Operation Manual

64
DE GEWENSTE EXTRA FUNCTIE KIEZEN
(Afhankelijk van het model, zie ook de aparte
programmatabel).
Verminderen van de centrifugeersnelheid
Modellen zonder keuze voor de
centrifugeersnelheid: druk op deze toets om
de vooraf ingestelde, automatische max.
centrifugeersnelheid te verminderen.
Tijdens het programma voor Zijde wordt
niet gecentrifugeerd.
Voorwas
Niet mogelijk in combinatie met de extra
functie Snel wasprogramma en de korte
programmas.
Deze functie alleen gebruiken voor zeer vuil
wasgoed.
Programmas met voorwas duren ongeveer
15 minuten langer.
Spoelstop
Het wasgoed blijft in het laatste spoelwater
liggen zonder gecentrifugeerd te worden om
kreukvorming te voorkomen.
Met name geschikt voor de programmas voor
Synthetisch weefsels of Tere weefsels
indien het wasgoed niet meteen na afloop van
het wasprogramma uit de wasmachine wordt
gehaald. Deze functie is zeer nuttig indien u het
centrifugeren wilt uitstellen of indien u de
kleding niet wenst te centrifugeren.
Spoelstop opheffen
De toets Spoelstop nogmaals induwen; de lading
wordt gecentrifugeerd volgens het ingestelde
programma.
Indien u de stukken niet wilt centrifugeren, de
programmaknop op het spoelprogramma zetten.
Bespaartoets
Verlengt de duur van het programma en
verlaagt de temperatuur. Dit levert een
besparing van energie op van ongeveer 30%
terwijl het wasresultaat toch zeer goed is.
Snel wasprogramma
Deze mogelijkheid kiezen voor snelle en
zuinige wasprogrammas.
Met name geschikt voor kleine beladingen
met licht vervuild wasgoed.
Opmerking:
Indien Snel wasprogramma is
gekozen, kunnen alleen de functies Spoelstop
en Vermindering centrifugeersnelheid worden
gekozen.
Licht vervuild / Halve belading
Vermindert het waterverbruik, met name in
de spoelfase.
Vooral geschikt voor licht vervuild wasgoed
en kleinere beladingen (de hoeveelheid
wasmiddel verminderen).
Intensief spoelen
Het wasgoed wordt langer gespoeld en met
meer water, zodat het grondiger wordt
uitgespoeld.
Deze functie is met name geschikt in
gebieden met zeer zacht water, voor
wasgoed van babys en van personen die
last hebben van allergische reacties.
HET STARTEN VAN HET PROGRAMMA
1.
Sluit de wasmachine aan.
2.
Draai de waterkraan open.
3.
Druk op de AAN/UIT-toets.
Het functioneringslampje gaat branden
.
INDICATOR VAN DE PROGRAMMAREEKS
Iedere kleur representeert een wascyclus voor
een bepaald weefseltype en komt overeen met
de informatie op de wasmiddellade.
SYMBOLEN
Hoofdwas
llllllllllll Spoelen
Laatste centrifugeerperiode
Stop:
Einde programma
De symbolen (indien aanwezig) geven de
verschillende fasen in de programmareeks weer
(wassen/spoelen/centrifugeren).
HET KIEZEN VAN PROGRAMMAS EN EXTRA FUNCTIES /
START VAN HET PROGRAMMA
PROGRAMMAREEKS
•••