Operation Manual
NL11
Het is ook mogelijk het Flexicook-gebied als twee afzonderlijke kookzones te bedienen met behulp van de toets van de betreffende enkele zone. Plaats de pan in het
midden van de enkele zone en pas het vermogensniveau aan met behulp van het touchscreen.
Belangrijk: zet de pannen altijd zodanig in het midden van de kookzone, dat het logo in het midden van de enkele kookzone is afgedekt.
Zorg bij grote, ovale, rechthoekige en lange pannen ervoor dat de pannen in het midden van de kookzone worden geplaatst en dat beide logo's worden
afgedekt.
Voorbeelden van correcte en incorrecte plaatsing van pannen:
BELANGRIJK: Gebruik geen schuursponsjes of schuurmatjes. Door het gebruik hiervan kan het glas uiteindelijk beschadigd raken.
• Reinig de kookplaat na elk gebruik (wanneer deze is afgekoeld) om aanslag en vlekken door voedselresten te verwijderen.
• Suiker of voedsel met een hoog suikergehalte kan tot beschadiging van de kookplaat leiden en moet direct verwijderd worden.
• Door zout, suiker en zand kan het glasoppervlak bekrast raken.
• Gebruik een zachte doek, absorberend keukenpapier of een specifieke kookplaatreiniger (volg de instructies van de fabrikant).
• Lees en volg de instructies onder “Instructies voor gebruik”.
• Sluit de kookplaat aan op het elektriciteitsnet en controleer of er geen stroomuitval is.
• Droog de kookplaat grondig nadat deze gereinigd is.
• Als de kookplaat na gebruik niet uitgeschakeld kan worden, de stekker uit het stopcontact trekken.
• Als bij de inschakeling van de kookplaat op het display alfanumerieke codes worden weergegeven, dient u volgens onderstaande tabel te handelen.
Met de Flexicook-functie ingeschakeld is het niet mogelijk om het vermogensniveau booster of de 6th Sense-functie te gebruiken. Als de timer is ingesteld,
wordt deze naast het kookzonedisplay aan de bovenzijde weergegeven.
REINIGING
WAARSCHUWING
– Gebruik geen stoomreinigers.
– Controleer voor het reinigen of de kookzones uitgeschakeld zijn en dat de restwarmte-indicatie
(“H”) niet wordt weergegeven.
OPSPOREN VAN STORINGEN
i
i