Instruction for Use

NL14
Pizza
1. Draai de knop “Functies” naar het symbool : op het display wordt “BREAD” (brood) weergegeven.
Om de functie “PIZZA” te selecteren, gaat u als volgt te werk:
2. Draai aan de knop “Navigatie”: “PIZZA” verschijnt op het display.
3. Druk op om de functie te selecteren.
4. Draai aan de knop “Navigatie” om de gewenste temperatuur (tussen 220 °C en 250 °C) in te stellen en
bevestig deze met de toets .
5. Draai aan de knop “Navigatie” om de gewenste bereidingstijd in te stellen en druk op om de
bereiding te starten.
INSTELLINGEN
Door de wijzer van de knop “Functies” ter hoogte van het symbool te zetten opent u een submenu met
vijf instellingen van het display die gewijzigd kunnen worden.
Taal
1. Draai de knop “Navigatie” tot “TAAL” wordt weergegeven.
2. Druk op om de functie te selecteren.
3. Draai aan de knop “Navigatie tot de gewenste taal wordt weergegeven en druk vervolgens op de
toets om deze te bevestigen.
Klok
Draai de knop “Navigatie” tot “KLOK” wordt weergegeven. Zie, om het tijdstip te wijzigen, de vorige
paragraaf (INSTELLING VAN HET HUIDIGE TIJDSTIP).
Eco
Als de ECO-functie actief is (ON), wordt de helderheid van het display verlaagd en wordt de klok
weergegeven als de oven op stand-by staat zodra er 3 minuten verstreken zijn na de laatste handeling. Om
de informatie op het display weer te geven hoeft u alleen maar een van de toetsen in te drukken of aan een
van de knoppen te draaien.
1. Draai de knop “Navigatie tot “ECO” wordt weergegeven.
2. Druk op toets om toegang te krijgen tot de instellingen (ON/OFF).
3. Draai aan de knop “Navigatie” om de gewenste instelling te selecteren en bevestig dit met de
toets .
4. Als de ECO-functie wordt geactiveerd tijdens een bereidingsfunctie, zal de ovenverlichting worden
uitgeschakeld zodra 1 minuut van het bereidingsproces is verstreken en gaat deze weer branden als
de gebruiker de oven weer bediend.
Geluidssignaal
Om het geluidssignaal te activeren of deactiveren, gaat u als volgt te werk:
1. Draai de knop “Navigatie tot “LUID” wordt weergegeven.
2. Druk op toets om toegang te krijgen tot de instellingen (ON/OFF).
3. Draai aan de knop “Navigatie” om de gewenste instelling te selecteren en bevestig dit met de
toets .
Helderheid
Om de helderheid van het scherm te veranderen, gaat u als volgt te werk:
1. Draai de knop “Navigatie” tot “HELDERHEID” wordt weergegeven.
2. Druk op toets : het cijfer 1 verschijnt op het display.
3. Draai aan de knop “Navigatie” om de helderheid te verminderen of te vermeerderen en bevestig dit
met de toets .