Instruction for Use

NL129
OMLAAGBRENGEN VAN HET BOVENSTE VERWARMINGSELEMENT (ALLEEN BIJ
BEPAALDE MODELLEN)
1. Verwijder de zijroosters (Fig. 4).
2. Trek het verwarmingselement enigszins naar buiten (Fig. 5) en laat het zakken (Fig. 6).
3. Om het verwarmingselement terug te plaatsen tilt u het op, trekt u het voorzichtig naar u toe en legt
u het op de daarvoor bestemde zittingen aan de zijkant.
VERVANGEN VAN HET LAMPJE
Lampje aan achterzijde vervangen (indien aanwezig):
1. Koppel de oven los van de netvoeding.
2. Draai het beschermkapje los (Fig. 7), vervang het lampje (zie de opmerking voor het type lampje) en
draai het beschermkapje weer vast
3. Sluit de oven weer aan op de netvoeding.
Lampje aan zijkant vervangen (indien aanwezig):
1. Koppel de oven los van de netvoeding.
2. Verwijder de zijroosters, indien aanwezig (Fig. 4)
3. Duw het beschermkampje met een platte schroevendraaier naar buiten en verwijder het (Fig. 8)
4. Vervang het lampje (zie de opmerking voor het type lampje) (Fig. 9).
5. Plaats het beschermkapje terug en duw het tegen de wand om het op de juiste manier te bevestigen
(Fig. 10)
6. Monteer de zijroosters weer.
7. Sluit de oven weer aan op de netvoeding.
OPMERKING:
- Gebruik alleen gloeilampen van 25-40W/230V type E-14, T300 °C, of halogeenlampen van
20-40W/230 V type G9, T300 °C
- Het in het apparaat gebruikte lampje is specifiek ontworpen voor elektrische apparaten en is niet
geschikt voor verlichting van huiskamers (Regeling Europese Commissie (EC) Nr. 244/2009).
- De lampjes zijn verkrijgbaar bij de Klantenservice.
BELANGRIJK:
- Raak halogeenlampjes niet met blote handen aan om te voorkomen dat ze beschadigd worden
door uw vingerafdrukken.
- gebruik de oven niet voordat het beschermkapje is teruggeplaatst
Fig. 4 Fig. 5 Fig. 6
Fig. 7 Fig. 8 Fig. 9 Fig. 10