het Intuos3-apparaat gebruiken om op
OK te klikken.
Voer de naam van de toetsaanslagdefinitie in
wanneer u hierom wordt gevraagd. De naam
wordt weergegeven bij de desbetreffende knop
of in de lijst van het pop-upmenu, al naar gelang
wat van toepassing is.
U kunt ook verschillende toetsaanslagfuncties
maken voor verschillende toepassingen. Zie
Werken met toepassingsspecifieke instellingen
voor meer informatie.
Wist het invoerveld
voor toetsaanslagen.
Verwijdert alleen de laatste
vermelding in het
invoerveld voor
toetsaanslagen.